m Text replacement - "https://beijerpedia.com/archive/" to "https://termhotel.com/archives/"
 
m 1 revision imported
(No difference)

Revision as of 09:20, 29 October 2023

Original source (of this slightly mysterious document): http://www.stolk.nu/pa.htm
Archived on Termhotel.com at: https://termhotel.com/archives/Puzzelwoordenboek/

Puzzelwoordenboek: APuzzelwoordenboek: BPuzzelwoordenboek: CPuzzelwoordenboek: D
Puzzelwoordenboek: EPuzzelwoordenboek: FPuzzelwoordenboek: GPuzzelwoordenboek: H
Puzzelwoordenboek: IPuzzelwoordenboek: JPuzzelwoordenboek: KPuzzelwoordenboek: L 
Puzzelwoordenboek: MPuzzelwoordenboek: NPuzzelwoordenboek: OPuzzelwoordenboek: P
Puzzelwoordenboek: QPuzzelwoordenboek: RPuzzelwoordenboek: SPuzzelwoordenboek: T 
Puzzelwoordenboek: UPuzzelwoordenboek: VPuzzelwoordenboek: WPuzzelwoordenboek: X
Puzzelwoordenboek: YPuzzelwoordenboek: Z
pa - papa, va, vader 
pa - (Engels) dad, daddy 
pa of ma - ouder 
paadje - weggetje 
paaien - harpuizen, inpalmen, overhalen, paren, schieten, tevredenstellen, vieren, zoethouden  
paairijp - geslachtsrijp
paaitijd - paartijd 
paal - balk, bint, boom(stam), broodje, grens, grenspaal, heipaal, keper, kolder, kolter, ovenpaal, perkoen, ket, sliet, spant, staak, stelt, totem
paal aan het einde van een renbaan - honk
paal in de stal hangende tussen twee paarden - lantierboom, latierboom
paal met voettreden - stelt
paal ter bescherming van dijkhellingen - perkoen
paal tussen twee paarden -  latierboom
paal van een heistelling - leiboom
paal voor het vastleggen van schepen - aanlegpaal, meerpaal
paal voor stamsymbool - totempaal
paal waaraan het vee graast - tuier
paalheining - palissade, staketsel
paalhoofd - golfbreker paalschans - palissaden, verschnsing paaltje - piket paalvast - standvastig, zeker
paalwerk - espalier, estacade, hek, hekwerk, omheining, palissade, pilotage, spalier, staket(sel), steiger paalwerk om schepen aan te meren - ducdalf
paalworm - scheepsworm, teredo paalzaad - fluweel, kweekgras, mosselzaad
paan - fluweel, kweekgras, schaamrok  paander   broodkorf, korf, kraamgeschenk, mand
paanderpontboog - tudorboog paap - spekdam paapje - barmsijsje, bremraap
paaps – roomsgezind  paar   duo, dyas, enige, enkele, gespan, koppel, span, set, stel(letje), twee(tal), tweetal, twin, weinige
paard - appelschimmel, arabier, bink, bit, bles, brandvos, draver, equus, genet, goudvos, hakkenei, hengst, hit, izabel, kavalje, ked, ket, kid, klepper, knol, merrie, moor, mustang, pegasus, pony, rossinant, roodvos, ros, rossinant, ruin, schimmel, telganger, veulen, vos paard (gew.) - peerd
paardachtigen - equidae paardachtig zoogdier - asinus, (berg)zebra, dolichohippus, equus, ezel, heions, hippotigris, koelan, onager, paardezel, quagga, tarpan, zebra paardantilope - blauwbok paardantilopen - hippotraginae
paard dat de telgang gaat -  telganger
paard dat een trekschuit trekt - ketser
paard dat goed blijft staan - staander
paard dat hard draaft - draver
paard dat in een molen loopt - molenpaard
paard dat te veel gras eet - grasbuik
paard (oud) dat voor alles gebruikt wordt - duivelstoejager,      knol, opstoter
paard dat zich op stal verveelt - wever
paard de riem aandoen - halsteren paard en rijtuig - equipage, gerij paard en wagen - equipage, gerij paard en wagen besturen - mennen
paard in Amerika - mustang paard klein - neg, ponny paard met doorgezakte voeten -  biervoeter
paard met kol witte voeten en witte neus - sneb(be)
paard met kortgeknipte oren en staart - mots
paard met rijtuig - equipage, gerij, gespan
paard met slurf - tapir
paard of hond met afgesneden staart of oren - mots
paard uit de Germaanse mythen - Sleipnir
paard van Achilles   Xanthus  paard van Alexander de Grote - bucaphaal, bucefalas, Bucefalus paard van Castor en Pollux - cyllaros
paard van de Heemskinderen - Beiaart paard van de Muzen - Pegasus
paard van Don Quichot   Rossinant  paard van Neptunus - walrus, zeepaardje
paard van Odin   Sleipnir paard van Perseus   Pegasus  paard van Wodan (Odin)   Sleipnir  paard van zuiver ras - raspaard
paardachtig dier - quagga
paardachtig zoogdier - zebra
paardachtige ezel - ezel, halfezel, paard, zebra 
paardachtigen - bergzebra, chapmanzebra, equidae, kiang, onager, przewalskipaard, tarpan
paardantilope - hippotragus
paardbalk - zoldering
paardebalsem - watermunt
paardebeenhouwer - modelslager
paardebijters - anisoptera  paardebit   trens paardebit zonder stang - trens
paardebloem - kettingbloem,  molsla, molsalade, papenbloem, plimbol
paardeboleet - paddestoel
paardeboom - latierboom
paardeboon - paardevijg, peulvrucht,  tuinboon  paardebron - hengstebron, hippocreen, wed
paardebrood - roggebrood
paardedekkleed - sjabrak
paardedrek - mest
paardedrinkplaats - wed
paardegast - paardeknecht
paardegebit - mondijzer
paardegeluid - hinniken
paardenafrichter - pikeur
paardenbeenhouwer - paardenslager
paardenbloem - taraxacum
paardenbox - stal
paardenbron (myth.) - hipposcrene
paardendeken - sjabrak, schabrak  paardendokter - dierenarts, paardenmeester, veearts paardendrinkplaats   wed 
paarden en koeien - vee paardenfeest - paarden markt
aardenfokker - rancher, ranchero
paardenfokkerij   renstal, stoeterij 
paarden geluid - briesen
paardengordel - buikriem, singel paardengras - witbol
paardenhaar - manen (Belgisch), roshaar, vulsel, vulstof
paardenhaar als vulsel - crim  paardehiel - bikkeltje, hielbeen, koot
paardenhorzel - hoornaar, wesp paardehouweel - schoffelmachine
paardejongen - staljongen
paardekam - roskam
paardenkastanje - aesculus paardenknecht – charton, groom, rijknecht paardenkenner - hippoloog paardenkennis - hippiatrie
paardekol - paardeklinker
paardenkoopman - maarschalk, paardengast (zn), stalknecht
paardenkoopman - paardentuiser (gewestelijk)
paardenkoper - maquinon
paardenkracht   p. k.
paardekracht (Eng.) - hp
paardekracht van een indicateur, vermogen - ipk
paardekrachtuur - pkh
paardenkundig - hippologisch
paardenkutser - paardenkoper
paardenleer - hippologie
paardenlijn - teugel paardenmeester - paardendokter,  veearts
paardemolen - mallemolen
paardenoot - okkernoot
paarden en koeien -  vee
paardenommegang - ruiterprocessie paarden op, betrekking hebbend - hoppisch
paardenplaats - paddock paardenplei - watermunt
paardenploter - paardenkoper, paardenslachter
paardenprosser - paardenbeul, paardenviller
paardenracebaan in Engeland - Ascot, Epsom
paardenras - Amerikaans, Frans, Fries, Hackney, Oldenburgs, Orlov, Shetander, Shire,  paarderassen - Arabier, Ardenner, Boulognees, Breton, Clydesdaler, fjordenpaard, Hackney, Hanoveraan, Holsteiner, Jutlander, Oberlander, Oldenburger, Oostfries, Oostpruis, Percheron, Pinzgauer, Shire, Sleeswijker, Yorkshire,
paardenrenbaan - hippodroom
paardenrennen - harddraverij
paardenriem - teugel
paardenslee - ar
paardensmid - hoefsmid
paardensoldaat - huzaar paardenspel   circus, hippodroom 
paardenspoor - hoefslag paardensport   drafsport, draverij, polo, rensport, ruitersport
paardenstaart - haardracht, hermoes, robol 
paardenstaartachtigen - esquisetales, esquisetineeën
paardenstal - box
paardenstoeterij - haras
paardenstok - zweep
paardentemmer - hippiarch
paardentoom - leidsel, teugel
paardentuig - arretikker, bellentuig, bit, halster, kopstuk, leidsel, teugel
paardentuiser - paardenhandelaar
paardenverblijf - box, stal paarden verwisselplaats   relais  paardenvlees - hortsik paardenvlieg - blindaas, brems, bremze, daas, horzel, paardemug, spinvlieg, steekvlieg, tabanus
paardenvoer - brokken, gras, haver, hooi, knolraap, mais, paardenboon, peen, toerage,  
paardenvolk -  cavalerie, ruiterij
paardenwedren - harddraverij, omnium, paardenrace  paardenwedren zonder berijders - corsa, corso
paardenziekte   balgziekte, beenspat, beenuitwas, bloedspat, bolspat, bos, cornage, droes, egelsvoet, halfbevangenheid, hazehak, hazenspat, herteziekte, hoefkanker, hooiziekte, horrelvoet, influenza,  kankerpoot, keeldroes, kolder, maandagziekte, nagana, mok, mondklem, rattestaart, rechtstijvigheid, rotstraal, snot, spat, straalzweer, worg, wormziekte, zwilwrat
paardenziekte in Afrika - nagawa
paarderig - tochtig
paarderoos - pioen
paardesla - paardebloem
paardeslee - ar
paardesport - drafsport, polo
paardesprong - croupade
paardestaart - haardracht, hermoes, robot
paardestalling (voor één paard) - box
paardetoom - leidsel, teugel
paardetuig - haam, halster, harnachement, teugel
paardetuig (gewestelijk) - zeel
paardevenkel - watervenkel
paardevlees - hortsik
paardevoer - foerage, gras, haver,hooi, maï s, paardeboon, peen
paardevoet - boze, duivel, horrelvoet, satan
paardewik - paardeboon
paardezel - onager paardeziekte -  hanetred, kol, lichtblindheid, mondklem,
paardeziekte in de tropen - dourine, nagawa
paardezoen - oorveeg
paardhert - sambar paardkastanje - aesculus
paardje -  genet, hit, kedde, ket, pony,  paardmens - centaur, centaurus, hippantroop, kentaur, monster,  paardrift   bronst paardrijder   ruiter  paardrijdster   amazone  paardsbloemen - zwartkoren paardtandmais - tend paarlemoer - nacre
paarlemoer, heldergekleurd - paelboot paarlemoerkleurig   nacaraat paarlemoermossel - meerslak
paarlustig - hengstig, hitsig, krols, loops, wulps paars   lila, pensée, purper, violet  paarsachtig blauw   pensée, kobalt  paarsachtige kleur   lila, mauve, violet  paars bloeiende schorreplant   lamsoor paarsgewijze   binair, dubbel 
paarse verf - aniline
paarse verfstof - dodekop paarsgewijze - binair, dubbel
paarsige stol - lakmoes
paarsige verfstof   lakmoes 
paarskleurig - violet paarsrode verfstof   purper paarsrood - lila, mauve, purper, violet paartijd - balts, bronsttijd
paartje - stelletje paasbloem - madeliefje, sleutelbloem, (trompet)narcis paasbrood - matse
paaseiland - Henua, Teapi, Waihoe paasfiguur - ei, haas, kip paaslelie - trompetnarcis paaslofzang - exsultet
paassymbool   ei, paashaas pace (sport) - gang, snelheid, vaart pacen (sport)   gangmaken  pacemaker - gangmaker, stimulator
pacen - gangmaken, stimuleren
pacer - telganger pachometer   diktemeter pacht - huur, overeenkomst
pacht in natura - tiend
pachtboer - pachter pachtboerderij - bruikweer pachten - aalsteek, arenderen, huren pachter - bouwman, conductor, hoevenaar, farmer, huurder, locotaire, meier, pachtboer, zetboer  pachterij - boerenbedrijf, pachthoeve pachthoeve   neerhof pachyderm   dikhuidige, lomp, ongevoelig pacificeren   vredestichten pacifist   Russell paco - lama
pact   accoord, afspraak, entente, handvest, overeenkomst, pakt, tractaat, traktaat, verbintenis, verbond, verdrag pad - baan, steeg, steg, straat, tra, weg pad voor wild   wissel paddel   peddel, riem, roeispaan, pagaai, parrei, 
padden - bufonidae paddenbrood -  padde(n)stoel paddenhaai - zeeëngel paddenkruid -  maanvaren paddensoort - bufo paddesteker - paddevilder, stekelbaars
paddestoel -  aardappelboleet, aardappelbovist, aardbuil, aardster, aardtong, aardzwam, agaricus, amaniet, amanita,  amarillaria, amethystzwam, anijszwam, ascomyceet, berkenboleet, berkenzwam, beschampipnon, beukwortelzwam, biefstukzwam, bloemkoolzwam, boleet, boletus, botercollybia, bovist, broodjeszwam, buisjeszwam, bundelzwam, cantarel, champignon, collybia, coprinus, denappelboleet, dennenmoorder, dooierzwam, eekhoorntjesbrood, eettruffel, eikenkorstzwam, eikhaas, elfenbank, elfenschermpje, fluweelboleet,  fluweelpootje, fomes, fopzwam, gaatjeszwam, geaster, geastrum, geweizwam, gistzwam, graanroest, granaatzwam, grasvezelkop, hanekam, harszwam, heimzwammetie, heksenboleet, helmzwam, hertetruffel, hertenzwam, honingzwam, huiszwam, hydnum, hypholoma, indigoboleet, inktzwam, judasoor, kastanjeboleet, kegelmorielje, keizerszwam, kingzwam, kluifjeszwam, knolamaniet, knoopzwam, knotszwam, koeienboleet, kopergroenzwam, koraalzwam, krulzoom, knolzwam, laccaria, lactarius, lepelzwam, lepotes, lycoperdon, meelkop, melkboleet, melkzwam, mellea,  molenaar, morieltje, morille, nevelzwam, oesterzwam, oorlepelzwam, otidea, paddebrood, papegaaizwam, parasolzwam,  parelamaniet, parelstuitzwam, pelota, peperbus, pepermelkzwam, pholiota, polyporus, populierenzwam, porcleinzwan, pythium, radijszwam, regenboogzwam, reuzenbovist, rhizina, ridderzwam, ringboleet, ringsteel, rodekoolzwam, roethoedje, rupsendoder, russula, satansboleet, satijnzwam, sneeuwzwam, spechtinktzwam, spoelvoet, spijkerzwam, stekelzwam, steltrilzwam, stereum, stermelkzwam, stinkzwam, stuifzwam, tolzwam, 
trechterzwam, truffel, varkensoortje, vingerhoedje, vliegenzwam, vuurzwam, waaiertje, weidekringzwam, winterhoutzwam, zadelzwam, zakjeszwam, zwavelkop, zwavelkopje, zwavelzwam, zwam, zijdevolvaria, paddestoelengift   muscarine 
paddestoelen leer   mycologie  paddestoelenplek   heksenkring paddy - Ier padjakker - deugniet, field, rekel pad langs het water - jaagpad, trekpad padoek - corail Padus - Po padvinder   (boy)scout, kabouter, pionier, spoorzoeker,  tweepoot, verkenner, voortrekker, waterpadvinder, welp, zeeverkenner,  padvinderij - scouting padvindersbijeenkomst   jamboree, koempoelan padvinderskamp - jamboree
padvindersleider - hopman padvinders leidster   akela  padvindertje - welp
padvindster - akela
pad waaropmen rijdt - rijbaan paedagogie - opvoedkunde
paedagoog - docent, leraar, onderwijzer, opvoedkundige paf - apatisch, bedremmeld, beduusd, benauwd, dik, klap, loom, lusteloos, onthutst, opgeblazen, opgezet, perplex, pof, slag, sprakeloos, verbaasd, verbijsterd, verbluft, versteld, zwaar,
paffen - knallen, poefen, roken, schieten
paffer - kestingroker, roker, schutter, sigaret, vingerhoedskruid
pafferig - blasé, bol, dik, lusteloos, loom, opgeblazen, opgezet pafferik - revolver, vuurwapen
paffig - opgeblazen
pafzak   dikkerd  pagaai   paddel, parrel, peddel, roeispaan, riem, schepriem,  schoep,
pagadder - guit, kwajongen, rekel, snaak
pagadet - sierduif
paganisme   heidendom paganist - heiden paganistisch   heidens, onchristelijk page - bruidsjonker, dagvlinder, dienaar, edelknaap, hofjonker, schildknaap, wapenknecht  pagehaar - kalot
pageintje - aardigheid, grapje
pages - angstig, bang paggelen - knoeien, prutsen
pagger - heg, heining, schutting
pagina   blad, bladzij (de), pag. pagineren - nummeren
pagne - champagne pagode - afgodsbeeld, goudmunt, heiligdom, rekenmunt, stupa, tempel pagoscoop - gygrometer pagus - gouw
paille - strogeel
pajoeng, knop van een - pentol pajoeng, stok van een - garan paillegeel   strogeel paillette   lovertje, strootje
pair - edelman pairschap - peerage
pais   vrede, vree pait - bitter, jenever
pak   bos, bundel, dracht, gespuis, greep, kostuum, laag, laagvracht, last, pakket, ris, rits, vracht, tros, vat, pak   kostuum, dracht
pak- of bindloon - emballage
pak- of omslagpapier - kardoes
pak ransel - priegel
pak ransel slaan - beurs pak slaag - afdekking, aframmeling,  afrossing, kotering, priegel, rammeling, ransel, ranseling
pak slaag (Z.N.) - smering
pakaan - greep, handvat, hengsel, leuning
pakbaar - strafbaar
pakdarm - endeldarm
pakean - kostuum
pakdier - ezel, paard
pakdoek - luier
pakezel   lastdier pakhaai - zeeëngel
pakharden - inzetten
pakhuis   barak, bergplaats, bewaarplaats, depot, entrepot, loods, magazijn, onderstuk, opslagplaats, pakzolder, silo, spijker, stapelplaats, veem
pakhuis (Ind.) - goedang
pakhuis (It.) - fondaco
pakhuis van de zoutpakhuismeester - gabel
pakhuis voor graan - silo
Pakistaanse hasj - paak Pakistaanse munt - pais(a), rupee Pakistan, deel van -  Pundjap Pakistan, hoofdstad van -  Rawalpindi Pakistan, officiële taal in - Bengali, Urdu Pakistan, rivier in - Jhelum Pakistan, vlieghavn in - Karachi Pakistaner - Pakistani
pakje - pakket  pakje kleren   bundel, bunsel  pakjesdrager   koelie, kruier, sjouwerman, witkiel  pakkage - bagage, goed, reisgoed
pakkeman - boeman, gendarme, veldwachter pakken – begrijpen, betrappen, boeien, bijeenvoegen, gevangennemen, grijpen, grissen, inpikken, knuffelen, nemen, omarmen, pikken, reiken, stelen, toeeigenen, vangen, vastgrijpen, vatten, wegnemen
pakkend - treffend pakkendrager - sjouwerman, zakkendrager
pakker - embaleur, sluitprop, stouwer, stuwadoor, stuwer pakkerd - knuffel, kus, omarming, omhelzing, zoen pakket - bundel, krat, pak
pakketje - bundeltje
pakkingsstof - lording
pakkingstof - asbest, hennep, lathilith, leer, metalline, rubber, 
 touwpluis, werk
pakkist - krat pakknecht - emballeur
pakkoopman - marskramer paklinnen   pakdoek  pakloper - pakkoopman
pakmateriaal - kist, krat, vat, verpakking, zak
pakruimte in schip   ruim pak ransel - afranseling, afstraffing, priegel, rammel, slaag pak slaag - aframmeling, bastonnade, billekoek, borsteling, priegel, ransel pakspeld - bakerspeld
pakt - traktaat
paktouw - bindtouw
pal - bestendig, hecht, juist, klamp, onbeweeglijk, onmiddellijk,  onwrikbaar, pen, precies, stift,schrap, stevig, standvastig, star, stift, strak, stram, stijf, vast, vlak, vlakbij, volkomen pal   pen, stift pal voor een schaafbeitel - peg
paladium (scheik.) - pd
paladijn   beschermer, hofedelman, krijgsoverste, paleisheer, veldheer, voorstander, voorvechter paladijn van Karel de Grote - anceus, ingeller, Ogier, Olivier, Roeland  paladijn van koning Arthur - Lancelot
Palaeogeen - Nummuliticum Palaeogeen, deel van het - Eoceen, Oligoceen Palaeotypen - incunabelen, wiegedrukken Palaeozoïcum, deel van het - Cambrium, Carboon, Devoon, Ordovicium, Perm, Siluur Palaeozoïcum, diersort uit het - graftoliet, trilobiet  palagoniet - basaltglas
palank - palissade, schanspaal
palankijn   draagstoel palatalen - medeklinkers
palatie (Zuidnederland) -  paleersel, tooisel
palatinaat - paltsgraafschap
palatine - pels Palau-eilanden, een der - Angaur, Babelthuap palaver - bespreking, onderhandeling  paleerder - versierder paleerpriem - haarnaald
paleersel - tooi, versiering
palei   katrol, foltertuig
paleis - bisschopswoning, gerechtsgebouw, koningshuis, palace, vorstenverblijf paleis (Ind.) - poeri
paleis der Moorse koningen in Spanje - Alcazar, Alhambra
paleis der Moorse koningen te Granada - Alhambra
paleis en tuinen te Parijs - Tuilerien
paleis in Apeldoorn   Loo paleis in Den Haag - Noordeinde
paleis in Florence   Medici, Pandolfini, Pitti, Rucellai, Strozzi, Uffizi, Vecchio paleis in Frankrijk   Elysée, Louvre, Luxembourg, Tuilerieën  paleis in Indonesië - (ommuurd) kraton
paleis in Italië   Pitti, Quirinaal, Uffizi,   paleis in Londen - Buckingham
paleis in Madrid   Escorial paleis in Moorse stijl - alcazar
paleis in Moskou   konak, Kremlin paleis in Parijs   Louvre, Elysée  paleis in Rome   Lateraan, Quirinaal, Vatikaan paleis in Spanje   Alcazar, Alhambra, Escorial , paleis in Venetië   Dogenpaleis, Vendramin paleis in voormalig Oost-lndië - keraton, kraton
paleis op Bali - Poeri
paleis op de Balkan - Konak
paleis te Moskou - Kremlin
paleis van Bey van Tunis - Bardo
paleis van de Franse president - Elysée
paleis van de Paus   Vaticaan  paleis van de pauselijke nuntius -  nuntiatuur
paleis van een sultan - serail
paleis van sultan of vorst in Indië - keraton, kraton
paleis van Thor - Trudheim
paleis van een Turkse vorst (sultan)   serail paleisbanket   amandelgebak  paleisbediende - lakei
paleistok - paleibalk
paleis(je) bij Parijs - Trianon
palen - belenden, grenzen palen in de grond slaan   heien  palen van grenzen (voor akkers) - reinen
palensleep - mallejan
paleo  arctisch gebied   Europa, Eurazië, Noord Afrika paleo-Aziatisch volk - Gilyaten paleo doxie   oud gelovigheid  paleogene periode (geologie)   Eoceen, Oligoceen, Paleoceen paleograaf   Mabillon, Traube  paleografie   oud schriftkunde  paleologie   oudheidkunde  paleontologische term   (gids)fossiel  paleontologische wetenschap   paleobotanie, paleozoölogie paleotypen   incunabelen, wiegendrukken paleologische periode (geologie) - Devoon, Siluur, Carboon, Cambrium, Ordovicium,  Perm
palering - tooi, versiering Palestina   Israël, Kanaän Palestijnse kunststad - Dor palet – kaatsplankje, verfbord paletmes - tempermes paletot   damesmantel palfrenier   rijknecht, bij koetsier, koetsbediende
palier - bordes palindroom - Anna, dood, lepel, maar (raam), maan (naam), neger (regen), naad (Daan), Otto, staan (naast),  palimpsest - perkamentrol
paling - (leb)aal, nebbeling  paling met zwarte rug en witte buik - schieraal
palingachtigen - aal, kongeraal, moeraal, slangaal,   wormpaling, zeepaling
paling van 1 kilo   lebaal  palingenese   wedergeboorte  palingfuik van wilgetenen - welie palingijzer   aalschaar palingkorf - aalvuik
palingnet - aalfuik palingpen   speet palingplank - damplank palingschaar - aalgeer, aalspeet, aalvork, elger
palingsteker - aalgeer palingtrek - descente, montée
palingventer - aalboer palingvis - aal, anguilla, conger, kongeraal, moeraal, muraena palingvissen - apodes palingvormige zeevis - geep
palingzeilen - elgeren palissade - estacade, omheining, palank  palissaderen   afsluiten, omheinen, versterken paljas   bultzak, clown, dwaas, grapjas, grappenmaker, hansworst, harlekijn, joker, malloot, nar, pias, pierrot, potsenmaker, stro, strobed, strozak  palladium   pd  Pallas - Minarva
pallas - ruitersabel
pallet - laadbord  palliëren - bemantelen, vergoelijken, verzachten
palm -  areka, aren, nipa, scheelea
palmbladeren - atap palm als teken van de overwinning - zegepalm palm der tropische gewesten - aren palmachristi - ricinus, wonderboom, wortelknol
palmbladnerf - lidi
palmblaren als dakbedekking - atap (Indonesisch)
palmboom   aren, areka, betel, buks, buksboom, buscus, dadelboom, gebang, klapper, klapperboom, kokospalm, koningspalm, lontar, lontarpalm, nipa, pinang, sagopalm palmboompje - buksboom palmengeslacht   rotan palmenhuis  -  palmarium   
palmine   kokosvet, plantenboter  palmitine - glycerolester
palmkool - palmiet palmmeel   sago Palmpaas   Palmzondag palmriet - bamboe, palmkool, rotan, waterplant palmrolmarter - paradoxurinae palmsap - toddy palmsoort - areka, aren(palm), dadelpalm, kokospalm, lontar, nipa, oliepalm, rotan, sabal, sagopalm, scheelea palmtak - erepalm, overwinningsteken 
palmvezel - bassine, palmhennep
palmvezelstof - agel palmwijn - arak, aren, kwak, saguweer, toddy, toeak, toewak Palmyra -  lontarpalm, Tadmor, vezelstof
palmzaad - ivoriet pal of stram - star
palpabel - tastbaar, voelbaar, zonneklaar palperen - bekloppen
palpipatie   aderslag, hartklopping, polsslag
palster - pelgrimsstaf
palt - stuk
paltrok - houtzaagmolen, onderkruier paltsgraafschap - palatinaat palurk - proleet, prolurk palynologie -  stuifmeelanalyse
pamali - taboe pamflet   blauwboekje, brochure, folder, hekelschrift, klaagschrift, laster (zn), libel, paskwil, schótschrift, smaadschrift, strooibiljet, vlugschrift pamfletschrijver - libellist, pamflettist pamflettist   pamfletschrijver, libellist pamir, rivier in - Pandsj pampahaas   mara pampagras   cortaderia pampahaas - mara
pampastruis - nandoe pampaswind - pampero
pampus - kieljacht pan   aker, bende, bosgod, chaos, duinvallei, herrie, keet, kookgerei, paniek, rommel, troep, warboel
panacee - wondermiddel
panache   helmbos, pluimbos, vederbos Panama, provincie van - Chiriqui, Coclé, Colon,  Darien, Herrera, Panama, Veraquas Panama,  provinciale hoofdstad in - Chitré, Colon, David, Penonome, Santiago panamabast - houtzeep
Panamese munt   balboa  Panappel - braadappel panaritium - fijt
panas - pandjeshuis panatella -  importsigaar
panboor - trepaneerboor panboring - schedelboring
pancarte - plakkaat, plakschrift
pancratium - vuistkamp, worstelkamp
pancreas   alvleesklier, buikspeekselklier pand   borg, galerij, huis, jachtnet, leen, onderpand, perceel waarborg, woning, zekerheid panda - bamboebeer, katbeer pandbeslag   panding Pandàva - Arjuna, Bhima, Nakula, Sahadeva, Yudhisthira pandbeslag - panding pandbezitter - hypotheekhouder
pandbloem -  ganzebloem
pandbrief - obligatie pandecten - verzameling
pandeling   schuldslaaf  pandemie - volksziekte (algemeen)
pandemonium - duivelenverblijf, lawaai, verwarring panden - belenen, verdelen
pandgenot - antichresis pandhouder - pandbezitter, pander, pandnemer
pandhuis - lombard, lomberd, lommerd
pandhuishouder - lombaard, lombard
panding - pandbeslag pandjeshuis   bank van lening, lombard, lommerd, omejan, pandhuis, panas pandjesjas - billentikker, jacquet, slipjas, zwaluwstaart
pandoer - gendarme, grensbewaker, kaartspel, politieman, wildebras, winstspel
pandoerkaart - troefkaart
pandtuin - pandhof
paneel - beschot, deurvlak, luik, schakelbord, schot paneel voor luidspreker - klankbord
paneelwerk - lambrizering
paneelzager - dief, inbreker
panegyriek - feestrede, lofdicht, lofrede
panegyrist - lofredenaar
panel - forum panen - kweek paneren - gratineren
panfluit - syrinx
panglima -  aanvoerder, hoofd
panharing - alvenaar, alvertje, moertje, nesteling
paniek - angst, krach, ontsteltenis, radeloosheid, run, schrik, warboel paniekachtige bestorming - run, stormaanval, stormloop   
paniekerige rel - amok 
paniektoestand - chaos
panier - hoepelrok, rijtuigje
panikgras - vingergras
panikkoren - hanepoot
panisch - angstig
panische schrik - paniek panharing - alvertje panicum - guineagras, pluim(gierst) panikgras - gierst, vingergras panikkoorn - hanepoot panlikker - klaploper, tafelschuimer panlijster - spreeuw panne - autopech, bandenpech, motorstoring, ongeval, oponthoud, pech, schade, storing, tegenslag pannekoek - appelpannekoek, bordje, flensje, hoed, koemest, meelkoek, pet (rond), sleutelbloem, spekpannekoek
pannekoekje   flensje pannekoekje (Russ.) - blini pannelap -  smots
pannelikker   klaploper, tafelschuimer, vleier
pannen, schalen enzovoort (als één geheel) - nest pannenbezetter -  pannenstrijker
pannenstrijker - beunhaas
pannetje - borrel, vrijkaartje
panoester - oesterbrood
panopticum -  wassenbeeldenspel
panorama   bellevue, uitzicht, vergezicht 
panorama van een plaats -  toporama
padschop - bats pansfluit   syrinx, rietfluit, herdersfluit pansofie - alwijsheid
pantalon   broek 
pantalone - komediefiguur
pantatypie - zinkografie
panter - jaguar, luipaard panterachtig dier   luipaard, pardel  panterslang - python
pantheon - eretempel
pantje - lendendoekje pantocratie - alleenheerschappij
pantoen (Maleis) - dichtvorm
pantoffel - huisschoen, mocassin, muil, slipper, slof pantoffel van gekleurd leer - mocassin
pantoffelbloem - calceolaria
pantotfeldiertje - slipper
pantoffeldiertjes -  infusoriën
pantoffelheld   bangerd, lafaard pantoffelhout - krispel, kurk pantoffelhoutboom - kurkeik pantoffelparade - lounge
pantoffelslak - slipper
pantograaf   tekenaap pantometer - hoekmeter pantomime   gebarenspel pantomimefiguur - ukkel
pantomimist - gebarenspeler
pantry (Engels) - provisiekamer
pantser   borstharnas, borstkuras, harnas, kuras, maliënkolder  pantserafweergeschut   PAG.  pantserbekleding   harnas 
pantserdier - gordeldier pantseren - blinderen, versterken  pantserhagedis - krokodil, zonosaura  pantserhandschoen - handschoenverband
pantserhart - pericarditis pantserhemd   maliënkolder  pantsering van een oorlogsschip – barbette
pantserschip - dreadnought, monitor (kustverdediging)
pantserstof - schildstof
pantservoertuig - tank pantserwagen - tank
panty - stepin panurgisch   doortrapt, schelms
pap - appelpap, bouillon, brij, griesmeelpap, meelkost, pudding, prut, pulp, puree, rijstebrij, rijstepap, vla, voedsel pap (Ind.) - boeboer
pap van aardappelmeel - sterksel
papa   heit, pa, va, vader, pappie 
papaal - pauselijk
papachtige massa - pulp papaïne - melksap
papaja - meloenboom
papaver -gouwe, heul, heulbol, kankerbloem, klaproos, kollebloem, koorn, koornheul, korenbloem, maankop, slaapbol
papaverachtige plant - gouwe, heul, klaproos, maankop, 
laapbol papaveracee - corydalis, duivekervel, fumaria, glaucium, helmbloem, heulbol, holwortel, klaproos, maankop, ogenklaar, papaver, slaapbol papaverachtige bloem - gouwe apaverachtige plant   heul, gouwe, klaproos, slaapbol, maankop  papaverachtigen - papaveraceeën papaverfamilie - papaveraceae papaverine - alkaloïde
papaverolie - maanolie papaverprodukt - heroïne
papaverrood - ponceau
papaverzuur - morfine papegaai – amazone, ara, arakonga, arare, beo, borstelpapegaai, bètè t,coco, jaka, kaka, kakepo, kaketoe,  karakiri, kea, lori, lorre,  nestorpapegaai, parkiet, parrel, roodneklori, kakatoe, rosé kaketoe, rosella,  schubbenlori, spechtpapegaai, uilpapegaai 
papegaai gesnap - psittacisme
papegaai in  Afrika - jako
papegaai in Nieuw Zeeland   kea  papegaaiduiker - zwemvogel
papegaaien - napraten, psitaci papegaaienkruid - amarant
papegaaiennaam   lorre  papegaaienziekte - ornithose, psittacosis  papegaaischieten - vogelschieten
papegaaisoort - kaketoe, lori papegaaitulp - parkiettulp
papegaaivissen - lipvissen, scaridae
papenbloem - paardebloem, papenkruld,
papendom - geestelijkheid
papenhoed - kardinaalsmuts, priesterhoed
papenkwaad - veenwortel
papenmuts -  kardinaaismuts, papenkap, priestermuts, zwaluwstaart
papenschoen - venusschoen
paperassen - papieren paperclip   papierklemmetje 
paperij - klerikalisme, papendom
papeter - bangerd, lafaard
papeterie - papierhandel
papier - boek, charta, confetti
papier bereid uit de papyrusplant - papyrus
papier dat goed bewáard moet worden   polis papier dat op damast gelijkt - damastpapier
papier met waterlijntjes - vergé papier om doorslagen te maken - doorslagpapier, carbon papier van de belastingdienst - belastingbiljet
papier van het grootste formaat - imperiaal
papier van waarde   akte, bankbiljet, bon, cheque, coupon, effect, polis, reçu, wissel  papier voor aantekeningen   klad  papier, zeer dun - pelure papierbak - prullenbal papierbederver - knoeier
papierbloem - strobloem, xeranthemum
papierboom - papyrus
papieren - paperassen, bescheiden, brieven, stukken
papieren aan een snoer rijgen - liasseren
papieren omslag - kaft papieren band - banderol, wikkel
papieren belastingbandje   banderol 
papieren geld - biljet
papieren geld tijdens de Franse revolutie - assignaat papieren gietvorm - flan
papieren huls met buskruit - kardoes
papieren lantaarn - lampion papieren omslag van een gebonden boek - jacket
papieren slaghoedje - amorce
papieren telegraaflint - tape
papierformaat   adelaar, atlas, baal, carrế, bijkorf, colombia, colombier, duodecimo, folio, imperiaal, kroon, kwarto, mediaan, oblong, octaaf,  octavo, oct, olifants, post, riem, royaal, schrijf papierformaat in België   atlas, cavalier, Colombo, Jezus, propatria, raisin papiergeld - assignaat, bankbiljet, tientje papierhandel - papeterie papierklem - paperclip papierknijper - clip, gem, paperclip
papiermaat   baal, folio, riem
papiermakerswerktuig - feriet
papiermand - prullenbak, snippermand
papiermes - briefopener, papiersnijder, plioir, vouwbeen
papierplant – papyrus
papier van waarde - cheque, coupon, effect, wissel
papierriet - papyrus papiersnijder   snijbeen, vouwbeen, vouwmes papiersnippers   confetti 
papiersoort - albastpapier, asfaltpapier, bordpapier, briefpapier, bristolkarton, broompapier, doorslagpapier, drukpapier, fluweelpapier, glacépapier, glans, gompapier, goudronpapier, goudpapier, granietpapier, grondpapier, handpapier, irispapier, ivoorpapier, kaart, kardoespapier, kartonpapier, kastpapier, kladpapier, krantenpapier, oliepapier, perkament, royaal, rijstpapier, schrijfpapier, tekenpapier, typepapier, velijn
papier voor versiering - crepe papierwaren   papetrie, papeterie, paperassen papierwinkel   papeterie papilachtig - papillair papildragend - papilleus papillionacee -  aardakker, aardnoot, bezemkruid, boon, 
capucijner, christusdoorn, cicer, cytisus, erwt, galaga, genista, geweiboom, glycine, goudenregen, hazepootje, heggewikke, hokjespeul, honingklaver, hopklaver, indigobloem, judasboom, kattendoorn,  keker, klacer, kroonkruid, laburnum, lathyrustuinboon, lens, linze, lotus, lupine, luzerne, malboon, ononis, pisum vicia, pronkboon, pronker, rolklaver, rubinia, sarradelle,  sophora, trifolium, ulex rem, vogelwikke, wikke, zoethout papillair gezwel - papilloma papiniaanse pot - autoklaaf papisme   pausdom, pausgezindheid  papkerel   zwakkeling Papoea-eilanden, een der - Missoöl, Salawati, Waigeo
papomslag - catapiasma
pappa - vader  Pappataci-koorts - sandfly-fever pappeblaren - kaasjeskruid
pappel -  heemst, kaasjeskruid, peppel, populier pappel, witte - heemst papperig - brijachtig, pappig, week, zwak pappert - zuiplap
pappig - penterig
papyrusrol - opistograph
paps - vader
papsel - stijfsel
papyrus - papierplant, papierriet
papzak - dikkerd para   bij, gedurende, langs, naast, parachutist, tegenover, voorbij para aminosalicylzuur   PAS ,  paraaf   handtekening , krul, pennentrek  paraaf voor gezien - visum
paraat   bereid, dadelijk, gereed, klaar, ree, strijdvaardig vaardig, vlug, waakzaam parabel   fabel, gelijkenis, leugen, vergelijking parabolische kegel - parabool paraboloïde, elliptische - helmvlak paraboloïde hyperbolische - zadelvlak
parabool - kogelbaan parachute - valscherm
parachuteren - droppen parachutespringer - para(chutist), valschermjager paracyaan - CN parade - defile, pronk, praal, schouw, troepenschouw, vertoon wapenschouw paradebed   praalbed 
paradekleed   staatsiekleed  parademaker   geurmaker, opschepper, praalhans, pronker paradepaard - glansnummer, pronkstuk paraderen   opscheppen, pralen, pronken  paradigma   modelwoord, voorbeeld
paradigmatisch   voorbeeldig  paradox   wonderspreuk paradoxaal - gezocht, vreemd, wonderspreukig
paradijs - Aaloe, dorado, Eden, eldorado, engelenbak, hemel, lusthof, lustoord, lustwarande, nirwana, oase, Utopia, walhalla, paradijsappel - ethrog, kolokwint, tomaat paradijsdeur   lijkportaal paradijsfiguur   Adam, Eva  paradijshout   aloë paradijskoren - grein
paradijskorrels - kardamon
paradijskostuum - bloot, naakt paradijsnimf - houri
paradijsnoot - sapucaja paradijsraaf - katoendief,  paradijsrivier   Pison, Gihon, Tigris, Eufraat paradijsvogel- wimpeldrager paradijsvogels - paadiseidae paraferen - ondertekenen, waarmerken  paraffine (natuurlijke) - bergtalk, vetaarde
parafinnen - alkanen parafonie - bijtoon paragnose   helderziendheid, gedachten lezen
paragnost - helderziende paragnostisch verschijnsl - gedachtenlezen, helderziendheid paragraaf   hoofdstuk, onderdeel, par.  paragrafie - schrijfstoornis
paragram - verandering, vervalsing
Paraguay, departement in - Acuncion, Anambay, Boqueron, Caaguazu, Caazapa, Central, Concepcion,  Guaira, Itapua, Misiones, Neembuco, Olimpo,  Paraguari Paraguay, departementale hoofdstad van – Asuncion, Caacupé, Concepcion, Encarnacion, Gaazapa Hernandariu, Ipacarai, Olimpo, Paraguari, Pilar, Villarrica Paraguay, munt in - Guaranti Parahelium - asterium paraisseren - verschijnen
paralalie - spraakstoornis
parallax   verschilzicht parallel   evenwijdig, evenzijdig, gelijk, gelijklopend overeenkomende, overeenkomstig, vergelijkbaar parallellepipedum   blok parallelogram, rechthoukig - rechthoek paralysie - beroerte, verlamming paralyseren   ontzenuwen, verlammen      
paramedisch beroep - diëtist, logopedist, masseur, pedicure, tandarts
parament - albe, amiet, corporale, kazuifel, palla Parana, hoofdstad van - Curitiba paranimf   bruidsjonker parapet   borstwering paraplu   akkerwinde, bernagie, koepeldak, lenteklokje, plu, regenscherm, spuit  paraplu, ouderwetse - besteedster parapsychologie - helderziendheid
parasiet - aaltje, bloedzuiger, horzel, klaploper, luis, mijt, neet, profiteur, symbiost, tafelschuimer, teek, teke, uitvreter, vlo, woekerplant, worm, zwam parasiet, drager van een - gastheer, waardplant parasitaire kleine draadworm - bietenaaltje
parasietplant - woekerplant
parasietvlieg - tachininae
parasietvogel - schreeuwvogel
parasitaire kleine draadworm - bietenaaltje
parasiteren - klaplopen, woekeren
parasitisme - klaploperij parasitisme van vliegenlarven - myiases
parasol - ombrelle, zonnescherm
parasolmier - visitemier parasolzwam - lepiota parastaten - zijkolommen, zijpilaren
paratroepen - parachutetroepen, parachutisten
paravaan - otter
paravent   tochtscherm, kamerschut, windschut Parcen, een der (schikgodinnen) - Atropos, Clotho, Lachesis, Schikgodinnen parcimonie -  gierigheid, karigheid, zuinigheid
parcimonieus - gierig, vrekkig
parcours   circuit, piste, ronde, traject, wedstrijdbaan pardel - luipaard pardelkat - ocelot pardessus - overjas
pardoes - halsoverkop, ineens, onverwachts, onvoorziens, opeens, plots, plotseling, zomaar
pardon   gena, genade, kwalijk, kwijtschelding, sorry, vergeving, vergiffenis pardonabel   vergeeflijk, verschoonbaar parel   bijou, dauwdruppel, glinsterend, juweel, kleinood, petillant, sieraad, tintelend, zweetdruppel parel als meisjesnaam - Margie
parelend   avo, bijenkorf, carré, folio, fonkelend, glinsterend, kroon, kwarto, oblong, petillant, post, tintelend parelmoer achtig   nacré, nacriet  parelduikster - ama
parelend - fonkelend, glinsterend, petillant, tintelend parelglimmer - margariet, pyrosmalith
parelgort - parelgerst
parelgras - dronkgras, malica
parelgruis - parelzaad
parelhoen - pintade, poelepetaat, poule parelhoenders - numidae pareljuffer - perla
parelkruid - parelzaad
parelmoerachtig - nacré, nacriet
parelmoermossel - meerslak
parelspaat - ankerriet parelthee - joosjesthee
parelvlieg - perlidae
parelvormige blaasjes - parelen
parelzaad - lithospernum, parelgruis, paren - bijeenvoegen, copuleren, huwen, koppelen, verenigen  parenchym - grondweefsel
parentage - familie, verwantschap parenthese - tussenzin
pareren - afhouden, afschermen, afwenden, afweren, keren, opsmukken, schitteren, sieren, terugkaatsen, tooien parese - spierverlamming
paresseuse - damesmutsje, kussen
paret - gril, kuur, ongeval, pralerij, snoeverij
paret(te)maker - druktemaker
parfors - volstrekt
parfum   geur, odeur, reuk, reukstof parfummengsel (Arabisch) - Nedde
par hasard   toevallig parhelium - bijzon
pari - gelijk, gok, pariteit, weddenschap  paria - desperado, onaanraakbare, onreine, outcast, uitgestotene, verworpeling, verstoteling  paria's (Japan) - eta
pariëren -  verwedden, wedden
parighoevigen - artiodactyla
paring - copulatie, koppeling paringsdaad - copulatie
paringsdrift - bronst parisappel - twistappel
pariskruid - eenbes paristisch insekt - luis
pariteit   gelijkheid, gelijkgerechtigheid, pari  park - lustbos, plantage, plantsoen, siertuin, tuin, wandelplaats, warande
parka - windjak  park bij Scheveningen - Westbroekpark
park in Afrika   Krugerpark park in Amsterdam   vondelpark, Oosterpark, park in Den Haag   Zuiderpark park in Madrid   Prado park in Parijs   Tuilerieën park in Wenen - prater
park in U.S.A. - Yellowstone
parkachtige streek - waranda
parkeergarage - parking, stalling
parkeerhoes - autopyjama
parkeerplaats   P., parkeerhaven parkeertegel - fietsblok
parkeerwacht - autobewaker
parkeren - stallen, opstellen Parket - O.M., vloerbedekking  parketlegger - parketteur
parkhuisje   paviljoen parkiet - palaeornis
parkiettulp - papegaaitulp  parlement   S.G., kamer, rijksdag, volksvertegenwoordiging parlement van Bulgarije   Sobranje  parlement van Denemarken   Folketing, Folkething parlement van Duitsland - Bundestag
parlement van Finland   Eduskunta, Rijksdag  parlement van Ierland   Dail  parlement van Israël - Knesset,  Knesseth 
parlement van Japan - Diet  parlement van Liechtenstein - Landdag
parlement van Man - Tynwald
parlement van Nederland   Staten Generaal
parlement van Noord-lerland - Stormont
parlement van Noorwegen   Storting, Storthing parlement van Oost Duitsland - Volkskammer  parlement van Oostenrijk - Herrenhaus
parlement van Polen - Zejm
parlement van Spanje   Cortes  parlement van de Verenigde Staten   Congres parlement van West-Duitsland - Bundestag
parlement van Zwitserland   Bundesversammlung parlementair - beleefd, omzichtig
parlementaire term - m.v.a. (memorie van antwoord)
parlementen - babbelen, praten, snappen
parlementeren - onderhandelen, redekavelen
parlementsgebouw in Brussel   Walstraat parlementsgebouw in Den Haag - Binnenhof 
parlementsgebouw in Washington - Capitool
parlementsvacantie - reces
parlesanten - raren, vloeken
parlevinken - kadraaien, koeteren, praten, rederen 
parlevinker - kadraai, scharrelaar, scheepszoetelaar
parloir - spreekkamer
parmant - deftig, statig, trots parmantelijk - duidelijk,parmantig, stellig, zeker
parmantig - adret, branie, deftig, fier, moedig, parmantelijk, prat, statig, trots, zelfbewust, zelfverzekerd,  zeker parmantigheid   fierheid, statigheid parnasbloem - dichtwer, vers
parnaskruid - parnassia
parnassijn (Israëlisch) - kerkmeester, kerkvoogd
parochie   kerkgemeente, gemeente, kerkdorp, karspel,  kerspel, statie
parochiehuis - gemeentehuis
parodie - bespotting, nabootsing, omwerking, paskwil paroditische opera - buffa par(o)emiologie - spreekwoordenleer
parologie - dwaling
paroniem - stamverwant
paroniemen - stamverwant
parool - belofte, devies, erewoord, herkenningswoord, leus, leuze, lijfspreuk, motto, signaal, wachtwoord Paros, stad op - Nausa, Parikia
parousie - komst, verschijning
paroutis - bof
parrel - paddel, pagaai schepriem  Parry-eilanden, een der - Bathurst, Borden, Cornwallis, Melville Parsi’s, taal der - Gujatari part   aandeel, brok, deel, derde, fragment, gedeelte, helft, kwantum, moot, partij, portie, quantum, segment, stuk, vierde (enz.) part   bedrog, gril, list, poets, streek partageren - verdelen
parten - (ver)delen  parterre   beneden, benedenverdieping, gelijkvloers, onder, schouwburgrang
partiaal - partijdig
pasticipatie - belang, deelneming participant - aandeelhouder, deelgenoot, deelhebber participatiestelsel   winstdeling  participium - deelwoord
particulariseren - uiteenzetten, vertellen
particulier - afzonderlijk, familiair, intiem, privé, privaat  particuliere onderwijzer(es) - Gouvernant(e) particuliere vlootbezitter   Onassis  partieel - gedeeltelijk partikel   bijwoord, deeltje, rededeel, voegwoord, voorzetsel
partime - deeltijd  partitie - indeling, partituur, verdeling partizaan - guerrillastrijder, helleveeg 
partizanenstrijd   guerrilla, verzet  partje - stukje
partner   dansgenoot, deelgenoot, genoot, maat, man, mededanser, vrouw, wederhelft medespeler
partner van Ot   Sien partner van Pim   Mien partner van Snip   Snap partus - baring, bevalling
- partijdigheid, tweedracht, verdeeldheid part of moot – schijf
part vis - moot
party - instuif, ontvangst partij - aan(deel), gedeelte, feest, fractie, fuif, game, groep, hoeveelheid, instuif, kaveling, lading, massa, ontvangst, portie, verenigig, vracht
partij in een rechtsgeding - dager, eiser, eiseres, gedaagde
partij van verzet - oppositie
partijblok in vertegenwoordiging  - fractie
partijdig - afhankelijk, eenzijdig, partiaal, vooringenomen
partijdigheid - eenzijdigheid, partialiteit, vooringenomenheid 
partijen die oorlog voeren - belligerenten
partijganger - partizaan
partijke - kattestaart, lythrum
partijkrant - orgaan
partijleider - bons, bonze
partij in een rechtsgeding - beklaagde, eiser, eiseres, gedaagde
partijschap
parure - opschik, tooi
Parvati - Durga, Kali parvenu - opkomeling, oweeër, prol, snob Parijs modehuis   Dior, Balmain, Patou Parijs museum in - Louvre Parijs rood   ijzermenie Parijse straatrover - apache
Parijse universiteit   Sorbonne  Parijse voorstad -  Antony, Argenteuil, Asnières, Aubervilliers, Aul-sous-Bois, Bagneux, Bagnolet, Clicy, Créteil, Bondy, Colombes, Courbevoie, Drancy, Ivry, Meudon, Montrouge, Nanterre, Pantin, Puteaux, Sartrouville, Saint-Denis, Sarcelles, Sèvres, Suresnes, Versailles, Villejuif, Viscennes  Parijse wijk –  Bourse, Elysee, Gobelins, Louvre, Luxenbourg, Menilmontant, Montmartre, Opéra, Observatoire, Panthéon, Popincour,Reuily, Temple, pas - afpassen, bergengte, bergpad, doorgang, doortocht, engte, juist, kortgeleden, laatst(leden), nauwelijks, net, onlangs, paspoort, passage, recent, reisdocument, reispas, schrede, stap, tred (e), tree, voetstap, vrijbrief, vrijgeleide, waterpas, zojuist, zoëven, zojuist, zonet pas gebeurd – even, net, onlangs, recent, zoëven, zojuist pas geleden   kortelings, onlangs, recent pas gemaakt   nieuw pas gewijde   neofiet, nieuwbekeerde pas gewijde priester   neomist 
pas ontdtaan - nieuw pas soldaat   recruut, rekruut, big pas student - feut
pas voor mensen zonder nationaliteit - nansenpas  Pasen - Pascha, Pesaah pasar (Ind.)   markt, marktplaats 
pasbedacht - nieuw pasganger - hakkenei, telganger pasgang van een paard   tel(gang)
pasgebakken - vers  pasgebeurd - daareven, kersvers, kortelings, kortgeleden, nauwelijks
pasgeborene - baby, boorling, boreling, zuigeling 
pasgebrand - brandvers pasgehuwde - nupturiënt(e)
pas gekocht - nieuw
pasgetrouwde vrouw - bruid pas gewijd priester   neomist pas, hooggelegen berg - col
pashokje - paskamer pasigrafie - tekenschrift
Pasja, gebied van een - pasjalik
pasje - stapje paskwil   grap, pamflet, parodie, pasquinade schotschrift, smaadschrift, spotternij, vlugschrift paskwillig - belachelijk, gek, mal, vreemd paslood - schietlood pasmunt – appoint, kleingeld, obolus, obool (Grieks), specie, wisselgeld paspoort - doorlaatbewijs, geleidebrief, identiteitsbewijs, ontslagbrief, pas, reisdocument, reispas, vrijgeleide paspoort van een schip   zee pas  paspop - mannequin pasquinade   libel, paskwil, schotschrift, smaadschrift
passaat - valwind passabel - draaglijk passacaglia - muziekstuk
passage   aanwijzing, doorgang, doortocht, doorvaart, overtocht, overvaart, pas, poort, teken, tunnel, weg,  winkelgalerij  passage in een toneelstuk - claus
passagebureau - reisbureau passagegeld - vervoerloon, vracht passage in een toneelstuk - claus(e) passagier - forens, reiziger, slechtvalk  passagier die niet betaalt   lifter, verstekeling passagierder - zwierbol
passagieren - uitgaan passagiersvalk - pelgrim
passagiersverblijf - cabine, hut
passagiersvliegtuig - liner, stratocruiser
passament - garnering, passabel
passant   reiziger, terloops, voorbijganger 
passant (en)   terloops  passantenhuis - baaierd
passato (Italiaans) - verleden
passe - uitval
passe poil - bies, boordsel
passedroit - verongelijking
passeerbaar - gepasseerd, passabel, redelijk, tamelijk passeerplaatje - centrumpunt passelijk   redelijk, tamelijk  passement - agrement, belegsel, boordsel, galon, tres passement van goud- of zilverdraad - bisette passement van wol - galon
passementerie - boordsel, passement passementwever - boordselwever
passen - (aan)meten, behoren, betamen, convenieren, horen, letten, lijken, meten, naaien, neggen, overeenstemmen, plaatsen, quadreren, schenken, schikken, voegen passen bij   harmoniëren, overeenstemmen  passen op   bewaken passend   aangegoten, adequaat, applicabel, behoorlijk, convenabel, behoorlijk, betamelijk, doelmatig, fair, gegoten, gelegen, genoegzaam, gepast, geschikt, juist, keurig, net, , sortabel, treffend  passend bij de omstandigheden - toepasselijk
passende makker - portuur
passenteller - hodometer, pedometer, podometer, wegmeter,  passe-partout - loper, lijst, perskaart, sleutel  passer - circinus
passer om cirkels te trekken - trekpasser
passer om lijnen te trekken - trekpen
passer voor kleine cirkels - oreillonpassertje
passeren - afwijzen, doorgeven, doortrekken, gebeuren, geschieden, inhalen, overgaan, overslaan, overtrekken, transet, voorbijgaan, voorvallen  passerplaatje - centrumpunt
passe-temps - tijdverdrijf passie   drift, hartstocht, lijden, verliefdheid  passiebloem - passiflora passieboek - passionarium passief - berustend, decadent, gelaten, inactief, lijdelijk, lijdzaam, inactief, lijdend, lijdens, tekort passieve natuurbeginsel (Chinees) - yin
passieweek - lijdensweek
passiewerktuig - doornenkroon, gesel, hamer, ladder, lans, nijptang, speer
passifloracee - passiebloem passionato (muziek) - hartstochtelijk
passiva - lasten, schulden passieve natuurbeginsel (Chinees) - yin passiviteit - lijdelijkheid
passiewerktuig - doornenkroon, gesel, hamer, ladder, lans, nijptang, speer Passionisten-congregatie - C.P. passus - schrede, zinsnede
pasta - balsem, creme, deeg, smeersel, zalf  pastei - paté
pastei (Eng.) - pie
pasteibakker - patissier
pasteigebak - patisserie
pasteitje - kroket, paté, sat- pastel - kleurkrijt, kleurstift, tekenstift, weda pastelinkt - waterinkt pastelkuip - wedekuip
pastella - podometer pastelschilder - pastellist pasteltint - geel
pasten - afgietsels
pasteus - deegachtig, vettig, week
pasticheren - nabootsen, volgen
pastille - tablet pastinaak - pinksternakel
pastoor - biechtvader, cure, herder, priester, zeemeeuw, zielenherder pastoor van een kathedraal   plebaan pastoor der parochie - heeroom
pastoorschap - pastoraat  pastoorshemd - melkvel
pastor - herder, hoeder, predikant pastoraal - herderlijk, landelijk, zielverzorgend  pastoraat - pastoorschap, domineeschap, predikantschap pastorale   Granida (Hooft), Leeuwendalers (Vondel), gedicht, herdersspel, herderslied  pastoralia   pastoriegoederen, pastoorszaken, predikantszaken pastorie - weem, weme
pastoriegoederen - pastoralia
pastij - paté
pas voorgevallen - recent pasvorm - coupe, model, snede, snit pasvormwerker - bankwerker
pas(te) - stade
pat   schaakterm, schouderstuk, remise pataat - wortelknol
Patagoniërs - Chuelche, Tehuelche, Thoneca Patagonische eilanden, een der - Chatham, Navarino, Staten-eiland, Vuurland patakon - scheefbloem
patat - aardappel, frites,  patatgroeze - aardappelloof
patattebloem - aardappelmeel
paté - pastei, verflaag (schilderij)
patee - leverpastei, wildpastei pateeke - gebakje
pateel - hostieschotel
patella - knieschijf, offerschotel
patena  - ouwelschotel
patent   akte, eminent, evident, excellent, gezond, klaar, licensie, licentie, machtig, octrooi, opperbest, prima, probaat, puik, uitmuntend, uitstekend, vergunning, voortreffelijk patent geven - patenteren patent uitreiken of verlenen - patenteren
patenthout – houtdeeg, houtsurrogaat pater   geestelijke, kloosterling, ordegeestelijke, padre,  priester, vader pater familias   huisvader  paternalisme   bevoogding paterniteit - vaderschap
paternoster   handboeien,  rozenkrans,  paternosterboom - zedrak paterskap - monnikskap
pathetisch - patetico pathologie   ziektekunde, ziektenleer  pathologisch - ziekelijk
pathologische gespletenheid - schizofrenie
pathos   bezieling, (gemoeds )aandoening, gezwollenheid, hartstocht, hartstochtelijkheid, hoogdravendheid, stemming, vuur  patiënt - kranke,  lijder, zieke patiëntie   geduld patig - ridderzuring
patina - schotel
patineerder - meubelspuiter
patio   binnenplaats, binnenhof  patissier - banketbakker patjakker - deugniet, fielt, ploert, schurk, schelm, smeerlap patjol - hak
patois - dialect, volkstaal patos - gezwollenheid, hartstochtelijkheid, stemming
patres, ad-gaan - overlijden
patria   vaderland patriarch   aartsvader, stamvader 
patriarch van een Koptische kerk - Aboena
patrijs - stempel, veldhoen  patrijshond   pointer, setter patrijspoort - kajuitsraampje, scheepsraam
patrijsvalk - havik  patriot   vaderlander patriottisch   vaderlands patristiek - wijsbegeerte
patrocinatie - bescherming, verdediging
patronaat - bescherming patroneren - begunstigen, behoeden, beschermen
patrones    Anna, beschermvrouwe,  vrouw patrones van de gehuwde vrouw - Anna patrones van de kerkmuziek - Cecilia
patrones van Parijs - Genoveva
patronymicum - persoonsnaam
patroon - baas, beschermer, beschermheer, beschermheilige, bevorderaar, chef, dessin, granaat, kogel, koker, mal, meester, model, ondernemer, ontwerp, projectiel, schema, staal, stramien, tekening, voorbeeld, verdediger, vorm, schutsheilige, werkgever patroon in stof - dessin
patroon van het bisdom Haarlem - Bavo patroonschap - patronaat patroontas - giberne patrouille   verkenning, wachtronde
patrouIlletocht   ronde patrijs - stempel (voor een matrijs), veldhoen
patrijs, soort - frankolijn, roelroel patrijshond - jachthond, pointer, setter, spaniel, spiljoen, spion patrijskruid - teunisbloem
patrijzennet - tirag
patrjspoort - spion patrijsvalk - havik pats   bons, dreun, klap, kletslel, mep, pets, slag, tik patsen - gooien, smijten patser - dikdoener, doordraaier, druktemaker, losbol, opschepper, ploert, poen, prol, pooier, smeerlap, schoft, schurk, souteneur, smeerlap patijnen - patineren
pats op het oor - oorveeg pauk - keteltrom, (ruit)trom, trommel,  pauken - keteltrommen, timpani paukslager - paukenist, pauker paumele - scharnier
pauper   arme, behoeftige, bezitloze, sloeber, zwerver pauper worden - pauperiseren pauropoda - weinigpotigen
paus   P., kerkvader, kerkvoogd, kerkvorst,  papa, pontifex  pausa - rustteken
pausaanbidding - papolatrie
pausdom   papisme  pauselijk - papaal, pontificaal pauselijk besluit - interdict, interdictie
pauselijk college - vicariaat
pauselijk gezant   ablegaat, legaat, (inter)nuntius pauselijk gezinde - ultramontaan
pauselijk hof   curie pauselijk kardinaalkamerheer - camerlengo
pauselijk leerstuk   encycliek  pauselijk paleis   Lateraan, Vaticaan  pauselijk schrijven - breve, encycliek, motu, proprio pauselijk soldaat - zouaaf
pauselijk verblijf   Vaticaan  pauselijk verbod   interdict, interdictie pauselijk vrijwilliger   zouaaf, zoeaaf pauselijke afgezant - oblegaat
pauselijke ambassadeur - nuntius
pauselijke ambtenaar die beneficiën verleent - datarie
pauselijke brief   bul pauselijke driekroon   tiaar, tiara  pauselijke gevolmachtigde - legaat
pauselijke gezant   Nuntius, Internuntius pauselijke hofgeestelijke - prelaat
pauselijke inkomsten - annaten pauselijke kleur - geel, wit
pauselijke  kroon - tiara pauselijke kruisstaf - ferula pauselijke onderscheiding - Christusorde, Gregoriusorde, Piusorde, Silvesterorde pauselijke rechtbank - rota   pauselijke regering - apostolaat, curie  pauselijke schatmeester   camerlengo pauselijke soldaat - zouaaf pauselijke staat   Vaticaan  pauselijke staf   ferula pauselijke stoel   cathedra  pauselijke vertegenwoordiger - internuntius pauselijke waardigheid   pontificaat, opperpriesterschap pauselijke zendbrief - encycliek pausennaam - Adeodaus,  Adrianus, Agatho, Agapitus, Albertus, Alexander, Anastasius, Anavletus, Anicetus, Anterus, Benedictus, Bonifatius, Cajus, Callistus, Celestinus, Clemens, Conon, Coeletinus, Constantius, Cornelius, Christiphorus, Damasus, Deusdedit, Dianysius, Dioscorus, Donus, Eleutherius, Eugenius, Eulalius, Eusebius, Eutychianus, Evaristus,  Fabianus, Felix, Formosus, Gelasius, Gregorius, Hadrianus, Hilarius, Hippolytus, Hormisdas, Honorius, Hyginus, Innocentius, Julius, Johannes, lando, Laurentius, Leo, Libarius, Linus, Luius, Marcellinus, Marcellus, Marcus, Martinus, Melchiades, Nicolaus, Novatianus, Paschalis, Paulus, Pelagius, Petrus, Philippus, Pius, Plus, Pontianus, Romanus, Sabinianus, Sergius, Severinus, Silverius, Silvester, Simplicius, Siricius, Sisinnius, Sixtus, Soter, Stephanus, Symmachus, Telesphorus, Theodorik, Theodorus, Urbanus, Ursinus, Valentinus, Victor, Vigilius, Vitalianus, Zacharius, Zephyrinus, Zosimus pausgezinde   papist  pausgezindheid - papisme paustitel - primaat paus zijn - pontificaat pauw - horzel, siervogel pauwebord - waaierbord
pauweweefsel - pauwoog  pauwgans - rotgans pauze   entracte, intermezzo, onderbreking, rust, rustpoos,  rusttijd, rustuur, schoft, stilstand, tacet (muz.), verpozing
pauze tussen twee bedrijven - entracte
pauzeren - onderbreken, pozen, rusten
pauzeren om te eten - schaften pauzeteken   sela(h) pavane   dans paviljoen   bijgebouw, buitencafe, kiosk, lusthuis, parkhuisje  pax   vrede peccabel - zondig
pech   panne, storing, mankement, oponthoud, storing, strop, tegenslag, tegenspoed, tegenvaller
pech aan schepen - averij 
pech met een auto - panne
pechvogel   ongeluksvogel, schlemiel  pecunia - geld, vermogen pecuniair   financieel, geldelijk
ped   step pedaal   hefboom, trapper, voetklavier
pedaal van een orgel - voetbas pedagogie -  opvoedkunde  pedagogisch - opvoedkndig
pedagogisch vormen   opleiden pedagoog   docent, leraar, onderwijzer, opvoeder, opvoedkundige, Comenius, Decroly, Fr�bel, Ligthart, Montessori, Pestalozzi, Rousseau,
pedagogie   opvoedkunde, opvoedingskunst  pedagogisch   opvoedkundig  pedagoog   opvoedkundige, opvoeder  pedagoog   Pestalozzi, Montessorie, Fröbel, Rousseau, Ligthart, Comenius, Decroly pedant   arrogant, frikkig, ingebeeld, kwasterig, laatdunkend, minachtend, onderwijzer, opgeblazen, schoolmeesterig, schoolvos, verwaand, waanwijs, waanwijze, wijsneus, wijsneuzig
pedanterie   verwaandheid, waanwijsheid, schoolvosserij peddel   riem, roeispaan, pagaai, paddel peddelaar   fietser, roeier, wielrijder 
peddelen - fietsen
peddelen in een vaartuig   kanoën  pedel   bediende, bode, stafdrager 
pediater   kinderarts pedicure   voetverzorger, voetverzorging
pedigree - stamboom pedologie   bodemkunde  pedometer - hodometer, schredenteller
pee   biet, wortel peen   biet, kroot, wortel
peenloof - wortelgroen
peer - fruit, hoofd, vader peervormig - piriform
pees - gierigaard, koord, ligament, peem, snaar, snoer, spier, spiereinde, vrek, zeen, zenuw 
peesdoorsnijding - tenotomie
peesknoop   ganglion peesontsteking - tendinitis
peesvormig ijzer in een klok - klepel
peet - doopgetuige, peter, meter, peetoom, peetvader, tante,  peetmoei - commère
peetoom   peet, peter peetoom (Spaans) - padrino
peettante   meter peetvader - peet, peter
peeuwen - klagen, zeuren
peezuigen - klaplopen, profiteren
peg   keg, pen, pin, spie, wig pegel   gulden, hoogtemerk, ijskegel
pegelaar - gierihaard, vrek
pegelen - merken,  ijken
pegelstok - peilstok, ijkstok
pegulanten - duiten
peiger - kapot
peigeren - doodgaan, overlijden, sterven
peignoir   chamberloek, duster, gewaad, huis, huisgewaad,  kamerjas, kimono, negligé, ochtend japon, merkstreep, ochtendjas, sjamberloek
peil - gehalte, graad, hoogte(merk), hoogtepunt, maatstaf, merk, niveau, pin, po, waterspiegel, waterstand, zeespiegel peil van kennis - niveau
peilballon - sondeerballon
peilen – afdiepen, doorgronden, loden, meten naspeuren, onderzoeken, raaien, sonderen
peilen op de rivier   raaien 
peiling - loding peilinstallatie - radar
peilinstrument - radar, sonar
peillat - peilstok peillood   dieplood, dieptemeter, handlood, lat(h)ometer, meetlood, schietlood, sonde, zeemeter, zinklood
peilmerk in maatkan   pegel  peilnaald - specillum
peilstift   sonde peilstok   meetstok, peillat, polsstok, roeistok
peil van positie - graad
peil van water - hoogte
peinzen - broeden, denken, dromen, mediteren, mijmeren, nadenken, overdenken, piekeren, prakkiseren, suffen, zinnen  peinzend   mijmerend, nadenkend, pensief
peinzer - denker, filosoof, mijmeraar
peisteven -  voederen, weiden
peizen - denken, piekeren
pek - asfalt, pik, teer 
pekblende - uraniet
pekel   brem, brijn, zeewater, zoutwater 
pekelachtig - zilt, zoutachtig pekelbron - zoutbron
pekelen   inzouten, inmaken, inleggen, zouten
pekelwater - brijn peken - pimpelen, zuipen
pekkool - gagaat
pekpleister - dropax
pekvat - teerton
pel   bast, bolster, dop, huid, schaal, schil(fer), spat, vlak, vlies  pelagische fauna - diepzeedieren pelargonium - geranium pelder   baarkleed, lijkkleed, lijkwaad,  wade pêle mêle -  dooreen, fotoraam, mengelmoes, overhoop, wanorde, warboel pelen - epileren, ontharen, pellen pelerine - kraagmantel, pelgrimskleed, schoudermanteltje  pelgrim   bedevaartganger,  passagiersvalk pelgrim die naar Mekka is geweest - Hadji, Hadzji pelgrimage   bedevaart  pelgrimsgewaad   paltrok pelgrimsheilige - Franciscus
pelgrimskleed - paltrok, pelerine, pelgrimsgewaad,
pelgrimsmantel, pelgrimsrok
pelgrimsoord   bedevaartsoord; zie aldaar pelgrimsoord van hindoes - Gangadvara, Hardwar
pelgrimsrok   paltrok  pelgrimsstaf   bourdon, palster pelgrimstocht   bedevaart, pelgrimage, Hadj
pelikaan - kropgans, tandartstang pelikaanachtige vogel   aalscholver, schollevaar  pelikaanachtigen - peticanidae
pelita - nachtlampje pellen - afbikken,  doppen, schillen
peller - pelmolenaar
pelmolenaar - gorter, grutter, peller pelleterie   bontwerk, bontwinkel, pelswerk pelleterie peluw   bolster, kussen Peloponnesus - Morea
peloton - troep
pels   bontjas, dierenhuid, vacht pels van de moerasbever - nutria pels van de stinkmarter - nerts
pels van visotter - nerts
pelsbij - metselbij
pelsdier - bever, bisam(rat), karakoel, konijn, mink, nerts, otter, zilvervos pelser - sardien
pelsjager - trapper, wildstroper pelsjas   bontjas 
pelskraag - rataline
pelsrob - zeebeer pelssoort - astrakan, hermelijn, iltis, konijn, loutre, mink,  nerts, ocelot, persianer, petitgris, sabel, seal, sealskin, sabelbont, veulen, wasbeerbont, yemen, zeebeer
pelsvreters - mallophaga pelswerk   bont pelswerker - bontwerker
pelterij   bontwerk, pelleterie peluw - bolster, bulster, kussen, hoofdkussen, hoofdmatras, onderkussen
pelvimeter - bekkenpasse pelvis - bekken
pen   balpen, bout, breinaald, ganzenpen, knijper, nagel, pin, pal, schacht, slagveer, spie speet, staaf, stift, veder, vederschacht, veder, vederschacht, veer, vulpen pen in palingrokerij - speet
pen met palingen   speet pen om spil vast te zetten   pal pen tegen wagen rad   lens, luns  pen voor het spannen der snaren - keil, keiltje, wartel
pen voor tekenen van notenbalken - rastraal penale wetten - strafwetten penaliteit - straf (bepaling), strafbaarheid, strafwetgeving penalty   strafschop penaltygebied - strafschopgebied
penant - muurdam, muurvak, muurvlakte, steunpilaar, trumeau penantspiegel - trumeau
penanttafeltje   console penarie   angst, behoefte, benauwd, benauwdheid, ellende, gebrek, geldnood, geldverlegenheid, nood, perikel, rats, trammelant,  verlegenheid
Penaten   huisgoden pendag - wachtdag (ziekengeld)
pendam - schutdam
pendant - oorhanger, tegenhanger, tegenstuk
pendel - hanglamp, slinger pendelen - forenzen pendule   pronkklok, slingerklok, slingeruurwerk pene   boete, straf Penelope's gemaal   Odysseus  penen - wortelen, wortels
penetrabiliteit - poreusheid
penetrant   doordringend, indringend, scherp  penetreren - doordringen, doorgronden, doortrekken, drenken, uitvorsen
penhoren - torenslak penibel   hachelijk, lastig, moeilijk, netelig, precair, pijnlijk, smartelijk  penicilline - antibiotica
peninsula - schiereiland
penis - fallus, roede penitent   boeteling, biechteling penitentie   boete, boetedoening, straf, bezoeking pennen - inrijgen, persen, ringen, schrijven pennenaam - pseudoniem, schuilnaam pennenkunst   kalligrafie, schoonschrijfkunst pennenlikker - klerk
pennemes - knipmes
pennennaam - pseudoniem pennenstreek   haal, lus  pennestreek achter een handtekening - paraaf
pennenstrijd -  controverse, polemiek, twistgeschrijf pennestrijd voeren - polemiseren
pennestrijdvoerder - polemist
pennentrek   krul, paraaf pennenvrucht   boek, geschrift, opstel, roman
pennenwisser - inktlap
penner - schrijver pennetje   stift pennetje in een tol - taats
pennetje in houten nagel - deutel  pennetje met kop - punaise, speld  pennetrek - haal, krul, paraaf
pennevoerder - secretaris pennevrucht - boek, gedichtenbundel, geschrift, opstel, roman, 
verhaal
pennewisser - inktlap
penniform - vedervormig
penning - besant, bras, gedenkpenning, geldstuk, legpenning, medaille, munt, muntstuk, negotie, spaarpenning,  penning met twee koppen of busten - bajoire penningkenner - numismaticus penningkruid - judaskruid
penningkunde   numismatiek  penningkundige - numismaticus
penningmeester   afschuimer, fiscus, geldbeheerder, kwestor, questor, thesaurier, trezorier
pennist - schrijver pen om een spil vast te zetten - pal
penningplaat   plak, plaket
pens - koeienmaag
pensee - paars, viooltje
penseel - kwast, penicillum  penseelaapjes - oeistiti penseelschrijver   letterschilder penseelstreek - touche, toets penselen - schilderen Pennsylvanië, gebergte in - Alleghanies
Pennsylvanië, hoofdstad van - Harrisburg 
penny   d., pence' pennyweight - d.w.t. penopening - glip 
penose   onderwereld
pens - buik, koeienmaag, lichaam, rumen
penseel - kwast
penseelaapjes - oeistitie
penselen - schilderen pensief   mijmerend, nadenkend, peinzend 
pensioen - ambtsrust, jaargeld, uitkering, wedde  pensioen geven - pensionneren
pensioen uitkering   A.O.W.  pension - kostgeld, kostuis, logement pensionaat - gevangenis, kostschool
pensiongeld - kostgld pensjager   stroper pensum   strafwerk, taak
penszak   dikbuik, vreetzak  penta - vijf
pentaëder   vijfvlak (regelmatig)  pentagonaal   vijfhoekig  pentagoon   vijfhoek pentagram - stervijfhoek
pentastoma   tongvorm, linguatita  Pentateuch   Exodus, Numeri, Genesis, Leviticus, Deuteronomium  pentatlon - vijfkamp penter - talie
penterig - pappig penterschouw - polster pentosaan - mannen, xylan pentose   ribose, xylose penvoerder - secreataris
penwortel - bout, hartwortel, naald, pin, spie  pep - branie, lef, pit, vuur pepel - vlinder peper - pimento
peper, bestanddeel van - chavicine, piperi(di)ne peperachtige slingerplant - betel
peperboom - garoeboon peperboompje- daphne
peperhuisje - puntzak pepermunt   menthol  peperen - kruiden pepereter - toekan
peperig - duur, prijzig peper in azijn ingemaakt - peperoni Peperkust - iberia
pepermuntlikeur - menthe Pepermuntolie - menthol
pepernoot - kruidnoot peperplant - betel pepersoort   piment, pimento  peperstruik - kava, kawa  pepervogel - toekan pepervreter - kirima, toekan, toko pepervuur - springvuur peperwortel   lepelblad, mieriks(wortel) 
pepite   goudklomp peplis - waterpostelein
pepmiddelen   amfetamine, cocaïne, dexedrine, heroïne, pervitine peppel - abeel, esp, populier, ratelaar peppil - preludine
pepsine   maagferment per   bij door, in, met, middels, via per abuis   abusievelijk per accident   toevallig per acquit   betaald, voldaan
per adres   p.a. per cassa   contant per dag   daags, dagelijks per duizend   promille per duizendste uitgedrukt gedeelte - promillage
per expresse   spoed, p.e. per giro betalen   gireren, storten  per honderd   percent, procent per honderdste uitgedrukt gedeelte - percentage
per jaar   annuel, jaarlijks per maand   maandelijks, mensueel  per omgaande   p.o.  per persoon   p.p.
per schip reizen - varen per se   beslist, stellig, noodzakelijk
per spoor reizen - sporen  per stuk   ad., p. st., à per telefoon spreken   telefoneren  per telegraaf berichten   seinen, telegraferen per toeval   accidenteel, toevallig
per tren reizen - sporen per verzoekschrift - requestreren
per week   wekelijks perceel - belending, deel, kavel, kaveling, pand, stuk percent   pct., procent percentage edele metalen in alliages - allooi
percentage van de rente   rentevoet, rentestandaard percentsgewijs 
percentage van de sterfgevallen - letaliteit, mortaliteit,
sterftecijfer
honorarium   royalty perceptie   inning, ontvangst  percipiëren - vatten
percoleren - filteren
percussie   slag, stoot, botsing percussiedopje   slaghoedje  perditie - verdoemenis
pereboom - pirus
perelaar - perenboom
peremptoir   afdoend, beslissend, vernietigend 
perenboom - parelaar
perenras - Bergamot, Beurré, Catillac, Charneux, Conference, Durondeau, Hardy, Legipont, Lucas, Wijnpeer
perfect - af, al, corrsct, foutloos, gaaf, geheel, keurig, ongeschondnl volkomen, volmaakt, uitmuntend, uitnemend, uitstekend
perfectum   perf. perfektie   volmaaktheid, voortreffelijkheid perfide   trouweloos, vals, verraderlijk perfide Albion   Engeland  perforatie   doorboring, gaatje (s) 
perforatielijn - rillijn perforeren   doorboren pergola   architraaf (op zuilen), booggang, draaghemel, prieel  peribool - omhaal
pericardium - hartzakje
periculeus   gevaarlijk, hachelijk  periculum - gevaar
periculum in mora   p.i.m.  periderm   kurkweefsel peridot - chrysoliet, olivijn
periferie   buitenkant, cirkelomtrek, omgeving 
perforeren - doorboren
periglaciaal bodemverschijnsel   solifluctie  perigoon   bloemdek  perikel - avontuur, gevaar, moeilijkheid, nood, penarie, probleem, risico, risiko, wederwaardigheid periklaas - MgO perikoop - deel perineum - bilnaad periode - cijfergroep, cyclus, duur, eeuw, era, fase, kringloop, passage, stadium, termijn, tijd, tijdkring, tijdperk, tijdruimte, tijdvak periode   periode (geologisch)   kwartair, mesozoïcum, paleozoïcum,  tertiair
periode (historisch)   bronstijd, bronstijdperk, m.e., middeleeuwen, oudheid, renaissance, steenperiode, steentijd, steentijdperk, verlichting, ijzerperiode, ijzertijd, ijzertijdperk, periode ter bepaling van Pasen - epacta periode tussen Archaeicum en Cambrium - Algonkium, Eozoïcum
periode van drie maanden   kwartaal,trimester periode van duizend jaar   millennium, chiliade periode van honderd jaar - centenarium, eeuw, era, seculum periode van ontwikkeling - stadium
periode van overgang bij de vrouw - menopauze
periode van tien dagen   decade  periode van tien jaar   decennium  periode van twee dagen aan het eind van de week - weekend
periode van twee jaar - biennium
periode van tijd - chiliade, dag, decade, eeuw, era, etmaal, kwartaal,  kwartier, lustrum, maand, millennium, minuut, seconde, semester, trimester, uur, week
periode van vier en twintig uur - etmaal
periode van vier jaar   Olympiade  periode van vier maanden - tertiaal, trimester
periode van vijf jaar - lustrum, quinquennium  periode van vijftig jaar - quinquagenarium
periode van zes maanden   halfjaar, semester
periode van zeven dagen - week
periode waarin men onderweg  is - rijtijd periodiek   blad, dagblad, krant, maandblad, magazijn, magazine,  regelmatig, tijdschrift, weekblad 
periodiek feest - diesviering, eeuwfeest, lustrumfeest
periodiek terugkerend - cyclisch
periodieke hete springbron - geiser
periodieke maanstanden -  e.k., fasen, l.k., n.m., v.m.
periodieke niveauveranderingen van het zeewater - 
getijden, seiches
periodieke onthouding   p.o.  periodieke regentijd   moesson  periodieke terugkeer - periodiciteit
periodieke uitkering - dagloon, dividend, jaarsalaris, maandloon, pensioen, rente, tantième, weekloon periodieke vaste bijdrage - contributie periodieke zwenking van de aarde - mutatie perioeci   omwoners periost   beenvlies perpetie   verandering, omkeer periscoop - verrekijker (voor onderzeeërs)
periscopisch   holbol periskoopvis - anablebs peristaltisch   wormvormig  peristyle - zuilengang, zuilenhof peritoneum   buikvlies peritonitis - buikvliesontsteking
perjurieus - meinedig
perk   bed, begrenzing, bloembed, bloemvak, border, gazon, grasveld, rabat, tuinvak,  perk met bloemen - bloembed 
perkament – dierenhuid
perkament (fijn) - velijn
perkamentrol die weer leesbaar is gemaakt - palimpsest perkamentshuid - xeroderma
perkamentshuidziekte - xeroderma
perkamentsoort - francijn, velijn,
perkenier - muskaatnootplanter
perkloos - onbegrensd
perkoen - dennenpaal permanent - aanhoudend, almaar, blijvend, duurzaam, immer, onafgebroken, steeds, vaststaand, voortdurend permanent bevroren grond   permafrost  permanent geel - bariumchromaat
permanente commissie   p.c. permanente sterkte - fort
permanntgeel - bariumchromaat permanentgroen - chroomgroen
permanentwave aanbrengen - permanenten permeabel   doordringbaar, doorlatend
permetatie - familie, relatie
permis -  vergunning, verlof  Permische periode - Dyas Perm permissie - toelating, toestemming, vergunning, verlening, verlof permit   geleidebiljet, toegangsbewijs, verlofbiljet 
permitatie - familie, relatie, vergunning permitteren - lijden, toestaan, vergunnen, veroorloven permutatie   verandering, verplaatsing, verwisseling Pernambuco, haven van - Tamandare Pernambuco, hoofdstad van - Recife pernicieus   nadelig, schadelijk, verderfelijk  pernod - berger
pernoze - arbeid, werk
peroratie   slotrede, slotwoord  perpendiculair - loodrecht, rechtstandig
perpetreren - bedrijven, begaan, volvoeren
perpetueel   aanhoudend, altijddurend, bestendig, onafgebroken, onophoudelijk  perpetueren - aanhouden, bestendigen, duren, eterniseren,
vereeuwigen, vervolgen, voortzetten
perplex   onthutst, onthutsing, onthutstheid, ontsteld, paf, verbaasd, verbluft, verbijsterd, versteld, verlegen, verwardheid, verward perplexiteit - bedrempeldheid, ontsteltenis, onzekerheid, verbijstering, verlegenheid perquireren - onderzoeken, uitvorsen
perron - plankier, platvorm, stationstoep perron ingesloten door sporen - eilandperron
pers - drukmachine, drukpers, journalisten, mangel, media, medium, perzik, stok, roede, sapmachine, schrijvers, staak, stang  pers om produkten te binden - balenpers
persagentschap - afp
persbreidel -  censuur  persbureau - ADN, AFP, Aneta, antara,A.N.P.,ANS(A), AP(A), ATS-SDA, Belga, CNA, CP, DPA, EPE, EXTEL, DYODO, MTI, NCNA, nieuwsagentschap, NTB,  Reuter, TANJUG, TASS, UP(I), U.P.I. perse - absoluut, stellig, zeker
persecuteren - vervolgen
persen - dringen, drukken, duwen, mangelen, nopen, platslaan, prangen, pijnen, samendrukken persende mengen - kneden
perser - steenvormer persevereren   volharden, volhouden  persgesprek   interview persiaan - krimmer
persianer   astrakan persiflage - bespotting, karikatuur persing - tenesmos
persing in blaas of darm - tenesmus
perskaart   passepartout, verslaggeverskaart perskuip - cuvé
perskuip (Fr.) - cuvee
persloop - dysenterie
persman   journalist, persmuskiet,redacteur, verslaggever persmuskiet - dagbladschrijver, journalist, reporter personage   persoon, figuur  personeel - werknemers
personeel aantrekken - werven
personeelsblad - orgaan
personen - lui, lieden, mensen personen die een krant leiden - redactie
personen van adel   edelen  personenlijst - cedel, ceel
personenrecht - naam
personificatie   persoonsverbeelding  personificatie van de dood - Hein
personificatie van de gevaren van het verkeer - verkeersmoloch
personificatie van de Griekse gerechtigheid - Dike (godin)
personificatie van de huwelijkstrouw - Penelope
personificatie van de nijd - Invidia
personificatie van de onschuld - maagd personificatie van de regenboog - Iris
personificatie van de vrede - Irene
personificatie van de vrijheid - Libertas
personificatie van de wederliefde - Anteros
personificatie van de Zuidenwind - Aeolus, Eolus
personificatie van een toorn - Ira, Nemesis personificatie van het gemis - Pothos
personificatie van het succes - Felicitas
personificatie van het verlangen - himeros, Mimnermus
personificatie van Engeland - Bull
personificatie van Frankrijk - Marianne
personificatie van land of stad - maagd
personificatie van reinheid - Maria
personificatie van Rusland - Iwan
personificatie van Zwitserland   Helvetia persoon   eenzaat, enkeling, figuur, heer, iemand, individu, kerel, man, mens, personage, speler, spreker, subject, sujet, vrouw  persoon aan wiens order een wissel gesteld is   nemer persoon, als, voorstellen - personifiëren persoon die deel uitmaakt van een vereniging   lid persoon die een gedachtewisseling voert   debater persoon die nergens voor deugt - nietsnut, niksnut 
persoon die schiet - schutter persoon die verzorgd schrijft   stilist persoon die voor het eerst optreedt   debutant  persoon om wie men lacht   risee  persoon tot wie een aanbod is gericht   oblaat  persoon uit de adelstand   aristocraat, aristocrate, baron, barones, freule graaf, gravin, hertog, hertogin, jonkheer, jonker, jonkvrouwe, markies, markiezin, prins, prinses, ridder, vicomte persoon van geringe afkomst   proleet, nobody persoon zonder pigmentkleur   albino persoonlijk - eigen, individualiteit, individueel, particulier, privé, subjectief, zelf
persoonlijk overwicht - autoriteit persoonlijk voornaamwoord - ego, ge, gij, haar, hem, hen, het, hun, hij, ik, je, jou, jullie, jij, me, mij, ons, we, wij, ze, zij,
persoonlijk voornaamwoord (Duits)-  dich, dir, du, er, euch, ich, ihm, Ihn, ihnen,  jhr, mich, mir, sie, uns, wir 
persoonlijk voornaamwoord (Engels)   he, her, him, me, she, them, they, us, we, you
persoonlijk voornaamwoord (Frans)   elle, elles, il, ils, je, la, le, leur, me, mol, nous, te, toi, toi, tu, vous
persoonlijke bijzonderheden   personalia 
persoonlijke opvatting - subjectivisme
persoonlijke overgevoeligheid - idiosyncrasie
persoonlijke waarneming - autopsi
persoonlijkheid - ego, identiteit, individualiteit, karakter, personaliteit, subjectiviteit
persoon of schepsel - mens
persoonsaanduiding - naam
persoonssbeschrijving   signalement 
persoonsbewijs   identiteitsbewijs, legitimatie, pas
persoonsgelijkheid   eenzelvigheid, identiteit
persoonsnaam afgeleid naar de naam van de moeder - matronymicum
persoonsnaam afgeleid naar de naam van de vader - patronymicum
persoonsnaamkunde - antroponymie
persoonsregister - naamlijst
persoonsverbeelding - personificatie, prosopopeia
persorgaan   dagblad, krant, maandblad, magazine, tijdschrift, weekblad
persorganen - media
perspectief   diepte, doorzicht, toekomst, toekomstmogelijkheid, uitzicht, vergezicht, verschiet
perspomp - compressor 
persuaderen   overhalen, overreden, overtuigen
pert   gril, kuur 
perte   pert, (prijs)verlies
pertig - nukkig, vlug
pertinent - afdoend, afdoende, apart, beslist, echt, nadrukkelijk, nauwkeurig, onmisbaar, stellig, stipt, zeker,
Peru, bergtop in - Huascaran
Peru, departement van –
3   Ica
4   Lima, Puno
5   Cuzco, Jumin, Pasco, Piura, Tacna
6   Ancash, Callao, Loreto, Tumbes
7   Huanuco
8   Amazonas, Apurimac, Arequipa, Ayacucho, Moquegua
9   Cajamarc
10 Lambayeque       
12   Huancavelica
Peru, departementale hoofdstad in - 
3   Ica
4   Lima, Puno
5   Cozco, Piura, Tacna
6   Callao, Huaraz, Tumbes
7   Abancay, Huanuco, Iquitos
8   Arequipa, Ayacucho, Chiclayo, Huancayo, Moquegua, Trujillo
9   Cajamarca, Moyobamba
11  Chachapoyas
12  Huancavelica
Peru, munt in - sol
Peru, rivier in - Maranor, Santa, Ucayali
perunage - peruun
Peruviaans schaap - paco 
Peruviaans stinkdier - zorrillo
Peruviaans vogelprodukt - guano 
Peruaanse haven - Ancon
Peruviaanse munteenheid - sol 
Peruviaanse plaats - Areguipa, Callao, Lima
Peruviaanse vorst - inca, inka 
pervers - onnatuurlijk, rot, slecht, tegennatuurlijk, verdorven
perverse geslachtslust - masochisme, sadisme
perversiteit - verdorvenheid
Perzië - Iran
perzik - merkaton
perzik, niet veredelde - purk
perzikkruid - duizendschoon
perziksoort - pavie
Perzisch bevelhebber - sirdar
Perzisch boek - bukifur
Perzisch bouwmeester - Farhad
Perzisch drama - taziye
Perzisch epos - Chamsa, Sjahname
Perzisch filosoof - Zarathustra
Perzisch gebergte - Elbroes, Kohroedgebergte
Perzisch handgeknoopt tapijt - senné, senneh
Perzisch hoofddeksel - pachlevi, tulband
Perzisch Indisch dichter - Faizi
Perzisch koningsgeslacht - Sussaniden
Perzisch lam - astrakan, persianer
Perzisch landvoogd - satraap 
Perzisch leraar - mani
Perzisch opperhoofd - sirdar
Perzisch parlement - majdlis
Perzisch rood - almagra
Perzisch schrijver - Hedayet
Perzisch staatshoofd - sjah
Perzisch tapijt - kirman, pers
Perzisch veldheer - mardonios
Perzisch weefsel - kelim
Perzische berg - Elbroes, Zagros
Perzische beschermgeest of fee - Peri
Perzische bevelhebber - sirdar
Perzische bewaker van waarheid en trouw - Mithra, Mitra
Perzische bouwmeester - Fahrad
Perzische derwish - bedelaar, bedelmonnik, fakir
Perzische dichter - Ansari, Anvari, Attam
Perzische dichtvorm - ghasel(e), rubai
Perzische fee - peri
Perzische gedichtenverzameling - Chamsa
Perzische geheime politie - savak
Perzische god - Amsjaspands, A(h)riman, daiva, Darvandis, Dive, Honover, Ized, Mithra, Ormuzd, Peri, Zervane
Perzische godin van de liefde - Ana(h)ita, Anaïtis
Perzische godsdienst - Amsjaspands, Zoroastrisme
Perzische godsdienstleraar - Zoroaster
Perzische gouden munt - toman
Perzische groene amandel - pimpernoot, pistache
Perzische haven - Abadan
Perzische heerser - 
4   Omar, Sefi, Sjah
5   Abake, Abbas, Ahmad, al-Tai, Arses,Baydu, Cyrus, Jazed,            Kobad, Peroz, Roech
6   al-Amin, al-Hadi, al-Kaim, al-Radi, Asjraf, Bahram, Balasj, 
     Darius, Firoez, Ghazam, Haroen, Hisjam, Ismail, Jamsap, 
     Marwan, Narsch, Orodes, Osroës, Xerxes
7   al-Kair, al-Kahir, al-Moeti, al-Nasir, al-Walid, al-Zahir,
     Arghoen, Hoesein, Ibrahim, Mahmoed, Pacous, Tahmasp,
     Vonones
8   al-Mamoen, al-Rasjid, al-Wakhik, Ardasjir, Cambyses,
     Chosroës, Cinnamus, Gaykhatu, Gotarzes, Hoelagoe, Phraates, 
     Seleucus, Vardanes
9   Alexander, al-Mansoer, al-Moetazz, Antiochus, Artabanus,
     Demetrius, Hormisdas, Jezdegerd, Moesawijah, Oldjaitoe, 
     Soelaiman, Vologases
10 Al-Moehtadi, al-Moektadi, al-Moektafi, al-Moestadi, al-
     Moestain, al-Moestadid, al-Moestasim, al-Moettaki, 
     Artaxerxes, Phraataces, Sinatruces
11 Al-Moektadir, al-Moentasir, al-Moestakfi, al-Moestasim, 
     Mithradatis
12 Adnoer-Narseh, al- Moestansir, al-Moestazhir, 
13 Al-Moestarsjid
14 Al-Moestandjid, al-Moettawakkil, Parthamaspates
Perzische herberg voor karavanen - khan
Perzische herendienst - angarie
Perzische hoofdstad - Teheran
Perzische inhoudsmaat - artaba
Perzische keizer - Ardasjiz, Artaxerxes, Caspyor Cyrus, Cambyses, Darius, Kobad, Chrosroës, Hormoesd, Jezdegerd, Jesgederd,Narses, Sapor, Sjah, Varanes, Xeres
Perzische keizerin - Farah, Soraya 
Perzische koning - Darius, Xerxes
Perzische landvoogd - satraap 
Perzische lichtgod - Mthra(s), Mitra
Perzische literatuurtaal - pahlavi, pehlevi
Perzische lijfwacht - trawant
Perzische marktplaats - bazar
Perzische munt  - abas, dareik, rial, toman
Perzische onderkoning - khedive
Perzische oude lengtemaat - parasang
Perzische oude taal - Pehlevi
Perzische paliszaal - iwan
Perzische prins - Mirza, mizza
Perzische provinciale gouverneur - satraap
Perzische provincie - Fars, Isfahan, Khoezistan, Khorassan, Kirmansjahan, Koerdistan, Mazandaran
Perzische schriftvariant - talik
Perzische stad - Choi
Perzische stadhouder - satraap, Tissaphernes
Perzische student - softa (rechten, theologie)
Perzische taal - Pahlewi
Perzische tabakspijp - nargileh
Perzische tulp - mithra
Perzische tweede kamer - marjelis
Perzische vorst - sjah
Perzische vorst (oud) - Darius, Xerxes
Perzische vorstentitel - sjah
Perzische vorstenzetel - pauwentroon
Perzische vuuraanbidder - Pars
Perzische zijde - ablaue, ardassine
Perzische zonnegod - Mitras, Mithras 
Perzische zuilengang - apadana
perzuur - overzuur
Pesach - Pasen
pesante (muz.) - slepend, zwaarwichtig
Pescadores, een der - Peng-hoe
pessem - kweek
pessimist - donkerkijker, kniesoor, zwartkijker
pessimistisch - donkerziend, zwaarhoofdlg, zwaartillend, zwartgallig 
pest - epidemie, pestilentie 
pest, door gezwollen lymfeklier - buboon
pestaardig - pestachtig, pestilent, pestilentieel
pestel - molenroede, stamper
pesten - jennen, judassen, klieren, kwellen, narren, negeren, plagen, sarren, tarten, tergen, treiteren
pesterij - gesar, getreiter 
pesthuis - lazaret
pestig - besmettelijk
pestkool - anthrax
pestkop - judas, kweller, plaaggeest, sar, treiter(aar)
pestman - gierigaard, lijkendrager
pestvogel - be(e)mer, bombycillidae, gors, sneeuwvogel, wintervogel, wijnstaart, zwartmantel, zijdestaart
pestziekte - epidemie, pestilentie 
pet - begrip, hoofddeksel, inzicht, knudde, nietswaardig, paat verstand 
pet met stijve klep - klak
peter - doopvader, peetoom
peterselie - eppe
pethidine - dolantine
petieterig - klein, pietluttig
petileren - blinken, fonkelen, paarlen, parelen, schitteren
petit maftre - pronker, saletjonker
petitie - adres, rekwest, request, smeekbede, smeekschrift, verzoek, verzoekschrift
petitoir - eigendomsrecht
petitum - conclusie
petoet - bajes, bak, cachot, cel, gevang (enis), lik, nor
petrefact - verstening
petroleum - aardolie, gasoline, kerosine, nafta, olie, peterolie, petroleum (pop.), petrolie,  peut,
petroleumaandelen - olies 
petroleumauto - tankwagen 
petroleumbrander - primus
petroleumether - ether, nafta,
petroleumschip - tanker
petroleumvergasser - primus
pets -  klap, Iel, mep, pats, slag, tik 
petsen - klappen, slaan
petticoat - onderrok
petto (In) - bewaren, tegoed
pet zonder klep - pots
petulant - bruisend, onstuimig, wild
peukel - baardje, bobbel, puistje
peukje - eindje, stompje
peul - schil
peulerwt - keker
peuleschil - kleinigheid
peulvrucht - boon, capucijner, dopboon, (dop)erwt, dopper, flageolet, grauwerwt, hauw, huls, kapucijner, keker, klimerwt, kookerwt, krombek, kroonerwt, kruipelerwt, legumineusen, linze, lupine, molleboon, paardeboon, peul, prinsesseboon, pronkboon, pronkerwt, raasdonder, slaboon, snijboon, spekboon, sperzieboon, stamboon, tuinboon, veldpeul, wikke
peulvrucht (Ind.) - katjang
peun - klap, mep, stoot
peur - poer, wormentros
peuren - peuteren, roeren, wroeten
peurkwast - lamprei, prik
peurtje - eindje, stompje
peut - dreun, klap, opdoffer, opstopper, slag, stomp, stoot, watjekou
peut - benzine, petroleum, terpentine
peuter - baby, dreumes, kind, kleuter, uk(kepuk)
peuteraar - muggenzifter
peuterbewaarplaats - crèche
peuteren - afbreken, beuzelen, friemelen, frunniken, futselen, haspelen, knoeien, knorren, knutselen, lostrekken, mieren, mopperen, morrelen, mullen, oogsten, peuren, pluizen, poken, prutsen, pulken, punniken, razen, talmen, toeteren, trekken, uittrekken, uitvaren, urmen, vloeken, wroeten, wurmen,
peuterend verzorgen - likken
peuterig - beuzelachtig, kriebelig, klein, popperig, prutserig, teuterig
peuterig en stijf - stram
peuterwerk - neuzelwerk
peuzel - treuzelaar
peuzelen - eten, happen, knabbelen, meuzelen, muizen, smikkelen, snaaien
pezel - graanzolder
pezen - hardrijden, zwoegen
pezerik - bullenpees
pezeweven - dralen, talmen
pezig - taai, tendineus, vezelig
p.f. - m.g.
phantasie - verbeelding
phenol - cabolzuur
Philippijnen, een der - Mindanoa
Phlippijnse inwoner - Filippino 
Philippijnse munt - peso 
Phoenicische zonnegod - Bel
Phoenix-eilandn, een der - Canton, Enderbury
phosphorus - p., fosfor
Phrygische godin - Cybele
Phytolaccacee - karmozijnbes
piama - nachtkleding, pyama
piamento -  ootmoedig, vroom
piangevole - droevig, wenend
pianino - kamerklavier
pianist - musicus, muzikant, pianospeler
pianist die alleen onder zijn voornaam optreedt -  Solomon
piano, soort - clavecimbel, clavichord, concertvleugel,  hakkebord, klavier, pianola, salonvleugel, spinet, vleugel
pianocompositie - sonate, toccata
pianofoon - vestzakpiano
pianoforte - hard, sterk
pianohamertje - tangent
pianokrukje - taboeret
pianola - fonola
piano-oefening - etude, studie
piano pianissimo - ppp
pianospelen (slecht) - tingelen
pianospeler - pianist
pianostemmer - accordeur
pianostuk met orkestbegeleiding - pianoconcert
plinostuk voor vier handen - quatremains 
pianowerk - sonate, sonatine, toccata
Piaristen - S.P.
pias - clown, dwaas, grapjas, grappenmaker, grullenmaker, guit, hansworst, harlekijn, klown, kwant, kwibus, malloot, nar, olijkerd, paljas, pierrot, potsenmaker, rare, snaak, zot
piassava - palmyra
piassig - gek, kluchtig
piazza (It.) - plein, marktplein, straat 
Picardië, stad in - Abbeville, Aniens
Picareske roman - schelmenroman
piccolo - fluit, liftjongen
pick-up - grammofoon, pathefoon, platenspeler, vrachtauto,
picobello - uitstekend
picrinezuur - ontploffingsstof
pictografie - beeldenschrift
picturaal - schilderachtig
piedestal - voetstuk, pedestal 
pief - kerel, man
piek - bergpunt, bergspits, bergtop, gulden,  lans, prik, punt, speer, spies, spits, steek, top, uitschieter
piek met dwarsbijl - hellebaard
pieken - prikken, steken
piekenier - spiesdragen
piekenval - dirk, gaffeltoptouw, nokkeval
piekeraar - stakker, tobber
piekeren - denken, dubben, kniezen, mijmeren, nadenken, peinzen, prakkeseren, puzzelen, suffen, tobben
piekgras - liesgras
piekuur - spits
piekijzer - geus, gieteling
pielepoot - ooievaar
pienter - alert, bijdehand, gevat, gewiekst, gis, glad, goochem, handig, helder, intelligent, kien, link, mans, scherpzinnig, schrander, slim, sluw, snugger, spits, uitgerekend, uitgeslapen, vernuftig, verstandig, wakker
piepend geluid - gepiep
pieper - aardappel, anthus, lokfluitje, muis, patroon, verklikker verrader
pier - (aard)worm, dun, havendam, haast, havenhoofd, licht, los, losplaats, moelje,  strekdam,  wandelhoofd, regen(worm), spoed, wurm, ijl
piere - kot, val, huis; vogelknip 
pierement - draaiorgel,  straatorgel
pierenbakje - patroontas
pierenverschrikkertje - borreltje 
pierewaaien - bambocheen, boemelen, flierefluiten, rinkelrooien, stappen
pierewaaier - boemelaar, doordraaier, fuifnummer, losbol, zwierbol
pierewiet - grappenmaker
pierhaak - bootshaak
piëriden - muzen
pierig - aangetast, wormstekig
pioerrot - clown, hansworst, nar, pias
piet - kanarievogel
pieterig - klein, min, peuterig, tenger
piëteit - verering, vroomheid
pieterig - klein, min, tenger
pieterman - gulden
pietervissen - trachinidae
piëtisterij - femelarij
pietlut - krent, krentenweger
pietluttig - kleingeestig, kleinzielig, krenterig
pietluttigheid - angstvalligheid, kleingeestigheid, kleinzieligheid, krenterigheid, scrupulositeit
pietsie - iets, priegeltje, snufje
pietsje – beetje, kleinigheid
pieus - godvruchtig, vroom
piezel - beetje
piëzometer - drukkingsmeter
pigment - kleurstof
pigmentgezwel - melanoma, melanoom
pigmentloze - albino, witteling
pigskin - varkensleer
pik - deukje, droefheid, haat, pek, (pik)houweel, steek, verdriet, wonde, wrok, 
pikant - bits, gekruid, gepeperd, gewaagd, hartig, jaloers,  prikkelend, scherp, schuin, vinnig
pikante dans - striptease
pikante saus - ketchup, Worcester 
pikante saus bij nasi - soja
pikbroek - matroos, zeeman
pikdonker - aardedonker, stikdonker
pikeren - boeien, doornaaien, krenken, prikkelen, steken, stikken
piket - brandwacht, paaltje
pikeur - paardenafrichter, rijmeester, Jockey, vrouwenjager
pikhaak - hechthaak, schippershaak
pikhouweel - bikkel, hak, pik
pikkel - been, stip(pel)
pikkelen - hinken
pikken - afjatten, gappen, kapen, ontvreemdenpakken, roven, stelen, toeeigenen, wegkapen, wegnemen, wegpakken
pikker - rover, steler, zakkenroller
pikketanisje - afzakkertje
pikrinezuur, zout van - pikraat
pikzwart - gitzwart
pikzwart mineraal - git, steenkool, uraniet
pil - dragee
pilaar - ante, atlant, kolom, naald, paal, penant, pijler, pilaster, standaard, steunzuil, stijl, stut, zuil
pilaar als vrouw - kariatide
pilaar in de gedaante van een man - atlant
pilaar in de vorm van een vrouw - kariatide
pilaarbijter - schijnheilige
pilaarheilige - styliet
pilaarhoofd - kapiteel
pilaartafeltje - console
pilaster - ante, kolom, pilaar, zuil
pilatusvisje - pitvis
pileermachine - wrijfwals 
pillendraaier - apotheker. scarabaeus
pillenzaad, tot- bewerken - pilleren
piloot - aviateur, luchtvaarder, stuurman, vliegenier, vlieger 
pilvarenachtigen - marsileaceën
piment - jamaicapeper
pimpelaar - drinker, drinkebroer, zuiplap 
pimpelmees  - blauwmees 
pimpernel - bevernel, guichelheil
pimpernelroos - duinroos
pimpernoot - pistache
pimpernootachtigen - stapgyleaceeën
pin - bout, deutel, deuvik, drevel, keg, klamp, nagel, pen, plug, prang, punt, spie, spijker, staaf, stift, 
pinacee - 
3   pijn
4   arve, lork, mast, spar
5   abies, ceder, larix, picea, pins, tsuga, 
6   cedrus
7   bergpijn, douglas
8   kamerden
9   zilverden
pinakel - fiaal, siertorentje
pinang - areka(palm), betel 
pince-nez - knijpbril, lorgnet
pincet - tangetje
pinda - aardnoot, apenoot(je). olienoot(je)
pinegel - stekelvarken
pingel - strafschop
pingelaar - beknibbelaar, dribbelaar
pingelen - afdingen, dribbelen, marchanderen, pingelen, sjacheren, tawarren
pingping - duiten, geld
pingpong - tafeltennis
pinguins - spfenisci
pink - bokje, oogwenk
pinkelen - flonkeren, tintelen, turen, schitteren, twinkelen
pinken - flikkeren, knipperen
pinkers - oogharen, wimpers
pinkops - katoenafval, poetskatoen 
Pinksteren - sinxen
pinksteranjelier  - grasanjer
pinksterbloem - haanderik, kievitsbloem, koekoeksbloem, kraaiebloem, pinksterbruid, veldkers
pinkstergebruik - kallenmooi
pinksterlummel - luilak 
pinksternakel - pastinaak
pinksterroos - pioen, pioenroos, pionierroos
pinnetje - staafje
pinnig - bazig, fel, haaiig, schriel, zuinig
pinnig of stekelig - venijnig
pinot - wijnstok
pint - beker, bierglas, glas, kan, kelk, kom, kroes, maat, nap, pul
pinten - drinken
pinter - drinker
pioen - pinksterroos, stinkbloem
pioenroos - boerenroos, paeonia, pinksterroos, pioen
pion - schaakstuk
pionier - baanbreker, geniesoldaat, genist, padvinder, sappeur, schansgraver, spoorzoeker, voortrekker 
pionier van het blindenonderwijs - Braille
pionierroos - pioen
pip - betrokken, bleek, lusteloos, mat, pips, ziekelijk, zwak
pios – pikhouweel
piot - hoofdluis
pippeling – goudappel
pipet - zuigbuisje
pips - betrokken, bleek, bleu, flets, lusteloos, mat, onwel, pip, wit(jes), ziekelijk, zwak
piqué - diamant (lichtelijk onzuiver, kopstoot (biljart)
piraat - bandiet, boekanier, kaper, misdadiger, zee(rover), zeeschuimer
piraat aan de wal - wegpiraat
piraatje - sigaret
piraidale spits van een pinakel - kapel
piramide - grafmonument, naald
piramide, kleine - piramidion
piramidetempel uit het Inkarijk - teotihuacan
piramidevormig - obelisk
piraterij
piranha - serrasalmo
piratenzender - etherpiraat
piraterij - zeeroverij
pisafdrijvend - diuretisch
pisang - bacove, banaan
pisangteelt - bacovencoltuur
pisangvezels - abaca
pisbuis - urethra
pisbak - urinoir
pisces - vissen
pissebed - isopodum, keldermot, roesje, zeug
pissen - urineren, wateren
pissoir - urinoir
pissteen - uroliet
pistache - amandel, pimpernoot, knalbonbon 
piste - arena, baan, circuit, hippodroom, menage, parcours, racebaan, renbaan, skibaan, wielerbaan
pistole - gevangenisvertrek
pistolet - broodje, tekenmal, pistooltje
piston - knalpatroon, slaghoedje, ventiel, zuiger
pistonblazer - pistonist
pistool - Browning, Luger. F.N.
pistool - blaffer, browning, handvuurwapen, munt (gouden), revolver
pistool van Volta - knalgaspistool
pistoolfoedraal - holster
pistoolhouder - holster
pit - binnenste, brander, draad, energie energiek, esprit, fut, gasbrander, geest, geestig, geestkracht, humor, katoen, kern, kernachtig, kiem, korrel, kous (lamp), kracht, krachtig, kuiltje, merg, merghebbend, pittig, scheut, snedig, spirit, steenpit, vlammetje, werkkracht, zaadkorreltje
pit van appelen en steenvruchten - keest
pit van grotere vruchten   steen 
pit van lamp   kous
pitoor   roerdomp, wouwaapje 
pitriet - rotanstengel
pits   nijp, kneep
pitsen – prikken
pitstang - nijptang
pitte - agave, aloë, pita
pitten   dutten, inkuilen, maften, meuren, putten, slapen
pittig - aantrekkelijk, aardig, bondig, energiek, geestig, fel, flink, hartig, kernachtig, kittig, kort, krachtig, kras, kregel, laconiek,  levendig, lief, pikant, pit, rap, sententieus, snedig, straf, vinnig, vurig, zakelijk
pittig en geurig - kruidig
pittig gezegde - aforisme
pittoresk   schilderachtig 
pit van een lamp - kous, wiek
pitvis - pilatusvisje, postillon, schelvisduivel
piu allegro - sneller
piu forte - krachtiger, sterker
piu mosso - opgewekter, vlugger
piu stretto - haastiger, korter, sneller
plaag   beproeving, bezoeking, ètre, gesel, hinder, kastijding, kwelling, last, marteling, onaangenaamheid, onheil, obsessie, overlast, pest(kop), plaaggeest, porment, ramp, sar, straf, terg, torment, tourment, verdriet, ziekte 
plaag der mensheid   oorlog, ziekte 
plaaggeest - demon, duivel, jenner, judas, kwelgeest, kwelduivel pestkop, plager, sar, terg, treiter(aar)
plaaggeesten, de 3 furiën - Eumeniden
plaagziek - kwelziek, ontdeugend, plagerig, sarrig
plaagzieke vrouw - helleveeg, huiskruis, huisplaag, Xantippe
plaan - strijkbout
plaat   blad, ets, gravure, illustratie, kopie, ondiepte, plank, plaque, prent, tekening, zandbank, zee, zeebank
plaat die in een elektroliet gezet is - elektrode
plaat gemaakt van vezelstof - hardboard
plaat in een boek of tijdschrift   illustratie
plaat in steendruk   litho, steengravure
plaat of prentvertoning - tint
plaat tussen een zuil - impost
plaat van een handpers   degel 
plaat van vezelstof   hardboard 
plaatdrukkersgereedschap - robber
plaatje van hout of metaal - lamel, lamelle, lamette
plaatje - afdruk, dia, foto, prentje
plaatje aan een tamboerijn - rinkel
plaatje aan vissenhuid   schub 
plaatje metaal   lamel (le)
plaatje schieten   fotograferen, kieken 
plaatje voor het bespelen van snaarinstrumenten - plectrum
plaatjesverhaal   beeldroman, strip 
plaatjeszwam   amaniet 
plaaikieuwig weekdier - eendemossel, mossel, oester, parelmossel
plaatkieuwigen - schelpdieren
plaatletterdruk   stereotypie  
plaats   ambt, betrekking, boerderij, boerenplaats, buurtschap, dorp, gebied, gehucht, gemeente, hofstede, kaap, locus, negorij, oord, passage, placer, plein, plek, positie, rang, ruimte, stad, stand, status, ste(d)e, streek, terrein, vlak, vlek, werkkring,
plaats aan de Aa (N. Br.)   Berlicum Dinther, Donk, Erp, Heeswijk, Someren, Veghel
plaats aan de Adriatische Zee   Ancona, Bari, Brindisi, Dubrovnik, Durrès.Toronto, Rimini, Split, Triest, Venetië 
plaats aan de afgedamde Maas - Aalburg, Andel, Speijk, Veen
plaats aan de Amazone   Manaus, Marajo Obidos, Tabatinga 
plaats aan de Amer   Geertruidenberg, Raamsdonkveer
plaats aan de Amoer   Aigoen, Bikin, Chabarowsk, Nachoda
plaats aan de Arabische Zee   Alappi Bombay, Calicut, Karachi, Mangaluru, Murbal, Surat
plaats aan de Arno   Florence, Pisa 
plaats aan de Brahmaputra   Dacca, Sadiyna
plaats aan de Cumberland   Nashville
plaats aan de Dedemsvaart   Ane, Balkbrug, Dedemsvaart, .Den Hulst, Hasselt
plaats aan de Dnjepr - Chersen, Dnjepropetrowsk, Kiev, Krementsjoeg
plaats aan de Dnjestr - Mogilef, Odessa 
plaats aan de Don   Rostow
plaats aan de Donau - Bazias, Belgrado, Boedapest, Braila, Bratislawa, Calafat, Cernavado, Corabia, Esztergom, Galatsi, Giargla, Ismall, Gioergioe, Krems, Linz, Lom, Negotin, Orsjova, Passau, Prachowo,  Regensburg, Roesse, Silistra, Tjerdavoda, Ulm, Wenen, Widin
plaats aan de Donetz   Bjelgorod, Charkof, Kramatorsk, Loegansk
plaats aan de Douro - Aranda, Lamego, Porto, Sera, Zamore 
plaats aan de Dwina - Archangelsk, Kotlas
plaats aan de Ebro - Caspe, Logrono, Tortosa, Tudea, Zaragoza
plaats aan de Elbe   Decin, Dresden, Hamburg, Lodemenca, Magdeburg, Praag, Wittenberge, Wittenberg
plaats aan de Eufraat - Hille, Hit, Nasiria
plaats aan de Ganges - Benares, Kanpur 
plaats aan de Garonne   Agen, Bordeaux, Marmande, Toulouse
plaats aan de Giuba   Chisimajo 
plaats aan de Guandalquivir   Cordoba, La Palma, Montoro, Palos, Sevilla
plaats aan de Hoang ho   Paotou, Tsinam
plaats aan de Hoogeveensevaart - Hoogeveen, Meppel, Nieuweroord, Zwinderen
plaats aan de Hollandse IJssel -  Capelle, Gouda, Gouderak, Haastrecht, Hekendorp, Krimpen, Montfoort, Nieuwerkerk, Ouderkerk, Oudewater, Snelrewaard, IJsselstein, Willeskop
plaats aan de Hogeveensevaart - Hoogeveen, Meppel, Nieuweroord, Zwinderen
plaats aan de Hudson   Albany
plaats aan de IJssel   Brummen, Deventer, Dieren, Doesburg, Giesbeek, Kampen, Olst, Spoolde, Voorst, Wijhe, Windeshelm, IJsselmuiden, Wijhe, Zutphen
plaats aan de Indus - Karachi, Sukkur 
plaats aan de Inn - Innsbruck, Kufstein, Landeck
plaats aan de Jangtsekiang - Nanking, Sjasi, Wan, Woehan
plaats aan de Jenissel - Doedinka, Krasnojarsk
plaats aan de Kaspische Zee   Bakoe
plaats aan de Kromme Rijn - Bunnik, Keten
plaats aan de Lek - Ameide, Ammerstol, Krimpen, Lekkerkerk, Vianen, Vreeswijk
plaats aan de Lena   Sangar, Jakoetsk 
plaats aan de Limpopo   Guija 
plaats aan de Loire - Angers, Blois, Nantes, Orlèans, Tours,
plaats aan de Maas   Eisden, Grave, Luik, Maasbracht, Maastricht, Mook, Ravenstein, Roermond, Sedan, Stevensweert, Tegelen, Venlo, Verdun
plaats aan de Mackenzie   Wrigley 
plaats aan de Magdalena - Barranquilla, Neiva 
plaats aan de Main - Frankfort, Würtzburg 
plaats aan de Marne   Nesle 
plaats aan de Middellandse Zee - Alexandrië, Algiers, Alicante, Almeria, Ancona, Antibes, Barcelona, Beiroet, Benghazi, Bizerte, Bone Brindisi, Cannes, Cartagena, Catania, Ceuta Dubrovnik, Durrès, Genua, Gaeta, Haïfa, Livorno, Malaga, Marseille, Messina, Monaco, Napels, Nice, Oran, Orbetello, Ostila, Palermo, Port Saïd, Savona, Salerno, Siracusa, Split, Rimini, Tobroek, Toronto, Toulon, Trapani, Triest, Tripoli, Tripoli (Af.), Tunis, Valencia, Venetië
plaats aan de Missouri   Omaha
plaats aan de Moezel   Metz, Thionville, Trier
plaats aan de Moldau   Praag. 
plaats aan de Murray   Bourke, Darling, Wentworth 
plaats aan de Nederrijn - Arnhem, Beusichem, Culemborg, Heelsum, Heteren, Maurik, Rhenen, Waal, Wageningen
plaats aan de Niers   Goch
plaats aan de Niger   Bamako, Niamey, Tombouctou
plaats aan de Nijl   Assoean, Berber, Kairo, Khartoem Kodok
plaats aan de NJemen   Kaunas, Sowjetsk
plaats aan de Noordzee   Aberdeen, Bergen Berwick, Cuxhaven, Dover, Bremerhaven, Duinkerken, Dundee, Emden, Esbjerg, Folkestone, Grimsby, Harwich, Huil, Katwijk, Lowestoft, Margate, Noordwijk, Ostende, Ramsgate, Scarborough, Scheveningen, Stavanger, Sunderland, Wilhelmshafen, IJmuiden, Zandvoort
plaats aan de Ob   Barnaul, Narym, Nowosibirsk
plaats aan de Oder - Frankfurt, Stettin, Wroclaw
plaats aan de Oeral - Goerjew, Oeralsk 
plaats aan de Ohio - Pittsburgh
plaats aan de Oostzee   Gävle, Gdansk, Gdynia, Haparanda, Härnösand, Helsinki, Kalingrad, Karlskrona, Kiel, Leningrad, Lulea, Malmö, Memel, Riga, Stockholm, Sundsvall, Talin, Turku, Umea, Vaasa, Wiborg
plaats aan de Oranjerivier   Hopetown, Upingtown
plaats aan de Orinoco   Tucupita 
plaats aan de Paraguay   Asuncion 
plaats aan de Parana   Posadas 
plaats aan de Po   Cremona, Piacenza, Turijn
plaats aan de Rhône   Arles, Avignon, Genève, Lausanne, Lyon, Martigny, Orange, Valence, Vienne
plaats aan de Rijn - Arnhem, Bazel, Bingen, Bonn, Bregenz, Chur, Duisburg, Dusseldorf, Emmerik, Keulen, Koblenz, Lobith, Ludwigshaven, Mainz, Mannheim, Martigny, Oosterbeek, Rhenen, Schaffhausen, Straatsburg,  Wageningen
plaats aan de Rode Zee   Aden, Djeddah, Suez
plaats aan de Rovuma -  Mtwara 
plaats aan de Seine - Corbeil, Melun, Parijs, Rouen
plaats aan de Senegal   Bakel, Kaédi, Kayes
plaats aan de Stille Oceaan - Seattle
plaats aan de Syr Darja - Nowokazalinsk, Tasjkent 
plaats aan de Taag - Abrantes, Toledo
plaats aan de Theems   Eton, Londen, Oxford, Reading
plaats aan de Theiss   Szeged, Szolnok, Tokaj
plaats aan de Tigris   Amara, Bagdad, Mosoel
plaats aan de Uruguay - Concordia, Salto
plaats aan de Vecht   Ane, Breukelen, Dalfsen, Gramsbergen, Hardenberg, Loenen, Maarsen, Muiden, Nigtevecht, Ommen, Utrecht, Weesp
plaats aan de Waal -Brakel, Dreumel, Druten, Gameren, Gorinchem, Nijmegen, Oosterhout, Rossum, Varik, Vuren, Zaltbommel
plaats aan de Weichsel   Krakow, Tezew, Torun, Warschau
plaats aan de Wezer   Bremen, Minden, Nienburg, Verden 
plaats aan de Wolga   Astrakan, Engels, Gorki, Kazan, Koejbisjew, Saratow, Wolgograd
plaats aan de Zambezi   Sena, Tete, Zumbo
plaats aan de Zwarte Zee   Batoemi, Odessa, Poti, Sebastopol
plaats aanduiden - posteren
plaats aan het Amsterdam Rijnkanaal   Amsterdam, Maarsen, Tiel, Utrecht
plaats aan het Apeldoorn Dierenskanaal   Apeldoorn, Dieren, Eerbeek, Soeren 
plaats aan het Gardameer   Riva
plaats aan het IJsselmeer   Andijk, Den Oever, Elburg, Enkhuizen, Harderwijk, Harlingen, Hindelopen, Hoorn, Huizen, Lelystad, Lemmer, Makkum, Marken, Medemblik, Monnikendam, Muiden, Muiderberg, Spakenburg, Stavoren, Urk, Volendam, Warder
plaats aan het Julianakanaal - Bunde, Elsloo, Maasbracht, Maastricht, Stein, Wessem
plaats aan het Markermeer - LelystadMarken, Volendam, Warder
plaats aan het Twentekanaal   Almelo, Ampsen, Enschede, Hengelo, Lochem, Weldam, Zutphen 
plaats aan het Wilhelminakanaal - Dongen, Breugel, Lieshout, Oirschot, Oosterhout, Son, Tilburg
plaats aan het IJsselmeer - Andijk, Elburg, Enkhuizen, Harderwijk, Harlingen, Hindeloopen, Hoorn, Huizen, Lelystad, Lemmer, Marken, Medemblik, Monnikendam, Muiden, Muiderberg, Spakenburg, Stavoren, Urk, Volendam, Warder
plaats bekend door glasblazerijen - Leerdam
plaats bekend door plassen - De Kaag, Loosdrecht, Reeuwijk, Sneek, Vinkeveen
plaats bekend door slag van Napoleon   Arcole, Asperen, Austerlitz, Jena, Ulm, Wagram, Waterloo 
plaats bekend om zijn paardenrennen in Engeland - Ascot, Derby, Epsom
plaats bepalen – lokaliseren, oriënteren 
plaats bepaling - locatie    
plaatsbewijs - kaartje                 
plaats beroemd om zeeslag in de Middenlandse zee   Lepanto 
plaatsbeschrijving - topografie
plaats bespreken - reserveren
plaats boven handgewricht - pols
plaats bij Alkmaar   Heiloo, Oudorp 
plaats bij Amsterdam   Amstelveen, Diemen
plaats bij Arnhem   Elten
plaats bij Bomberg - Surat
plaats bij Borculo - Neede
plaats bij Breda   Chaam, Etten, Leur 
plaats bij Brussel - Evere
plaats bij Bussum   Naarden
plaats bij Coevorden - Dalen
plaats bij de Nederlands/Duitse grens - Aalten, Bellingwolde, Denekamp, Elten, Groesbeek, Vaals, Vlodrop
plaats bij Delft   Delfgaauw
plaats bij Den Haag   Loosduinen, Rijswijk, Voorburg
plaats bij Eindhoven - Asten
plaats bij Gorkum   Arkel
plaats bij Gramsbergen   Ane
plaats bij Haarlem   Heemstede, Aerdenhout, Bloemendaal, Overveen, Spaarndam
plaats bij Hilversum   's Graveland, Laren
plaats bij Horst   America
plaats bij Jeruzalem   Bethlehem 
plaats bij Lausanne   Ouchy 
plaats bij Leeuwarden - Warga
plaats bij Leiden   Leiderdorp, Oegstgeest, Rijnsburg
plaats bij Lissabon - Estoril, Quintas
plaats bij Lissat - Estoril
plaats bij Los Angeles   Pasadena 
plaats bij Maastricht - Eysden
plaats bij Marum - Nuis
plaats bij monding van de Rhône - Arles
plaats bij Naarden - Bussum
plaats bij Nijmegen   Beek, Groesbeek, Lent
plaats bij Parijs   Sevres, St. Germain, St. Denis, Versailles,
plaats bij Rome   Ostia 
plaats bij Rotterdam - Barendrecht, Capelle, Hoogvliet, Kethel, Pernis, Rhoon, Schiedam
plaats bij Soestdijk   Baarn
plaats bij Triëst   Udine
plaats bij Utrecht   Bilthoven, Bunnik, Jutphaas, Vechten, Vleuten, Zeist, Zuylen, 
plaats bij Venlo   Tegelen 
plaats bij Wageningen - Ede
plaats bij Zwolle   Hattem, Ittersum, Ottersum, Westenholte 
plaats boven handgewricht   pols 
plaats bij de monding van de Rhône   Arles
plaats bij de Ned. Duitse grens - Aalten, Bellingwolde, Denekamp, Elten, Groesbeek, Vaals, Vlodrop
plaats der afgescheidenheid - gehenna, hel
plaats der overledenen - mortuarium
plaatselijk - lokaal
plaatselijk heersende ziekte – endemie
plaatselijke taal – dialect
plaatselijke wedstrijd – derby
plaatselijke zwelling –  bobbel, buil, bult, gezwel, puist, kukkel, zweer
plaats en regentschap op Java - Tegal
plaats hebben - gebeuren
plaats in Achterhoek - Aalten, Baak, Didam, Doesburg, 
Doetinchem, Elten, Winterswijk,  Zeddam
plaats in Achter-lndië - Bangkok
plaats in Afghanistan   Herat, Kaboel,  Kabul, Kandahar
plaats in Afrika   Algiers, Caïro, Dakar, Durban, Fes, Kaapstad, Lagos, Oran, Pretoria, Tanger
plaats in Alaska   Anchorage, Circle, College, Cordova, Douglas, Fairbanks, Juneau, Nome, Seward, Tanana, Teller, Valdez
plaats in Albanië – 
3    Lin
4    Fier, Klos, Lesh
5    Berat, Dukat, Fier, Klos, Korce, Krajë, Kruje, Kukes, Vlonë,
      Vorre
6    Burrel, Dukat, Durrës, Kavaje, Korcë, Permet, Tirana
7    Elbasan, Shkoder, Sarande
8    Konispol, Tepelene,
11  Gjinokaster,
plaats in Algerije   Adrar, Algiers, Annaba, Béchar, Bidon, Bone, Constantine, Djanet, Djelfa, Konstantina, Oran, Reggane, Timimoun, Tindouf
plaats in Anatolië   Adana
plaats in Andalusië - Algeciras, Almeria, Granada, Jerez, Malaga,Sevilla
plaats in Angola   Dondo, Lobito, Luanda
plaats in Antwerpen - Ekeren
plaats in Arabië   Aden, Ar Riaad, Medina, Mekka 
plaats in Argentinië   Azaul, Azul, Catamarca, Cordoba, Corrientes, Deseado, Jujuy, Mendoza, Olavarria, Parana, Rawson, Resistencia, Rosario, Salta, Tandil, Viedma 
plaats in Atjeh - Kotaradja
plaats in Attica - Eleusis
plaats in Australië   Adelaide, Brisbane, Canberra, Darwin, Melbourne, Perth, Sale, Sidney 
plaats in Beieren   Augsburg, Bamberg, Coburg, Forchheim,  Frickenhausen, Karlstadt, Kelheim, München, Neurenberg, Nürnberg, Regensburg, Rothenburg, Steingaden, 
plaats in België – 
2    As,
3    Ans, Ath, Han, Mol, Spa
4    Asse, Baal, Boom, Bree, Doel, Donk, Geel, Genk, Gent, Hoei, 
      Lier, Lint, Luik, Meer, Mons, Niel, Olen, Paal, Perk, Reet,
      Vise, Zele
5    Aalst, Athus, Balen, Bevel, Ciney, Damme, Diest, Dison, 
      Eeklo, Essen, Eupen, Gilly, Halen, Halle, Hamme, Heist,
      Ieper, Jumet, Kallo, Lauwe, Lillo,  Menen, Namen, Olmen, 
      Ronse, Temse, Tielt, Ukkel, Wavre
6    Aarlen, Beerse, Bergen, Bilzen, Binche, Boekel, Brecht, 
      Brugge, Brussel, Chenee, Chimay, Deinze, Deurne, Dinant, 
      Duffel, Durbuy, Eisden, Ekeren, Elsene, Hamont, Izegem,
      Knokke, Leuven, Lommel, Marche, Ninove, Ougree, Poppel, 
      Staden, Tienen, Veurne, Virton, Wasmes, Wervik, Wortel, 
      Zolder
7    Andenne, Ardooie, Berlaar, Berchem, Beveren, Bocholt, 
      Brussel, Comines, DePanne, Doornik, Edingen, Evergem, 
      Gedinne, Hasselt, Herstal, Hoboken, Jemeppe, Kinrooi, 
      Kortrijk, Lanaken, Laroche, Lebbeke, Lokeren, Maaseik, 
      Malmedy, Meeuwen, Merksem, Mortsel, Oedelem, Quenast, 
      Seraing, Torhout, Tremelo, Waregem, Waterlo, Zelzate 
8    Aarschot, Arendonk, Auvelais, Bastogne, Beaumont,  
      Borgworm, Bouillon, Bressoux, Bembloux,  Kapelle, 
      Kessel-Lo, Ledeberg, Lessines, Loenhout, Maldegem, 
      Mechelen,  Moresnet, Neerpelt, Nivelles, Oostende, 
      Antwerpen, Charleroi, Essimay, Karlstadt, Turnhout,                     Zeebrugge
9    Antwerpen, Charleroi,  Zeebrugge
plaats in België aan de Maas - Ardenne, Dinant, Herstal, Jambes, Lanaken, Maaseik, Namen, Seraing, Yvoir 
plaats in België aan de Schelde - Antoing, Antwerpen, Dendermonde, Doornik, Gent, Oudenaarde, Rupelmonde, Temse,
Wetteren
plaats in Belgisch Brabant - Aarschot, Asse, Brussel, Diest, Edingen, Halle, Leuven, Ninove, Nivelles, Overijse, Tervuren, Tienen, Tubize, Vilvoorde, Waveren
plaats in Belgisch Limburg - Beringen, Beverlo, Genk, Hasselt, Maaseik, Neerpelt, Overpelt, Tongeren
plaats in Bengalen   Barisal, Calcutta, Dacca, Madras, Rangoon
plaats in Bhutan   Punakha 
plaats in Binnen Mongolië - Aigoen, Argoen, Hantsjoeli, Hoeheot, Toioen
plaats in Birma - Mandalay, Rangoon
plaats in Boeotië   Thebe 
plaats in Bohemen - Pilsen, Plzen
plaats in Bolivia - Cochabamba, La Paz, Oruro
plaats in Botswana   Mafeking, Molepolole
plaats in Bourgogne - Autun, Beaune, Chalon,  Dole, Dyon, Macon
plaats in Brabantse Peel - Best, Eindhoven, Geldrop, Heeze, Leende, Nuenen, Oirschot, Son, Valkenswaard, Veldhoven, Waalre
plaats in Brazilië   Bahiea, Branganza, Brasilia, Campinas, Campos, Caravelas, Ceara, Forteleza, Natel, Para, Pernambuco, Recife, Salvador, Santos, Vitoria 
plaats in Bretagne - Brest, Dinant, Dinard, Lorient, Morlais, Nantes
plaats in Bulgarije - Asenowgrad, Boergas, Jambol, Krdzjali, Lovetsj, Pernik, Pleven, Plovdiv, Sofia, Varna, Vratsa
plaats in Burundi   Uujumbura
plaats in Californië - Aracaju, Berkeley, Glenn, Kings, Nevada, Salvador, Sierra, Solano
plaats in Cambodja   Kampot, Phnom Penh
plaats in Canada   Calgary, Hamilton, Montreal, Ottawa, Quebec, Toronto, Vancouver, Windsor, Winnipeg
plaats in Chili   Antofagasta Concepcion, Santiago, Valparaiso
plaats in China   Canton, Nanking, Peking, Tientsin, Sjanghai, Tsjingtao, Woehan
plaats in Colombia   Barranquilla Bogota, Cali, Cartagena, Medelin, Neiva, Pasta
plaats in Denemarken - Aarhus, Alborg, Esbjerg, Helsingör, Kopenhagen, Korsör, Lemvig, Nyborg, 0dense, Skive
plaats in Drente – 
3    Ane, Een, Ees, Elp, Erm, Yde,
4    Anlo, Eext, Elim, Gees, Lhee, Loon, Norg
5    Anloo, Annen, Ansen, Assen, Bunne, Dalen, Eelde, Emmen,
      Erica, Exloo, Peelo, Peize, Pesse, Roden, Rolde, Sleen, Spier,
      Vries, Wapse
6    Aalden, Balloo, Beilen, Buinen, Borger, Diever, Echten,  
      Gieten, Grollo, Meppel, Nietap, Odoorn, Oranje, Ruinen, 
      Smilde, Taarlo, Velthe, Wijster, Zeegse
7    Anderen, Drouwen, Ekehaar, Grollo, Havelte, Langelo, 
      Nijeveen, Orvelte, Uffelte,Vledder, Wachtum, Zweeloo
8    Alteveer, Donderen, Eursinge, Gasselte, Gasteren, Koekange, 
      Leggelo, Mantinge, Midlaren, Tinaarlo, Westdorp, Wittelte
9    Bronneger, Bruntinge, Coevorden, Hoogersmilde,                         Hoogeveen, Hooghalen, Klazinaveen, Koekanje, Paterswolde, 10  Schoonoord, Veenhuizen, Westerbork, Zuidlaren, Zuidwolde
11  Klazinaveen, Paterswolde
12  Hoogersmilde
plaats in Duitsland - Aken, Bocholt, Bochum, Bremen, Bonn, Dresden, Duisburg, Dusseldorf, Emden, Ems, Erfurt, Essen, Frankfort, Halle, Hamburg, Hamburg, Jena, Karlsruhe, Keulen, Kiel, Koblenz, Leipzig, Maagdenburg, Mainz, München, Neurenberg, Pankow, Potsdam, Regensburg, Rostok, Solingen,
Stuttgart, Trier
plaats in Duitsland aan de Donau - Ulm
plaats in Duitsland aan de Elbe - Dresden, Hamburg, Kuxhaven, Maagdenburg
plaats in Duitsland aan de Rijn - Bacharach, Bingen, Bonn, Duisburb, Düsseldorfmmerik, Keulen, Konlenz, Mainz, Mannheim, Wezel, Worms,
plaats in Ecuador   Ambato, Arnbato, Cuenca, Esmeraldes, Loja, Portoviejo, Quito, Riobamba 
plaats in een rij - nummer, numero
plaats in Egypte   Alexandrië, Assoean, Belbes, Belkas, Benha, Caïro, Charga, Dachla, Damiette, Desoeg, Farafra, Gizeh Idfina, 1smailia, Luksor, Mansoera, Sjwa, Suez, Tanta, Zifta
plaats in Engeland - Cambridge, Chattam, Belfast, Birmingham, Brighton, Bristol, Cardiff, Chester, Coventry,
Derby, Dover, Eton, Greenwich, Harwich, Hastings, Hull, Ipswich, Leeds, Liverpool, Londen, Manchester, Margate, Newcastle, Oxford, Plymouth, Reading, Sheffield, Vork, Southampton, Stratford, Windsor, Woceester
plaats in Epirus - Dodona
plaats in Engeland, bekend door paardenrennen   Ascot, 
Derby, Epsom.
plaats in Ethiopië   Asmara,  Assab, Gambela, Giniz, Gore, Harar, Jimma, Kassala, Keren, Massoea
plaats in Finland - Helsinki, Kemi, Pori, Porvoo, Turku 
plaats in Frankrijk - Agde, Agen, Amiens, Angers, Arles, Auxerre, Biarritz, Blois, Bordeaux, Bourges, Brest, Cannes, Chalon, Châlons, Fontainebleau, Gap, Lille, Grenoble, Lourdes, Lyon, Macon, Marseille, Melun, Menton, Nancy, Nantes, Nice, Nevers, Orléans, Parijs, Pau, Perpignan, Poitiers, Reims, Rochefort, Rijssel, Sedan, Sète,
Toulon, Toulouse, Tours, Troyes, Tulle, Roanne, Limoges, Valence, Verdun, Versailles 
Buren, plaats in Friesland   Akkrum, Arum, Balk, Bergum, Buitenpost, Deinum, Dokkum, Drachten, Dronpijp, Eernewoude, Franeker, Gorredijk, Grouw, Harlingen, Heerenveen, Irnsum, Hindelopen, Joure, Kollum, Leeuwarden, Lemmer, Makkum, Menaldum, Nes, Oldeboorn, Plaam, Rauwerd, Sloten Sneek, Stavoren, Tacozijl, Ureterp, Warga, Wolvega, Zürich,
plaats in Friesland (op Ameland) - Ballum, Hollum
plaats in Friesland (op Schiermonnikoog) - Oosterburen
plaats in Friesland (op Terschelling) - Hoorn, Midsland
plaats in Friesland aan de meren - Grouw, Oudega, Terhorne
plaats in Gabon   Lambarene, Libreville  
plaats in Galilea, waar water in wijn werd veranderd - 
Kana(an)
plaats in Gambia   Bathurst
plaats in Gelderland   Aalten, Apeldoorn, Arnhem, Barneveld, Borculo, Brummen, Didam, Dieren, Doesburg, Doetinchem, Ede, Eefde, Elburg, Elspeet, Elst Epe, Ermelo, Groenlo, Groesbeek, Harderwijk, Heerde, Hengelo, Lent, Lochem, Lunteren, Neede, Nijkerk, Nijmegen, Oene, Oosterbeek, Putten, Ressen, Ruurlo, Teuge, Tiel, Vaassen, Velp, Voorst, Wageningen, Wijchen, Winterswijk, Zutphen
plaats in Gelderland en Noord Brabant   Aalst
plaats in Gelderland, Noord Holland en Noord Brabant   Laren
plaats in Georgia - Albany, Atlanta, Augusta, Columbus,
Macon, Rome, Savannah
plaats in Georgië - Tiflis
plaats in Ghana   Accra, Kumasi, Sekondi, Tamale
plaats in Griekenland   Arta, Athene, Kavalla, Korinthe, Patras, Piraeus, Tanagra, Thebe, Thessaloniki
plaats in Groenland - Godthab, Ivigtut
plaats in Groningen   Adorp, Aduard, Appelscha, Appingedam, Baflo, Bedum, Beerta, Boertange, Delfzijl, Eenrum, Finsterwolde, Groningen, Haren, Heiligerlee, Hoogezand, Leek, Leens, Loppersum, Marum, Nieuwolda, Noordbroek, Nuin, Onderdendam, Sappemeer, Sauwerd, Scheemda, Slochteren, Stedum, Termuntenzijl, Uithuizen, Ulrum, Veendam, Visvliet, Wildervank, Winschoten, Winsem, Zoutkamp, Zuidbroek, Zuidwolde
plaats in Groot Brittannië   zie plaats in Engeland / Schotland / Wales
plaats in Guatemala   Caban, Flores 
plaats in Guinee - Conakry, Kankan, Mamou
plaats in Hawaii - Honolulu
plaats in Haïti - Conaires, Jacmel
plaats in Henegouwen - Macon, Seneffe
plaats in Honduras - Tegucipalqa, Trujillo
plaats in Hongarije - Baja, Boedapest, Debrecen, Eger, Gyor, Kaposvar, Komlo, Maco, Pécs, Sopron, Szeged, Tokaj, Vac
plaats in Ierland   Athlone, Birr, Cobh, Cork, Dublin, Limerick, Shannon, Sligo
plaats in India   Benares, Bengaluru, Bhavnagar, Bhopal, Bombay, Calcutta, Delhi, Gaya, Haiderabad, Jaipur, Kahima, Kanpur, Kolar, Laknau, Madras Negapatam, Patna, Puna, Suret
plaats in Indonesië   Bandoeng, Bogor, Djakarta, Makasar, Medan, Padang, Palembang  Raba, Semarang
plaats in Indonesië op Java - Bandjar, Bekasi, Blora, Bogor, Depok, Djakarta, Jogja, Klaten, Kroja, Leles, Malanga, Maling, Merak, Pekalongan, Ping, Rembang, Semarang, Sindangbarang, Subang, Sukabumi, Sukanagara, Surabaja,Taju, Tangerang, Tegal, Tjamara, Tomo, Wates, Weleri
plaats in Insulinde - Bandjermasin
plaats in Irak   Amara, Basra, Bagdad, Mosoel
plaats in Iran   Abadan, Jezd, Koem, Teheran
plaats in Israël   Ai, Ajalon, Akko, Beersjewa, Berseba, Bethlehem, Caecarea, Dothan, Endor, Geba, Gibeon, Gomorra, Haifa, Horma, Jaffa, Jafo, Jeruzalem, Karmel, Kapernaum, Magdala, Maon, Nain, Nazareth, Jaffa, Jericho, Jeruzalem, Ofra, Salem, Samaria, Sichem, Sodorm, Tiberias
plaats in Italië   Alassio, Ancona, Assisi, Bari, Bergamo, Bolzano, Brescia, Brindisi, Coma, Firenzo, Florence, Genua, Imperia, Livorno, Milaan, Modena, Napels, Ostia, Pisa, Padua, Parma, Pavia, Perugia, Piacenza, Portofina, Ravenna, Reggio, Rimini, Rome, Savona, Spezia, Syracuse, Tarente, Trento, Triëst, Turijn, Venetië, Verona, Viareggio
plaats in Italië aan de Arno - Florence, Pisa
plaats in Italië aan de Middellandse Zee - Alassio, Genua,
Livorno, Napels, Ostia, Reggio, Viareggio
plaats in Italië aan de Tiber - Ostia, Rome
plaats in Ivoorkust - Abidjan, Bouaké
plaats in Japan - Hirosjima, Kobe, Kyoto, Nagasaki, Osaka, Tokio 
plaats in Jemen - Mokka, Sana, Taiz 
plaats in Joegoslavië   Bied, Brod, Dubrovnik, Knin, Ljubljana, Nisj, Sarajevo, Sisak, Siumo, Skopje, Split, Titograd, Zadar, Zagreb
plaats in Jordanië   Amman, Jeruzalem
plaats in Judea - Asdod, Gat, Gaza, Jericho, Jeruzalem, Zit
plaats in Kameroen - Douala, Kribi, Yaounde  
plaats in Karinthië - Klagenfurt, Villach
plaats in Kashmir - Srinagar
plaats in Katar   Doha
plaats in Kenia - Mombassa, Nairobi
plaats in Kongo (voormalig Belgisch)   Kamina, Kindu, Kinsjasa, Stanleystad
plaats in Kongo (voormalig Frans) - Brazzaville
plaats in Korea   zie: plaats in Noord/Zuid Korea
plaats in Kameroen   Douala, Kribi, Yaounde
plaats in Kashmir   Srinagar 
plaats in Kroatië   Sisak, Split, Zadar, Zagreb
plaats in land van Maas en Waal - Ewijk
plaats in Laos   Vientiane 
plaats in Letland   Riga
plaats in Libanon - Beiroet
plaats in Liberia   Buchanan, Monrovia
plaats in Libië   Sokna, Tobroek, Tripoli
plaats in Liechtenstein - Balzers, Steg, Triesenberg
plaats in Limburg   America, Arcen, Baarlo, Beek, Belfeld, Berg,  Bergen, Brunssum, Bunde, Echt, Epen, Eijsden, Geleen, Gennep, Gulpen, Heerlen, Haelen, Kerkrade, Koningsbos, Limbricht, Linne, Lutterade, Maasbracht, Maastricht, Margraten, Meersen, Mook, Reuver, Roermond, Rolduc, Roosteren, Sevenum, Sittard, Stein, Tegelen, Vaals, Valkenburg, Venlo, Venray, Vlodorp, Weert, Wijk
plaats in Limburg aan de Maas - Berg, Buchten, Elsloo, Geulle, Maasbracht, Meerssen, Mook, Obbicht, Stein, Stevensweert, Urmond, Wessem
plaats in Litauen - Memel, Wilna
plaats in Lombardije   Lodi
plaats in Luxemburg - Esch, Ettelbrück, Luxemburg, Vianden
plaats in Macedonië   Debar, Scalpje, Skopje Stip, Veles 
plaats in Madagascar - Antsirabe, Majunga, Morondava,
Tamatave, Tananarive, Tulear
plaats in Malagasië   Tamatave, Tananarive, Tulear
plaats in Malakka - Georgetown, Ipoh, Kualalumpur, Pekan
plaats in Malawi   Zomba 
plaats in Maleisië   Ipoh, Kuala Lumpur, Penang, 
plaats in Mali - Goa, Segu, Sihasso
plaats in Manilla - Aparri, Lingayen
plaats in Marokko - Casablanca, Fes, Rabat, Tetouan, 
plaats in Mauretanië   Atar, Kaedi, Nouakchott
plaats in Ned. Limburg - Epen, Ittervoort
plaats in Nepal   Batgoon, Katmandu, Palan
plaats in Nevada   Reno
plaats in Nicaragua – Bluefields, Granada, Managua 
plaats in Nieuw Zeeland   Auckland, Christchurch, Wellington
plaats in Niger - Agades, Bilma, Niamey
plaats in Nigeria - Forcados, Ibadan, Jos, Kano, Lagos 
plaats in Noord Afrika   Derna, Stax 
plaats in Noord Brabant   Aalst, Alem, Asten, Beers, Best, Breda, Budel, Deurne, Dongen, Dorst, Eerde, Eindhoven, Erp,  Etten,Geertruidenberg, Goirle, Grave, Helmond, 's Hertogenbosch, Kaatsheuvel, Leende, Moerdijk, Nabbengat, Neerbeek, Oosterhout, Oisterwijk, Oss, Overloon, Raamsdonk, Ravenstein, Roosendaal, Schijndel, Son, Stratum, Tilburg, Uden, Ulvenhout, Valkenswaard, Vught, Waalwijk, Steenbergen, Zevenbergen, Willemstad 
plaats in Noord Holland   Aalsmeer, Aardenhout, Abbenes, Akersloot, Alkmaar, Amstelveen, Amsterdam, Bakkum, Beets, Beverwijk, Blaricum, Bloemendaal, Blokker, Bussum, Castricum, Diemen, Edam, Egmond, Enkhuizen, Etten, Haarlem, Halfweg, Heemskerk, Heemstede, Heiloo, Hilversum, Hem, Hoorn, Iip, Jisp, Koegras, Koog, Landsmeer, Laren, Limmen, Medemblik, Muiden, Naarden, Obdam, Overveen, Petten, Purmerend, Santpoort, Schagen, Schoorl Spaarndam Uitgeèst, Uithoorn, Ursem, Velsen, Volendam, Warmenhuizen, Weesp, Wieringen, Winkel, Wormerveer, IJmuiden, Zaandam, Zaandijk, Zandvoort, Zwaag
plaats in Noordoost polder   Creil, Ens, Espel, Kraggenburg, Luttelgeest, Marknesse, Nagele, Rutten, Tollebeek, Urk
plaats in Noord Ierland - Belfast, Larne, Newry
plaats in Noord Korea   Najin, Pyongyang, Wonsen
plaats in Noord Vietnam - Haiphong, Hanoi
plaats in Noorwegen -  Bergen, Grong, Hammerfest, Mo, Molde, Narvik, Odda, Oslo, Stavanger, Trondheim, Voss
plaats in Normandië - Caen, Cherbourg, Dauville, Rouaan, Rouen
plaats in Oost Nederland   Ommen, Ruurlo
plaats in Oost Vlaanderen   Melle
plaats in Oostenlijk-Flevoland - Dronten, Lelystad
plaats in Oostenrijk   Bregenz, Graz, Gstaad, Innsbruck, Klagenfurt, Krems, Kufstein, Landeck, Lienz, Linz, Wenen, Zeel
plaats in Overijssel   Almelo, Ane, Avereest, Baarle, Blokzijl Boekelo, Borne, Dalfsen, Dedemsvaart, Delden, Deventer, Enschede, Giethoorn, Goor, Gramsbergen, Hardenberg, Hasselt, Heino, Hengelo, Kampen, Losser, Markelo, Nijverdal, Oldenzaal, Olst, Ommen, Raalte, Rossum, Rijssen, Schalkhaar, Spoolde,  Staphorst, Steenwijk, Vollenhove, Vriezenveen, Vroomshoop, Wijhe, Zwartsluis, Zwolle
plaats in Pakistan   Bela, Dacca, Lahore, Karachi, Rawalpindi
plaats in Palestina   zie: plaats in Israël
plaats in Paraguay   Asuncion, Concepcion
plaats in Peru - Arequipa, Callao, Lima
plaats in Perzië   Abadan, Jezd, Koem, Teheran
plaats in Phocis - Delpgi, Elatea
plaats in Polen   Gdansk, Krakow, Poznan, Warschau, Wilna, Wroclaw
plaats in Portugal   Abrantes, Beja, Faro, Lissabon, 0porto
plaats in Portugees Guinee   Bissao, Bolama
plaats in Portugees Timor   Dilly
plaats in Po vlakte   Reggio
plaats in Pyreneeën   Luz
plaats in Rijnland   Bonn, Dahlem, Godesberg, Mainz, Rees, Remagen, Spiers
plaats in Rhodesië   Bulawayo, Que Que, Salisbury
plaats in Roemenië   Arad, Cluj, Boekarest Braila, Brasov, Galati
plaats in Rusland   Archangel, Astrakan, Charkow, Gomel, Gorki, Jalta, Kiev, Kirow, Leningrad, Minsk, Moermansk, Moskou, Odessa, Podolsk, Rostew, Samara, Saratov, Waronesj
Plaats in Saoedi Arabië   Ar Riaadh, Medina, Mekka
plaats in Schotland   Aberdeen, Dundee, Edinburgh, Elgin, Glasgow, Inverness, Leith, Tain, Wick, 
plaats in Senegal   Dakar, Kaolack, Thies
plaats in Siberië   Jakoetsk, Nowosibirsk Omsk, Tomsk, 
plaats in Sierra Leone   Freetown 
plaats in Sikkim   Gangtok
plaats in Somalië   Dante, Mogadiscio, Obbia
plaats in Spanje   Barcelona, Bilbao, Cadiz, Cartagena, Cordoba, Granada, Jerez, Madrid, Malaga, Mora, Murcia, Oviedo, Pamplona, Sevilla, Toledo, Valencia, Valladolid, Vigo
plaats in Suriname   Brokopondo, Groningen, Moengo, Paramaribo, Tamarin, Wageningen
plaats in Syrië - Damascus, Hama, Homs, Latakia
plaats in Tanganyika - Arusha, Dodoma, Karema, Kigoma, Kilwa, Lind, Mikindani, Pangen, Tabora, Tanga
plaats in Tanzania   Dar es Salaam, Kilwa, Lamu, Lindi, Zanzibar
plaats in Thailand - Bangkok, Korat, Oebon
plaats in theater   engelenbak, loge, parterre, stalles
plaats in Thessalië -  Larissa
plaats in Tibet   Lhasa
plaats in Tirol - Landeck, Steinach, Zeil
plaats in Togo   Lome
plaats in Tsjecho-Slowakije   Beroun, Bratislawa, Brno, Gheb, Gottwaldow, Jablonec, Kladno, Libereo, Melnik, Pilzen, Pisek, Pizen, Praag, Tabor, Zatec
plaats in Tunesië   Bizerte, Djezba, Kairouan, Soussa, Tunis
plaats in Turkije   Ankara, Erzurum, Istanbul, Izmir,
plaats in Ubangi Shari   Bangui, Barban, Ouadda
plaats in Uganda   Entebbe, Gulu, Jinja, Kampala
plaats in Ulster - zie: plaats in Noord Ierland
plaats in Uruguay   Colonla, Montevideo, Salto
plaats in U.S.A. - Albany, Atlanta, Baltimore, Birmingham, Boston, Buffalo, Charleston, Cheyenne, Chicago, Cincinnatti, Cleveland, Dallas, Denver, Detroit, Dulluth, Houston, Indianapolis, Jacksonville, Kansas, Miami, Milwaukee, Minneapolis, Mobile, Montgomery, Nashville, Norfolk, Oakland, Omaha, Philadelphia, Pittsburg, Portland, Providence, Richmond, Rochester, Savannah, Seattle, Spokane, Tacoma, Toledo, Tompa,
Tulsa, Washington, Wichita
plaats in Utrecht   Abcoude, Amerongen, Amersfoort, Baarn, Doorn, Eemnes, Harmelen, Houten, Jaarsveld, Jutphaas, Loenen, Lopik, Loosdrecht, Maarn, Maarssen, Montfoort, Mijdrecht, Odijk, Polsbroek, Renswoude, Soest, Soestdijk, Tienhoven, Uithoorn, Utrecht, Vinkeveen, Vleuten, Vreeland, Wilnis, Zegveld, Zeist
plaats in Venezuela - Barquisimeto, Caracas, Maracaibo
plaats in Vietnam   Hanoi, Saigon
plaats in Vlaanderen   Brugge, Gent, Heist, Ieperen, Izegem, Knokke, Leper, Nieuwpoort, Oostende, Tielt, Zeebrugge
plaats in Wales   Aberfan, Aberystwyth, Cardiff, Holthead, Llanelly, Milford, Newport
plaats in Washington - Bellingham, Olympia, Richland, Seattle, Spokane, Tacoma
plaats in West Duitsland   Bonn, Bremen, Dortmund, Duisburg, Düsseldorf, Emden, Ems, Essen, Frankfort, Freiburg, Hamburg, Hannover, Kassel, Keulen, Kiel, Koblenz, Krefeld, Mains, Mannheim, München, Münster, Neurenberg, Solingen, Ulm Warms
plaats in West-Vlaanderen - leper
plaats in Württemberg   Aaien 
plaats in Yorkshire   Leeds
plaats in Zaanstreek - Krommenie, Wormerveer, Zaandam, Zaandijk
plaats in Zambia   Lusaka
plaats in Zeeland   Arnemuiden, Bath, Biervliet, Breskens, Brouwershaven, Bruinisse, Colijnsplaat, Domburg, Eede, Goes, Groede, Haamstede, lerseke, Kats, Klinge, Kloetinge, Kruiningen, Middelburg, Nisse, Renesse, Rilland, Sluis, Tholen, Veere, Vlake, Vlissingen, Westkapelle, IJzendijke, Zaamslag, Zierikzee 
plaats in Zeeuws Vlaanderen   Aardenburg, Axel, Biervliet, Breskens, Eede, Hulst, Oostburg, Terneuzen, IJzendijke
plaats in Zuid-Afrika - Bloemfontein, Durban, Grootfontein, Johannesburg, Kaapstad, Keetmanshoop, Lüderitz, Pieterburg Pietermaritzburg, Pretoria, Tsumeb, Vrijburg, Walvisbaai, Welkom
plaats in Zuid Amerika   zie: ook bij de afzonderlijke staten) Caracas, Concepcion, Bogota, Brasilia, Lima, Quito, Rio, Rosario, Santiago, Valparaiso
plaats in Zuid-Australië - Adelaïde, Kingston, Oodnadatta, Petersborough,Tarcoola, Wallaroo, Woomera
plaats in Zuid Holland   Alblasserdam Alphen, Ameide, Arkel, Asperen, Bodegraven, Bolnes, Boskoop, Brielle, Delft, Dirksland, Dordrecht, Gorkum, Gouda, Haastrecht, Hillegom, Kaag, Katwijk, Leerdam, Leiden, Leimuiden,  Lisse, Maassluis, Naaldwijk, Oegstgeest, Oostvoorne, Pernis, Puttershoek, Ridderkerk, Rotterdam, Rozenburg, Scheveningen, Schiedam, Sliedrecht, Strijen Vlaardingen, Vianen, Vlist, Voorburg, Wassenaar, Woerden, Zwammerdam, Zoetermeer, Zwijndrecht 
plaats in Zuid-Jemen - Aden
plaats in Zuid Korea   Mokpo, Poesan, Seoel, Taegoe
plaats in Zuid Vietnam   Dalat, Danang, Hue, Saigon
plaats in Zweden   Djursholm, Ebeky, Falun, Gävle, Göteborg, Haverdal, Huddinge, Laholm, Lund, Malmö, Näsbypark, Norrköping, Ornsköldsvik, Stockholm, Strömma, Unnaryd, Uppsala, Växjö, Ystad
plaats in Zwitserland   Airoio, Alststatten, Basel, Bern, Brig, Chur, Davos, Elm, Freiburg, Genève, Interlaken, Kublis, Lausanne, Locarno, Lugano, Luzern, Montreux, Neuchâtel, Schaffhausen, Sargans, Spiez, Thun, Vevey, Zermatt, Zug, Zürich
plaats in de Achterhoek - Aalten, Borculo, Doetinchem, Eibergen, Groenlo, Lichtenvoorde, Ruurlo, Vorden, Winterswijk, Zelhem
plaats in de Betuwe – Beesd, Culemborg, Driel, Elst, Geldermalsen, Kesteren, Lent, Lienden, Ochten, Opheusden, Tiel
plaats in de bijbel   Babel, Bethanië, Bethel, Bethlehem, Berseba, Emmaus, Hebron, Jericho, Jeruzalem, Mamré, Nazareth, Samaria, Silo, Tirza, Ur
plaats in de Insulinde - Bandjermasin
plaats in de Langstraat   Capelle, Raamsdonk(sveer), Spreng, Waalwijk, Waspik
plaats in de Lijmers   Angerlo, Didam, Duiven, Wehl Zevenaar
Plaats in de Noordoostpolder - Emmeloord, Ens, Urk, Vollenhove
plaats in de Peel   Griendtsveen, Helenaveen, Neerkant, Odiliapeel
plaats in de Sovjet   Astrakan, Bakoe, Charkow, Gomel, Gorki, Jalta, Kazan, Kiew, Kirow, Leningrad, Minsk, Moskou, Odessa, Omsk, Riga, Rostow, Samara, Tbilisi, Unie, Wolgograd
plaats in de Streek   Blokker, Grootebroek, Westwoud
plaats in de Verenigde Staten   Albany, Atlanta, Austin, 
Baltimore, Berkeley, Boston, Buffalo, Chicago, Cincinnati, Cleveland, Denver, Detroit, Houston, Madison, Miami, Milwaukee, Nashville, New Orleans, New York, Philadelphia Pittsburgh, Reno, Richmond, Tulsa, Washington
plaats in de Zaanstreek   Koog, Krommenie, Westzaan, Wormerveer, Zaandam, Zaandijk
plaats in een rij   nummer
plaats in een schouwburg - baignoire, balkon, engelenbak, galerij, loge, parket, parterre, schellinkje, stalles, zaal 
plaats in het Gooi   Blaricum, Bussum, 's Graveland, Hilversum, Huizen, Laren, Naarden
plaats in het Moezelgebied - Metz
plaats in het oude Egypte - Memphis
plaats in het periodieke systeem - atoomnummer
plaats in het Roergebied - Dortmund, Duisburg, Düsseldorf, Essen, Oberhausen
plaats innemen - beslaan
plaats innemen van een ander   invallen
plaats maken - treden
plaats maken voor - inruimen
plaats met beschouwingen - tekst
plaats met geneeskundige baden - Ems
plaats met veel kwekerijen - Aalsmeer, Boskoop 
plaatsnaam - toponiem
plaats of ambt van een hoogleraar - preekstoel
plaats om schaats te rijden - ijsbaan
plaats om te rusten   bed, divan, stal
plaats om te slapen - bed, divan, slaapbank
plaats om vlas te roten - root
plaats om vlees te roken - wieme
plaats om zich te verbergen - schuilplaats
plaats op aarde boven het hypocentrum - epicentrum 
plaats op Ameland   Ballum, Buren, Hollum, Nes
plaats op Aruba - Balashi, Bushiribana, Druif, Noord,
Oranjestad, Savaneta
plaats op Bahama eilanden - Nassau
plaats op Bahrein eilanden - Manama
plaats op Balearen - Arta, Ibiza, Inca, Makou, Manacor
Palma
plaats op Barbados   Bridgetown
plaats op Bermuda eilanden - Hamilton
plaats op Boeroe -  Leksoela, Namlea
plaats op Bonaire - Antriol, Kralendijk, Montagne,
Rincon, Wanapa
plaats op Borneo   Bandjermasin, Brunei, Ketapang, Pontianak, Samarinda, Sampit
plaats op Caledonië -  Noumea
plaats op Celebes - Bitung, Donggala, Gorontalo, Poso, Makasar, Manado, Mekassar, Menado, Palopo, Parepare, Poso, Tondano
plaats op Ceylon - Colombo, Kandy
plaats op Corsica   Ajaccio, Bastia, Bonifacio, Calvi, Corte, lle, Rosse
plaats op Cuba - Cienfuego, Guatanamo, Havanna, Holguin, Palmira, Santiago, Trinidad
plaats op Cyprus   Famagusta , Limasol, Nicosia, Nicosia
plaats op Elba   Rio
plaats op Formosa - Kiloeng, Tainan, Taipeh
plaats op Goeree en Overflakkee - Achthuizen, Dirksland, Goedereede, Herkingen, Melissant, Middelharnis, Ooltgensplaat, Oud dorp, Sommelsdijk, Stellendam,
plaats op Groenland - Angmagssalik, Etah, Godthab, Ivigtut, Jakobshavn, Sondre, Strömford, Thule 
plaats op Haïti   Barahona, Gonaives, Jacmel, Port au Prince, Santiago
plaats op Jamaica   Kingston 
plaats op Java   Ambawara, Bandjar, Bandoeng, Blitar, Bogor, Djakarta, Garoet, Jogja, Kediri, Kertosono, Madiun,
laats op Kreta   Candia, Chania, Kanea, Rethimnon, Sfakia, Sitia, Timbakion
plaats op Lombok   Mataram 
plaats op Madagaskar   zie: plaats in Malagasië 
plaats op Malta   Valletta 
plaats op Noord Beveland   Colijnsplaat, Kortgene, Kats, Kamperland, Wissenkerke
plaats op Rozenburg   Rozenburg, Blankenburg
plaats op Sardinië - Alghero, Cagliari, Iglesias, Nuoro, Oristano, Sassari, Terranova, Tortali
plaats op Schiermonnikoog   Oosterburen
laats op Schokland   Ens 
plaats op Schouwen en Duiveland - Brouwershaven, Bruinisse, Burgh, Dreischor, Elkerzee, Haamstede, Kerkwerve, Nieuwerkerk, Noordgouwe, Noordwelle, Oosterland, Ouwerkerk, Renesse, Serooskerke, Zierikzee, Zonnemaire
plaats op Sicilië   Agrigento, Alia, Messina, Palermo, Syracuse, Ucata
plaats op Sumatra   Belawan, Djambi, Kotaradja, Medan, Padang, Palembang, Siantar, Sibolgo, Telukbetung
plaats op Terschelling - Hoorn, Midsland, Oosterend, W. Terschelling
plaats op Texel   Den Burg, Den Hoorn, De Cocksdorp, De Koog, Het Horntje, Oosterend, Oudeschild
plaats op Tholen   Maartensdijk, Poortvliet, Scherpenisse, Stavenisse, Tholen
plaats op Voorne en Putten   Abbekerk, Brielle, Geervliet, Hekelingen, Hellevoetsluis, Kruiningergors, Oostvoorne Oudenhoven, Rockanje, Spijkenisse, Zuidland, Zwartewaal
plaats op Walcheren   Aagtekerke, Arnemuiden Biggekerke, Domburg, Grijpskerke, Koudekerke, Meliskerke, Middelburg, Nieuwland, Oostkapelle, Ritthen, Serooskerke, Veere, Vlissingen, Vrouwenpolder, Westkapelle, Zoutelande
plaats op Wight   Cowes, Ventnor
plaats op IJsselmonde   Barendrecht, Heenvliedt, Heerjansdam, Hoogvliet, Pernis, Poortugaal, Rhoon, Ridderkerk, Slikkerveer, Rijsoord Zwijndrecht
plaats op Zuid Beveland   Baarland, Bath, Biezelinge, Borsele, Driewegen, Ellewoutsdijk, Goes, 's Gravenpolder, Hansweert, Heinkenszand, Hoedekenskerke, lerseke, Kapelle, Kattendijke, Kloetinge, Krabbendijke, Kruiningen, Nieuwdorp, Nisse, Overzande, Oudelande, Rilland, Wemeldinge, Wilhelminadorp, Wolphaartsdijk
plaats op de Bahama eilanden - Nassau
plaats op de Bahreineilanden - Manama, Magelang, Pasuruan, Pekalongan, Porwokerto, Purkakarta, Rembang, Semarang, Situbondo, Soerabaja, Solo, Tegal, Tjilatjap, Tjirebon
plaats op de Balearen   Arta, Ibiza, Inca, Makou, Manacor, Palma
plaats op de Bermuda eilanden - Hamilton
plaats op de Falkland eilanden - Stanley
plaats op. de Filippijnen   Batanga Laoag, Manilla, 
plaats op de Hawaï eilanden   Honolulu
plaats op de Kaapverdische eilanden   Praia 
plaats op de Key eilanden   Elat
plaats op de Nederlandse Antillen - Kralendijk, Oranjestad, Willemstad
plaats op de Seychellen   Victoria
plaats op de Shetland eilanden  - Unst 
plaats op de Veluwe   Ede, Elspeet, Emst, Epe, Ermelo, Garderen, Harskamp, Hoenderloo, Kootwijk, Lunteren, Otterlo, Putten, Soeren, Speulde, Staverden, Stroe, Vaassen,  Wekerom, Wezep
plaats tussen Gouda en Utrecht - Woerden 
plaats tussen Moskou en Kiev  - Orjol
plaats van afslag in golfspel   tee 
plaats van bestemming - destinatie, reisdoel
plaats van bezwering   Endor 
plaats van herkomst   bron
plaats van het laatste avondmaal - caenacilium, caenaculum
plaats van in  en verkoop   markt, mijn, veiling
plaats van lijkverbranding - crematorium
plaats van oorsprong   bakermat 
plaats van verering - moskee
plaats van verschrikking - erebus, hades, hel 
plaats van vertrek - meet, startplaats, uitgangspunt
plaats van vestiging   domicilie, residentie, woonplaats, zetel
plaats van wedrennen   renbaan 
plaats van de passiespelen - Tegelen
plaats van het zegel - l.s.
plaats voor bouwwerk - emplacement
plaats voor cafe - terraseemarkt
plaats voor de makelaars op de beurs - parket
plaats voor dierenhandel - veemarkt
plaats voor eeuwige straf   hel 
plaats voor hazen - leger
plaats voor het hoofdaltaar - bema
plaats voor het storten van steenpuin - steenstort
plaats voor houtbewerking   houtzagerij, meubelmakerij, timmermanswerkplaats, zagerij 
plaats voor korte rust - pleisterplaats
plaats voor rust   bed, brits, divan, elim, ledikant, ottomane, rustbank, rustoord
plaats voor skispringen - skischans, springschans
plaats voor toehoorders - tribune
plaats voor vis te roken - rokerij
plaats voor vlasbewerking   root 
plaats voor wielrijden   fietspad, rijwielpad, stadion, velodroom, wielerbaan
plaats voor wielrijders   fietspad, rijwielpad
plaats voor wintersport - ijsbaan
plaats waar aardgas gevonden wordt   Slochteren
plaats waar Aaron begraven is - Hor
plaats waar anderen van afstammen - moederplaats
plaats waar auto's staan - garage, parkeerplaats, showroom
plaats waar bekend zout vandaan komt   Boekelo, Ems
plaats waar betaald wordt - kassa
plaats waar broekspijpen samenkomen - kruis
waar de bal valt   kaats 
plaats waar de films gedraaid worden - cabine
plaats waar de grutter zijn bedrijf doet - grutterij
plaats waar de hogeschool gevestigd is - academiestad
plaats waar de musici zitten   orkest, orkestbak, podium
plaats waar de privaten zijn - koer
plaats waar de toestand onrustig en verward is - heksenketel,
hel, inferno
plaats waar de zee bij ruw weer stil is   slaak
plaats waar een wacht is uitgezet - post, wachtpost
plaats waar energie wordt opgekweekt - centrale,  elektriciteitscentrale, kernreactor, reactor, stuwdam, waterkrachtcentrale
plaats waar energie wordt voortgebracht - ketelhuis,
kernreactor
plaats waar films gedraaid worden - cabine
plaats waar geen licht doordringt - duisternis, schaduw
plaats waar gegeten wordt - cafetaria, mensa, refter, restaurant
plaats waar gekookt wordt   keuken 
plaats waar geslacht wordt   abattoir 
plaats waar geslapen wordt   slaapkamer
plaats waar gestookt wordt   gashaard, haard, kachel, kolenhaard, oliehaard, oliekachel, oven,
plaats waar gewerkt wordt door een kunstenaar   atelier
plaats waar Haarlemse klokken naar genoemd zijn - Damiate
plaats waar Havelaar zijn ontslag aanbood - Lebak
plaats waar haring gerookt wordt - hang
plaats waar het eitje aan de naadhuid is bevestigd - navel
plaats waar het licht onderschept is - schaduw
plaats waar het vuil in een schip samenloopt - durk, hoosgat
plaats waar iets ophoudt   einde, eind, ende, finish, slot 
plaats waar iets voorvalt - toneel
plaats waar in Jeruzalem een bruiloft gevierd werd - Kana
plaats waar Jacob met de engel heeft geworsteld - Pniel
plaats waar kardinalen bijeenkomen voor benoeming - 
conclaaf, conclave
plaats waar kleinkunst wordt getoond - cabaret
plaats waar men aal mag steken - aalsteek
plaats waar men binnenloopt - haven, inloop, instuif, ontschepingshaven, rede, ree
plaats waar men binnenrijdt - inrit, inrij
plaats waar men een gebouw verlaat - uitgang
plaats waar men even vertoeft - pleisterplaats
plaats waar men geboren is - geboorteplaats
plaats waar men grond haalt - steengroef, steengroeve
plaats waar men jenever stookt - distilleerderij, stokerij
plaats waar men kan ankeren - ankerplaats
plaats waar men kan parkeren - parkeerhaven
plaats waar men kan tanken - tankinstallatie, tankstation
plaats waar men lijsten verkoopt - lijstenwinkel
plaats waar men natuursteen haalt - steengroef
plaats waar men paarden en rijtuigen stalt - stalhouderij
plaats waar men paarden stalt - stalhouderij 
plaats waar men schaatst   ijsbaan 
plaats waar men seinen geeft - seinpost
plaats waar men thuis is - tehuis
plaats waar men verse paarden krijgt - relais
plaats waar men vlas bewerkt - root
plaats waar men zich thuis voelt - element
plaats waar natuursteen gedolven wordt - steengroeve
plaats waar passiespelen worden gehouden - Oberammergau, Tegelen
plaats waar peper wordt verbouwd - pepertuin
plaats waar rookspek hangt - wieme
plaats waar scheepsvuil samenloopt -  durk
plaats waar schepen gebouwd worden - helling
plaats waar schepen gelost worden - loskade, loswal
plaats waar schepen gerepareerd worden - dok, helling
plaats waar schepen uitgerust worden - rederij
plaats waar slag is geleverd   Arnhem, Austerlitz, Bastogne (Bastenaken), Brest, Heiligerlee, Leipzig, Marne, Mook, Soissons, Waterloo
plaats waar soda wordt gemaakt - sodafabriek
plaats waar stenen te drogen worden gezet - tasveld
plaats waar stenen worden gemaakt - steenfabriek
plaats waar sterren een groep vormen   sterrenbeeld
plaats waar sterren het dichtst bij elkaar komen - periastron
plaats waar sterren het verst van elkaar verwijderd zijn - apastron
plaats waar vee wordt verhandeld - koeienmarkt, paardenmarkt, veemarkt
plaats waar veel meel wordt gefabriceerd - meelfabriek
plaats waar veel vis zit - inleg, leg, stekkie, toom
plaats waar vis gerookt wordt - hang
plaats waar vis paait - paaigebied
plaats waar vlas geroot wordt - reute, root
plaats waar water uittreedt   bron 
plaats waar water verdwijnt   grot, hol, ponor
plaats waar zwakke kinderen heen gaan   kolonie
plaats waar vlas wordt bewerkt - reute, root, roterij
plaats waarin zich lichamen bevinden   ruimte
plaats waarnaar Haarlemse klokken genoemd zijn   Damiate
plaats zonder water - droogte, woestijn
plaatsaanduidend woord - daar, elders, er, ergens,  eronder, erop, ginder, ginds, hier, overal, verderop
plaatsaanduiding   allerwegen, daar, elders, er, ergens, ginder, ginds, hier, nergens, overal
plaatsaanwijzing - topiek
plaatsbekleder - substituut
plaatsbepalend - locatief
plaatsbepaling - locatie, nergens, oriëntatie
plaatsbepaling op zee - bestek 
plaatsbeschrijvende aardrijkskunde - topografie
plaatsbeschrijver - topograaf
plaatselijk - circumscript, lokaal, topisch
plaatselijk heersende ziekte   endemie
plaatselijk verharde huid   eelt 
plaatselijke ontsteking - abces
plaatselijke spreekwijze   accent, dialect, tongval
plaatselijke verdoving - analgesie
plaatselijke ziekte - endemie
plaatsen - aanbrengen, aanstellen, beleggen, deponeren, installeren, legeren, leggen, logeren, naaien, neerleggen, neerzetten, neggen, onderbrengen, passen, placeren, posteren, situeren, sluiten, stellen, toevoegen, verkopen, zetten
plaatsgebrek - ruimtegebrek
plaatsgrijpen - gebeuren
plaatsing - aanstelling, opname, positie
plaatsing der leestekens - interpunctie
plaatsing van zin- of scheitekens - punctuatie
plaats in schouwburg - engelenbak, gaanderij, loge, stalles, zaal
plaats in theater - loge
plaatskaart - entreebewijs, ticket, toegangsbewijs
plaatsmaken - ruimen
plaats met veel inwoners - stad
plaatsnaam - toponiem, toponym
plaatsnaamkunde   toponymie 
plaatsnijden - graveren
plaatsnijder - graveur, prentsnijder
plaatsnijkunst - graveerkunst, etskunst
plaats of regio - oord
plaats om vlees te roken - wieme
plaats van lijkverbranding - crematorium
plaats van uitstroming - kraan, sluis, tap, uitlaat
plaats van verering - kerk, moskee, tempel
plaats van vertrek - meet, startlijn, startpunt
plaats van wedrennen - renbaan
plaatsverandering - dislocatie, locomotie, lokomotie,
translocatie, translokatie
plaats vervangen - remplaceren, waarnemen
plaatsvervangend - geaggregeerd, substituut, loco, vice, waarnemend 
plaatsvervangend burgemeester - loco burgemeester, L.B.
plaatsvervangend landvoogd   gouverneur, ruwaard, stadhouder 
plaatsvervangend predikant - vicar, vicaris
plaatsvervangend president   LP.
plaatsvervangend secretaris   L.S.
plaatsvervangend toneelspeler   doublure
plaatsvervanger   opvolger, remplacant,  remplaçant, regent, stadhouder, vicaris, waarnemer 
plaatsvervanger van Mohammed  - Kalief'
plaatsvervanger van staatshoofd - gouverneur, regent, stadhouder
plaats waar Aäron begraven is - Hor
plaats waar de zee bij onrustig weer kalm is - slaak
plaats waar energie wordt opgewekt - centrale, electriciteitscentrale, kernreactor, ketelhuis
plaats waar gestookt wordt - haard
plaats waar stroment water van een hoogte valt - waterval
plaats waar vuil van een schip samenloopt - durk
plaats zonder water   woestijn, droogte
plaatsaanduiding   daar, elders, er, ergens, allerwegen, hier, ginder, ginds, overal
plaatsbepaling   oriëntatie; in, te, op 
plaatselijk   lokaal
plaatselijk heersende ziekte   endemie
plaatselijk verharde huid   eelt
plaatselijke spreekwijze   accent, dialect, tongval
plaatsen   beleggen, verkopen, neerleggen, onderbrengen 
plaatsgrijpen   gebeuren 
plaatskaart   toegangsbewijs, entreebewijs 
plaatsnaamkunde   toponymie 
plaats vervangen   waarnemen, remplaceren
plaatsvervangend   vice, loco, waarnemend ,
plaatsvervangend burgemeester -  loco burgemeester, l.b.
plaatsvervangend landvoogd   gouverneur, stadhouder 
plaatsvervangend president   L.P. 
plaatsvervangend secretaris   L.S. 
plaatsvervangend toneelspeler   doublure
plaatsvervanger   assessor, coadjutor, conrector, invaller, luitenant, opvolger, patih, provisor, regent, remplaçant, reserve, ruwaard, stadhouder,  suppleant, substituent, substituut, vicaris, waarnemer, zaakwaarnemer
plaatsvervanger van een bisschop -  coadjutor, vicaris
plaatsvervanger van Mohammed - Kalief'
plaatsvervanger van staatshoofd - gouverneur, regent, stadhouder
plaatsvervanging - remplacement, substitutie
plaatsvervuller - substituant, substituent
plaatsverwisselen - changeren, switchen
plaatsverwisseling - mutatie
plaatijzer - stort
plaatzwam - agaricaceae
placenta - moederkoek, nageboorte, zaadkoek
placet - rolbriefje
placide   kalm, rustig
pladijs - schol
plafond   hoogtegrens (vliegtuig), maximum (lonen en tarieven), zoldering
plafondmaker - stukadoor
plafonnière - lamphouder, lampvoet, plafondlamp
plag - aardkluit, doek, lap, lomp, pol, schadde (veen), tors, zode
plagarius   letterdief
plagen - dreinen, dwarszitten, folteren, harceleren, hinderen, huilen, jennen, judassen, krenken, kwellen, kwetsen, molesteren, narren, negeren, nijdassen, pesten, prikkelen, ringeloren, sarren, sollen, taquineren, tarten, tempteren, tergen, tinsen, tormenteren, tourmenteren, tracasseren, treiteren,  turken, vervolgen, verwonden, vexeren
plagend - jennend, jennig, pestend, sarrend, tergend, treiterend, vexatoir 
plager - chicaneus, sar, treiter(aar)
plagerig - kwelziek, plaagachtig, plaaglustig, plaagziek, plaagzuchtig, schalks, spotziek, vexatoir, vitterig,
plagerij - chicane, geplaag, gesar, geterg, getreiter, kwelling, pesterij, plaagzuchtig, treitering, vexatie, vitterij 
plagiaat - letterdieverij, letterroof
plagiaat plegen - plagiëren
plagiaatpleger - plagiaris
plagiaris - letterdief, plagiator
plagiator - letterdief
plagioklaas - kalknatronveldspaat
plaid   dek, kleed, reisdeken, sprei, tartan
plak - fineerblad, klap, liniaal, medaille, moot, munt, pastille, reep, schijf, snede, snee, stok, strafwerktuig, stuk, tablet, tandaanslag
plakadres - etiket
plakband - (cello)tape
plakboek - album
plakborstel - slijfselkwast
plakbrief - affiche, bekendmaking, pancarte, plakkaat
plakbriefje - etiket, label, tectuur
plak chocolade - reep, tablet
plak vis - moot
plak vis zonder graat - filet
plaket   penning, plak
plakhout   fineer, opleghout
plakkaat   aanplakbiljet, affiche, bekendmaking, bevelschrift, edict, klad, klodder, kennisgeving
plakkaatverf - gouacheverf
plakkage - fineer
plakken - bevestigen, fineren, hechten, kitten, kleven, klitten, lijmen, kitten, vasthechten, vastmaken 
plakken brood maken - snijden
plakker - koolmees, plafonneerder,  stukadoor
plakkerig - kleverig, pikkerig 
plakkertje - etiket
plakles - slöjd
plakletter - reliëfletter
plakmiddel   bisonkit, cetabever, collall, gluton, gom, kit, kleefstof, lijm, plaksel,  solutie, stijfsel, syndeticon,  tijgerlijm, velpon 
plakplaatje - sticker
plakpleister   hechtpleister, plakker 
plaksel   gluton, gom, kit, lijm, plak, solutie, velpon
plaksel voor banden - solutie
plakspecht - boomklever
plaksteen - bekledingssteen
plammoten - bevlekken, bezoedelen
plamodder - modder,  slijk, wijf
plamuur - specie
plan   aanleg, aanslag, bedoeling, beraming, beschrijving, delineatie, bestek, concept, denkbeeld, doel, doelstelling, hoogte, idee, intentie, intrige, niveau, onderneming, ontwerp, opstelling, opzet, ordening, plattegrond, plot, project, projectie, samenzwering, schema, schets, strategie, toeleg, tracé, vernemen, voornemen, voorstel, ijver,   
plan de campagne   veldtochtsplan 
plan maken - ontwerpen
plan van zetwerk   lay out
planariën - trilwormen, tubellaria
planchet   borstplankje,  meettafeltje
planconcaaf - plathol
planconvex - platbol
planeerhamer - piethamer
planeet   aarde, dwaalster, Ceres, hemellichaam, Hermes, Jupiter, Maan,  Mars, Mercurius, Neptunus, Pluto, Saturnus, ster,Uranus, Venus, zon,  
planeet buiten de loopkring der aarde - buitenplaneet
planeet met roodachtig licht - Mars
planeet met 4 manen (ontdekt in 1781) - Uranus
planeet ontdekt in 1930 - Pluto
planeet tussen Mars en Jupiter - Pallas
planeet Venus in de tijd, dat ze voor de zon opkomt - 
morgenster
planeetkijker   telescoop 
planeetlezer   astroloog, astrologe, waarzegger, waarzegster 
planeetmeter - planetolabium
planeetwachter - maan
planetoïde - asteroïde
planeren - gladmaken, zwerven, zweven
planetenlijst - planetarium
planetoïde, derde - Jupiter
planetolabium - planeetmeter, planetarium
planimeter - vlaktemeter
planimetrie   meetkunde
plank   lat, deel
plank (zuidnederlands) - voetzool
plank aan een molenwiek - windbord
plank boven de keldertrap - bordes
plank in een boerenwagen - berd, bred
plank onder langs wand - plint
plank op zolder - zolderplank
plank over sloot - omtree
plank van een kast - schab, schap
plank van een ton - duig
plank voor de bedstee - sponde
plank voor een karrebaan - kruideel
plank voor het uitstallen - bordes
plankbrug - vlonder
planken - toneel
planken bekleding - plankier
planken brug tot overloop (scheepsterm) - laning
planken rustbank - brits
planken schot om lading in een scheepsruim te stuwen -
géveling
planken vloerbeschot - buikdenning, plancher, planket
plankenbeschot - lambrizering, planket(sel)
plankenhuis   doodskist
plankenkoorts - lampenkoorts
plankenloods   houtloods, plankenvloer, plankenbeschot
plankenvloer - planket, plankier
plankenvloer als overloop bij schepen - laning
plankenvloer op palen boven water - plankijs
plankenvloer van steigers - plankier
plankenvloer waarop het geschut staat - batterijvloer, bedding
plankenvrees - plankenkoorts
plankenwand - schot, schutting 
plankerig - houterig, plat, stijf
planket - plankenbeschot, plankenvloer, veldtafeltje
plankier - plankenvloer, trottoir
plankier bij halte - perron
plank in de kast - schap
plankje - sport, trede 
plankje dat twee stijlen verbindt - sport
plankje der turftrappers - trip
plankje in een zonneblind, deur of luxaflex - schoep
plankje om iets bijeen te houden - spalk
plankje om iets recht te houden - spalk
plankje onder het been van een heistelling - sof
plankje van een vat - duig
plankje voor breuken - spalk
planknet - bordnet
plankton (zoetwater) - limnoplankton
plankvormige slee -  bob(slee)
plankzeilen - windsurfen
plankzeiler - surfer
plannen - beramen, concipiëren, ontwerpen, projecteren
plannen maken - plannen, projecteren
plannenmaker - utopist
planologie -  ruimteplanning, stedebouw
plant - 
3   hei, hop, lis,
4   aloë, bies, brem, eppe, erwt, flox, gras, kina, look, maïs, munt,      palm, raap, roos, soma, thijm, tulp, vlas
5   agave, alant, alsem, aster, canna, dodde, dolik, erica, gagel,           genst, gewas, heide, herik, hulst, komijn, lelie, lotus, malve,          melde, murik, netel, orego, ribes, salie, sedum, tabak, varen,
     viool, wikke, winde
6   akelei, azalea, clivia, dahlia, distel, dodder, dotter, foksia,              hennep, kaarde, kervel, klaver, klimop, lupine, narcis, reseda,        salvia, spirea, struik, tijloos, venkel, zinnia, zuring
7   abelmos, akoniet, amarant, anemoon, begonia, camelia,                 cyclame, fuchsia, henekam, kalmoes, lijnzaad, lobelia,                   maankop, petunia, violier, vuurpijl, walstro, wederik, zeegras
8   anjelier, artisjok, bolderik, bromelia, bromelia, ezelsoor,                ganzerik, gentiaan, geranium, gladiool, lathyrus, liguster,
     orchidee, ossetong, pijlkruid, ranonkel, ratelaar, scabiosa,
     siererwt, spinazie, stokroos, veronica, vetkruid, weegbree
9   aardappel, amaryllos, aronskelk, bereklauw, haagdoorn,                hondsdraf, muurbloem, muurpeper, nieskruid, pioenroos,
     sleedoorn, waterkers, zenegroen
10 goudsbloem, reigersbek, steenbreek, suikerbiet, vogelwikke,         waterlelie, winterkers, zonnebloem
11  nachtschade, paardebloem, smeerwortel
12  sleutelbloem,
13  pinksterbloem
plant   gewas, struik
plant aan de waterkant   lis, rus, smeerwortel 
plant als sieraad   sierplant 
plant die aan de waterkant groeit - lis, rus, smeerwirtel
plant die de bruidskrans levert - mirte
plant die gastheer is voor parasieten - waardplant
plant die haar voedsel uit organisch afval put -  paddestoel,
schimmel
plant die in een rotsspleet groeit - chasmofyt
plant die op mesthopen groeit - mestplant
plant die van dier en plantenresten leeft - saprofiet
plant die verbouwd wordt om de in de wortel bevattende kleurstof - mee(krap)
plant met aarde   pol
plant met bittere blaren   alsem 
plant met bittere wortel   alant 
plant voor kleurstol - mee, meekrab
plant met roodachtig blad   mansoor 
plant met stekels   roos, doorn, distel
plant met sterk smakende zaden - anijs, komijn
plant met weerstand tegen droogte   xerofyt
plant uit Afrika   aloë
plant voor bruidskrans   mirte 
plant voor groenbemesting   lupine
plant voor ,kleurstof   mee, meekrap 
plantaanachtige - plantaanceeën
plantaardappel - planter, pootaardappel, poter
plantaarde - humus, potaarde, teelaarde, tuinaarde
plantaardig - vegetarisch
plantaardig leder - veritex
plantaardig toevoegsel voor bier - gruit
plantaardig vergif - nicotine
plantaardig voedsel   groente, fruit, brood, aardappel
plantaardige eiwitten - glutelinen
plantaardige geelrode verfstof - orleaan
plantaardige kleurstof - anatto, fibrine
plantaardige olie - kamfer, sesamolie
plantaardige verfstof - meekrab, orleaan
plantaardige vezel - katoen, linnen, stengelvezel
plantafdruk in steen - biblioliet
plantage - aanplanting, aanplantpark, culture, kweekplaats, plantsoen
plantagenet, lid van ht huis -
3   Jan
4   Anne, Joan, John
5   Adele, Edward, Fulco, Henry, Roger
6   Arthur, Edmund, Eduard, George, Lionel, Robert, Thomas, 
     Willem
7   Blanche,Filippa,  Hendrik, Richard, 
8   Eleonora, Geoffry, Godfried, Humphry, Mathilde, Philippa,
     Stefanus
10 Margarethap
plantaginacee - littorella, plantao, weegbree
plantdier - hydropoliet, kwal, zoöfiet
planteermachine - stelmachine
plantein - weegbree
planteëiwit in tarwe - aleuron
planteboter - palmine
plantein - weegbree
plante-ivoor - tagua
plantekaasstof - legumine
plantekening - protografie
planteleurstoffen gele - flavonen
plantelijm - glutine
planteluis - phytophtiras
plantendeel   blaar, blad, bloem, doorn, kelk, kroon, meeldraad, stamper, steel, stempel, vezel, vruchtbeginsel, wortel
planten – borduren, gewas, gooien, groen, hekelen, inpoten, poten, prikken, steken, stekken, stikken, telen, werpen,
planten, geografisch begrip - bitoop, monotoop, polytoop
planten geslacht der veelknopigen - duizendknoop
plantenaardrijkskunde   fytogeografie
plantenalbum   herbarium 
planten anatomie - fytotomie
plantenbeschrijving - fytografie
plantenboter   palmine 
plantenbus - boraniseertrommel
plantencelwandttof - cellulose
plantendeel - blad, bloem, doorn, kelk, kroon, meeldraad, stamper, steel, stengel, vezel, wortel
plantenetend dier - fructivoor, herbivoor
planteneiwit in tarwe - aleuronaat
planten en bloemen - flora 
plantenetend dier   fructivoor, herbivoor
plantenetend zeedier - doejoeng, lamentijn, zeekoe
planteneter   fytofaag, herbivoor, vegetariër
plantenfamilie - mimosa 
plantenfamilie der wieren - algen
plantengeslacht - arabis, bernage, bernagie, borage, eucalyptus, euonymus, eupatorium, euphorbia, gagel, gentiaan, klaverzuring, klis, klit, lis, look, maluwe, melde, mimosa, nieskruid, nigille, orego, reigersbek, ribes, ruit, saxifraga, silene, tabak, tijm, zuring 
plantengeografie - geobotanie
plantengeografisch begrip - bitoop, monotoop, polytoop
plantengeografisch gebied - Antarctis, Australis, Capensis, Holarctis, Neotropis, Palaeotropis
plantengroei   plantenleven, vegetatie, woekering
plantenhuis   (broei)bak, kas, oranjerie, serre
plantenkasstof - legumine
plantenkast - schap
plantenkenner - botanicus, botanist, plantkundige 
plantenkunde - botanie, fytologie
plantenleven - flora, plantengroei, vegetatie, woekering
plantenloogzout - potas
plantenmeel - cassave
plantenontleedkunde - fytotomie
plantenreservestof - hemicellulose
plantenresten - humus
plantenrijk -flora 
plantenrijk, hoofdgroep uit het    algen, cormophyta, spermatophyta, tallophyta, wieren
plantenslaap - nyctinasie
plantensoc iologie - vegetatiekunde
plantensoort der palmen   sabal 
plantensproeier - gieter
plantenstekel   doorn, doren 
plantentuin   hortus
plantentuin te Buitenzorg (Ind.)   kebon
plantenverfstof - fibrine
plantenverzamelaar -  herborist
plantenverzamelen - botaniseren, herboriseren
plantenverzameling - herbarium, hortus
plantenverzorger - gardenier, hovenier, tuinier, tuinman 
plantenvezel - jute, katoen, sisal
plantenvezelstof - fibrine
plantenvlo - collembola
plantenvocht - sap
plantenvoedsel   compost, humus, kunstmest, mest, pokon
plantenwereld   flora
plantenziekte   aal (ziekte), aardappelziekte, bladziekte, bleekziekte, dauw, gal(appel ziekte), gomziekte, hartrat, hondsrozenspons, iepziekte, koprot, krinkel, kroesziekte, krul, molenaarsziekte, noot, reup, roest, roet, rood, smeul, spint, steelrot, steelziekte, wormziekte,
plntenziekte door schimmels veroorzaakt - aardappelziekte, brandzwam, brandzwammen, honingzwam, iepenziekte, meeldauw, roestzwam, roestzwammen, zwam, zwammen
plantenziekteleer   fytopathologie 
planter   kweker, poter, teler, verbouwer 
planter van suikerriet - rietplanter
planteresten - humus
planteslinger als versiering - arabesk
plantgewassen - vegetabiliën
planthof - planterij
plantje   ereprijs, kroos, mos, ogentroost, reigersbek, stek 
plantkunde   botanie, botanica, fytologie 
plantkundige - botanicus, botanist
plantkundige term - endogeen, exogeen
plant met aarde - pol
plant met bittere blaren - alsem
plant met stekels - cactus
plant uit Zuid-Amerika - aardappel, tabak, tomaat
planton   wachtpost
plantontleding   fytoanatomie 
planlontleedkunde - fytotomie
plantraap - koolraap
plantsoen   aanleg, gazon, park, pinctum (van pijnbomen), perk, plantage, wandelpark
plantsoen in de vorm van een ster - sterrebos
plantsoen van pijnbomen - pinetum
plantureus - weelderig
plan voor weg - trace
plapperen - babbelen, bazelen, klapperen, ploeteren, slobberen
plas   ank, elft (jonge), fint, haf, hank, kolk, krentenbroodje, lagune, meertje, meer, poel, slenk, ven, vochthoeveelheid, vijver, waterkuil, zee
plas op de hei - slat, ven
plasma - bloedbestanddeel, bloedwei
plasmodium - malariaparasiet, sporozoa, syncytium
plasregen   plensbui, slagregen, stortbui 
plassen -  ploeteren, spatten, urineren, waden, wateren
plassen in water - lobberen
plastics   isomeren
plasticiteit   aanschouwelijkheid, kneedbaarheid, smijdigheid
plastics - isomeren, kunststoffen
plastiek - boetseer, beeldwerk, modelleer, snijkunst, uithouw
plastieke stof - bakeliet
plastisch - beeldend, aanschouwelijkheid
plastron - buikschild, borstlap
plat - afgezaagd, alledaags, banaal, burlesk, dialect, dun, eenvoudig, effen, egaal, flauw, gelijk, geslepen, gewoon, glad, horizontaal, ondiep, ordinair, plet, prozaïsch, triviaal, vlak, vuil, vulgair, week
plat aandrukken - pletten
plat afhangend - sluik
plat beschuitje - rotje
plat burgerlijk persoon - filister
plat dak - terras
plat drukken - vermorzelen
plat Duits - Nederduits
plat en egaal - vlak
plat Engels - cockney, pidgin
plat gehamerd - beslagen
plat gesuikerd preparaat - pastille
plat grendeltje - klem, knip, praam
plat hoofddeksel   pet
plat hout   plank, lat
plat huisdak - platform
plat laagje - film, fineerlaag
plat maken - platten, pletten
plat open zeilbootje - lark
plat ovaal vat - aad
plat persen - pletten
plat rond gebak - bolus
plat rond hoedje - matelot
plat rond voorwerp - schijf
plat schip - kaan
plat slaan - drukken, persen, vergruizen
plat stuk - schijf
plat stuk drijfijs - ijsschots
plat stuk hout - plank
plat vaartuig - kaag, pont, praam
plat vlechtwerk   hor
plat ijzer om te lichten - penter
platzaad - perzikkruid
plataanachtigen - platanaleeën
plataf   ronduit, vlakaf, kortweg 
platbol   platconvex
platboomd vaartuig   aak, bokschip, bom(schuit), bijlander, blazer, bok, bons, botter, bijlander, hengst, kaag, klinkaard, pleit, praam, punter, samoreus, schietschouw, schouw, smak, somp, tjotter, tromp, vlet, vlot, Westlander, zolderschuit
platboomde boerenschuit - plat
platboomde schuit - praam, schietschouw
platboomde vissersschuit - bons, knots, pluit(er), pluut, smak 
platburgerlijke personen - filibusters
plateau   bedienblad, dienblad, hoogvlakte, mesa, (presenteer)blad, tafelberg, tafelland, schenkblad, theeblad
plateau (Noors) - fjeld
plateau in Irak - Djazira
plateel   aardewerk, faience, majolica, pul, schaal, schotel, vaas 
plateelbakkerij - keramiek
plateelgoed   aardewerk 
platenaars - meekrap
platenatlas   album
platenboek - album
platendraaier - grammofoon, pickup, platenspeler
platengek - discofiel
platenspeler - draaitafel, grammofoon, pathefoon, pick up, wisselaar
platenverzamelaar   discofiel 
platenverzameling   album, atlas, discotheek, verzameling
platerescostyl - platereske
platform   balkon, booreiland, bordes, perron, terras, plateau, platje, trambalkon, verhoging 
platform in een synagoge - bema
platform in gebouw   podium 
platform in schouwburg   toneel 
platform in tram   balkon
platvorm, verhoogd - in een synagoge - almemmor, bima
platform voor gebouw   bordes 
platheid   banaliteit, boersheid, grofheid, platitude, proza, trivialiteit, vulgariteit,
plathol - planconcaaf
platina   Pt., witgoud
platinadruk - platinotypie
platinametalen - iridium, osmium, palladium, platina,  rhodium, ruthenium
platinasulfide - coöperiet
plating - walbeschoeing
platitude - platheid
platje - guit, kwantje, platluis, schelm
platkop - platyrrhina
platluis - schaamluis, weegluis
platmaken - omkopen, pletten
platneus - guit, platje, slimmerd
Plato's fantastisch eilandenrijk - Atlantis
platschelp - tellina
platslaan - pletten, vergruizen
platsnavel - todie
platstaart - Platurus, zeeslang
platster - archaster, zeester
platteerwerk - pleet
platte balein - planchet
platte biezen mand - kalebas
platte broeikas - éénruiter
platte buidel - tas
platte dameshoed - matelot
platte flacon voor sterke drank - peter
platte handkoffer - attachecase
platte heuvel, door het ijs gevormd   drumlin
platte houten lepel   spaan
platte kandelaar - blaker
platte koek - flap, wafel
platte koker voor mes - schede
platte lat - richel, tengel
platte muts - baret
platte op latjes geplakte vlieger - kolder
platte ovale steenvrucht - amandel
plate schop - bats, schoef
platte schotel - plateel
platte schuit - praam, westlander
platte schuit voor schipbruggen - ponton
platte sleutel - yalesleutel
platte steen - estrik, scheersteen, tegel
platte streng - platting
platte taal   Bargoens, boers, dieventaal, patois, slang, straattaal
platte taal van het land   boers, patois
platte turf   baggelaar
platte vlieger - kolder
platte vrouw - lat, strijkplank
platte zak   tas
platteband - bandlijst
platteerwerk - pleet
plattegrond   grondtekening, grondvlaktekening,  (land)kaart,  map, plan, situatieplan, tekening,
plattegrondbepaling   ichnografie 
plattekaas - rongel
platteland - campagne
plattelander - boer, boertje, buitenmens, dorpeling 
plattelands - agrarisch, dorps, landelijk, provinciaal, ruraal
plattelandsdokter - chirurgijn (oud)
plattelandsgemeente   dorp
platuit - ronduit, rondweg
platvink   portemonnee, portefeuille 
platvis - (aal)bot, griet, heilbot, raapbot, rog, schar, schol, tarbot, tong
platvissen - herosomata
platvloers - banaal, grof, ordinair, plat, triviaal, vulgair
platvloersheid - vulgariteit
platvoet - plancius
platvoeten   maaivoeten, strijkijzers 
platwalsen - pletten
platweg - platuit, ronduit, rondweg
platwormen - plathelminthes
platzak - arm, berooid, blut, rut
platzand - perzikkruid
plausibel - aannemelijk, aanvaardbaar, acceptabel, geloofwaardig, waarschijnlijk
plausibiliteit   aannemelijkheid, waarschijnlijkheid
plavei - straatsteen, vloersteen, vloertegel
plaveien   bestraten, betegelen, bevloeren 
plaveier - straatmaker
plaveisel   bestrating, betondek, bevloering, estrade, straatdek, straatstenen, wegdek
plaveisteen   straatsteen
plavuis - estrik, vloersteen, vloertegel
playbacken - mimen, naapen
playboy - fuifnummer, nietsnut, versierder
plebejer   onbeschaafde, onadellijke 
plebejisch   onbeschaafd, plat,  vulgair
plebisciet   volksstemming, referendum
plebs   falderappes,  gepeupel, grauw, janhagel, massa, rapalje, schorremorrie, schuim, soepie
plecht - scheepsdek, voorsteven
plechtanker - noodanker, redmiddel (laatste)
plechtgewaad - ornaat, statiekleed, toga
plechtig   ceremonieel, deftig, eerwaardig, ernstig, formeel, gewijd, grave (muziek), maestoso, officieel, solemneel, statig, verheven, vormelijk, waardig
plechtig bevestigen - inaugureren, inhuldigen, inwijden
plechtig gewaad - gala, ornaat, toga, smoking
plechtig gezang - koraal
plechtig godsdienstig gewaad - pontificaal
plechtig herdenken - solemniseren
plechtig langzaam - statig
plechtig lied - koraal
plechtig openen   inwijden 
plechtigheid   begankenis, begrafenis, belijdenis, ceremonie, doop, opening, solemniteit, statigheid, troonrede, wijding 
plechtigheid in parlement   troonrede
plechtigheid na een uitvaartmis - absoute
plechtige bedegang – processie
plechtige belofte   eed, gelofte 
plechtige dracht   gala, ornaat
plechtige ingebruikneming   inwijding
plechtige inkomst   intree, intrede, entree
plechtige kleding - gala, ornaat, rok, smoking, toga 
plechtige lofzang - hymne 
plechtige optocht - processie
plechtige toezegging   eed, gelofte 
plechtige verklaring   eed, gelofte
plechtigheid - ceremonie, doop, solemniteit, staatsie, statie, wijding
plechtstatigheid - graviteit, deftigheid
plee   bestekamer, doos, gemak, latrine, retirade, toilet, watercloset, w.c.
pleegkind - pupil
pleegzuster - nurse
pleeruimer - beersteker
pleet - double
plegen - bedrijven, begaan, doen, gewoon (zijn), uiten, uitwerken, verrichten
plegen van overspel - echtbreuk
pleger   bedrijver, dader, delinquent
Pleiaden, een der - Pleione
pleidooi - betoog, pleit(rede)
plein   agora, brink, bijeenkomst, dries, forum (Latijn), markt, marktplein, plaats, piazza, plaza
plein in Alkmaar   Kaasmarkt
plein in Amsterdam   Dam, Frederiksplein, Mercatorplein, Munt, Rembrandtsplein, Surinameplein
plein in Den Haag   Binnenhof, Buitenhof, Toernooiveld
plein in dorp   brink, laar
plein in Maastricht   Vrijthof
plein in Utrecht   Neude, Vreeburg 
plein in vele plaatsen   Stationsplein
plein met kramen - markt
plein-pouvoir - volmacht
pleinschaal - kompas
pleinvrees - agorafobie, ruimtevrees 
pleinzaad - dennezaad
pleister - emplastrum, gips, gipsmeel, hechtpleister, kalkmengsel, muurkalk, specie, stuc, verzachting, vergoeding
pleisteraar   stukadoor
pleisteren   aanleggen,  bestrijken, ophouden (zich), rapen, rusten, stukadoren 
pleisterkalk - gaas, gips, mortel, stuc, stuk,
pleisterplaats - halte, kalkmergel, motel, pleisterspecie, relais, standplaats, station
pleisterplaats (Duitsland)   Rasthof 
pleisterplaats in woestijn   oase 
pleisterspecie - stuc
pleisterwerker - stucadoor
pleistoceen   diluvium, Kaenozoïcum, plistoceen
pleistocene ijstijd   Günz, Mindel, Riss, Würm, Saaie, Weichsel
pleit  apologie, defensie, geding, geschil, pleidooi, proces, rechtsgeding, rechtsstrijd
pleitbezorger   advocaat, advokaat, procureur, raadsman, verdediger
pleite - bankroet, foetsie, gegaan, kwijt, platzak, vertrokken, vlucht, weg
pleite gaan - vluchten
pleiten - bepleiten, eisen, plaideren, procederen, verdedigen
pleiter - advocaat, verdediger
pleitgeding - geschil, pleidooi, rechtszaak 
pleitrede   dingtaal, pleidooi
pleitzak   dossier
pleitzaal - rechtzaal
pleitziek - betwistbaar, litigieus
plek - area, gehucht, kaap, klad, oord, plaats, punt, stede, stee, vlak, vlek 
plek aan appel - stee, valstee
plek in weefsel - glee
plek op dierenvoorhoofd - kol
plek waar dieren gevoederd worden - voederplaats
plek waar gewisseld wordt - wisselplaats
plek waar vis zit - leg
plekje - hoek
plekker - plafondmaker, stukadoor, witter
plekkig - vlekkig
plek of regio - oord
plek of striem - moet
plemp - vissersboot
plempen   aanvullen, dempen, plenzen, plonzen, storten
plenair   volledig, voltallig 
plengen - storten, uitgieten, vergieten, verzachten
plenging - offerande
plengoffer - bloedoffer, drankoffer, libatie, offerande
plenipotentiaris - gevolmachtigde
pleno-in - plenair
plens  golf, guts, scheut
plensbui - gietbui, plasregen, slagregen, stortbui, stortregen wolkbreuk,
plensen - gieten, gutden, stromen
plensregen - wolkbreuk
plenty - genoeg, overvloed, overvloedig, veel, volop
plenzen - gieten, gutsen, plempen, regenen, slagregenen, uitstorten
plenzende hoeveelheid - plens
plet - pletterij
pletbaar - malleus, smeedbaar
piethamer - slechthamer
pletora - volbloedigheid
pletrol - wel, wals
pletsen -  uitgieten 
pletten - lamineren, platmaken, platslaan, platten, slaan, uitpersen, uitslaan, uitpersen, uitsmeden, vergruizen, verbrijzelen, walsen
pletter - wals
pletteren - neersmijten
pletwerktuig - mangel, pletmolen, pletrol, stoomwals, wals,
pleura - borstvlies
pleuren - leggen, plaatsen, smijten
pleureuse - lamfer, rouwband
pleuritis   borstvliesontsteking 
pleviervogel - goudsnip, griet, grutto, houtsnip, kemphaan, kievit, kluut, snip, scholekster, strandloper, tureluur, watersnip, wulp
plezant - aangenaam, jofel
plezier - aardigheid, alert, amusement, behagen, divertissement, gein, genoegen, genot, jolijt, jool, leut, liefhebberij, lol, lust, oele, plezier, pret, schik, vermaak, verzet(je), vreugd(e), vrolijkheid, welbehagen, welgevallen, ijspret
plezier achteraf - napret
plezieren - verblijden
plezier hebben in - lusten
plezier in het leven - levensvreugd, levensvreugde
plezier in het op jacht gaan - jachtgenoegen, jachtgenot,
jachtvermaak
plezier om het verdriet van een ander - leedvermaak
plezier vooraf   voorpret 
plezierig - aangenaam, aardig, amusant, fleurig, fijn, geestig, genoeglijk, genotvol, gezellig, heerlijk, jofel, jolig, keurig,  kostelijk, leutig, lollig, mooi, opgewekt, plezant, prettig, vergenoegd, vermakelijk
plezierig uitgaan - trip, tripje
plezierige roes - euforie
plezierjacht - boeier, jacht, motorkruiser, pleziervaartuig, zeejacht
pleziermaker   cabaretier, clown, geinmaker, grapjas, grappenmaker, lolbroek, pretmaker, komiek
plezier of lol - vermaak
plezier of pret - vreugde
plezierpapier   accommodatiewissel 
plezierreisje   cruise, excursie, plezierbootvaart, rondvaart, Rijnreisje, spelevaart, trip, uitstapje, vakantiereis, vliegreis,
plezierreiziger - toerist
plezierrijtuig - brik, janplezier, tentwagen
plezierrit - corso, dagtocht, excursie, rondrit, rijtoer
plezierterrein - lunapark, lusthof, pretpark
pleziertje - lolletje, pretje
pleziertocht - rondvaart
pleziertocht in een boot - spelevaart
pleziervaart   spelevaart 
pleziervaartuig - boeier, jacht, zeilboot
pleziervoertuig   janplezier 
plezierwerk - hobby
plezometer - drukkingsmeter
plicht   incumbentie, officium, opdracht, taak, verplichting 
plichtenleer - deontologie, ethiek
plichtsbetrachting - ernst
plichtschending - prevaricatie
plichtsvervulling -  plichtsbetrachting, prestatie
plichtbeweging - compliment
plichtenleer - ethiek
plichtenleer (Islamitisch) - Fikh
plichtig - schuldig, verschuldigd
plichtpleging - beleefdheidsbetuiging, ceremonie, compliment, egard, hoffelijkheid 
plimsolimerk - laadstreep, uitwateringsmerk
plint - muurlijst, richel, vloerlijstvoetlijst
pliotron - triode
plissé   geplooid, plooisel
plisseren - plooien
plissoir - nagelborstel
plod - dronkaard, luiaard, slet, vod
plodde - dronkaard, luiaard, slet
ploeg - afdeling, eg(ge), elftal, ensemble, equipe, groep, koppel, landbouwwerktuig, messing, ploegschaaf, team, troupe, voetbalteam,  werkploeg
ploeg met een dubbel rister - aanaardploeg
ploegbaas - kras, mandoer, onderbaas, opzichter, voorman, werkmeester
ploeg, deel van een - rister
ploeg spelers - team
ploeg van ministers - kabinet, ministerie 
ploeg van voetballers - elftal,  team
ploeg voor de stoppels - stoppelploeg
ploeg zonder schaar - egeleg, egelegge, haakploeg
ploegbaas - kras, mandoer, onderbaas, opzichter, voorman,
werkmeester
loegbaas (Ind.) - tandol
ploegbalk - ploegboom
ploegbeen - aangezichtsbeen
ploegblad - schaar
ploegdeel - rister, stortbord, strijkbord
ploegen   akkeren, bevaren, doorklieven, groeven, moren, omwerken, omwoelen, zwoegen
ploeger - landman
ploeggenoot - maat
ploegleider - voorman
ploegmes - kouter, riester
ploeg rister - strijkbord
ploegschaar - scharre
ploegschaarnavel - schaarbek 
ploegsnee   voor, vore
ploeg spelers - team
ploegstaart   stuurstang
ploegstoker - ploeghak
ploegijzer - kouter, ploegschaar, riste- 
ploert - barrel, dikdoener, doordraaier, fielt, filister, hufter, huisbaas, losbol, misbaksel, onverlaat, patser, plug, poen, pooier, prol, proleet, schavuit, schoft, schurk,  schelm, smeerlap, sujet
ploertachtig   alledaags, bekrompen, gemeen, kleinburgerlijk, laag, liederlijk, ruw, verlopen
ploertendoder - cassé, tete
ploerterij - lichtmisserij
ploertig   bot, gemeen, grof, laag, liederig, lomp, onbeschaamd, ongemanierd,  poenig, ruw, schofterig
ploertigheid - onbeschoftheid, ruwheid
ploertin - hospita
ploeteraar - werkezel, zwoeger
ploeteren - baggeren, modderen, moren, otteren, plassen, plons, pof, sloven, tobben, wroeten, wurmen, zwoegen
plof   bons, dreun, explosie, klap, knal,  smak, stoot, val.
plofboot - motorboot
ploffen - exploderen, knallen, kwakken, vallen
ploffer   explosief, klapper, schietwapen, ontploffingsgeluid
plofkland - explosie, occlusief
plok - bosje, handvol, plukje, ruit, toef
plokgeld - strijkgeld
plombe - loodje, loodzegel, tandvulling, zegellood
plomberen - loden, verzegelen, vullen
plomp - bot(weg), dik, dotterbloem, grof, log, lomp, lummelachtig, onbehouwen, onbeleefd, onbeschaafd, ongelikt, onhebbelijk, ongemanierd, ontsierlijk, plat, plons, ruw, vormloos, waterboterbloem, zwaar
plompaard - lomperd
plomp dier - neushoorn, nijlpaard, olifant
plompheid - grofheid, logheid
plompe meid - trien
lompen – springen
plomp gebouwd rund - buffel
plompheid - grofheid, logheid
plomp persoon - bobberd
plompverloren - abrupt, botweg, pardoes, onverhoeds, onverwachts, opeens, plotseling
plonsstok - kloet, pols
plonzen - plempen,n,  spattespetteren 
plooi - antiform, frommel, frons, golving, groef, inleg, kneep, kreuk, kreukel, lies, link,  model, neep, plica, plooisel, pof, pijpplooi, reef, ribbel, rimpel, rugae, vorm, vouw, zeet 
plooi van zeil - reef, rif
plooi in het strottenhoofd - stemband
plooibaar   buigbaar, buigzaam, flexibel, gewillig, inschikkelijk, kneedbaar, lenig, meegaande, opvouwbaar, soepel, willig
plooibaarheid - souplesse
plooibare verbinding tussen delen van een portefeuille   slak
plooidal   aardplooi, trog, synclinale, terreinplooi
plooien - buigen, golven, kreuken, pliseren, regelen, rimpelen, schikken,  schipperen, vouwen
plooier - schipperaar
plooiing - anticlinaal, anticlinale, antiform
plooi in de huid - rimpel
plooi in het gezicht - frons
plooiing in gesteente - flexuur
plooiingtectogeen - orogeen
plooiloos - effen, egaal, glad
plooi of neep - kneep
plooi of vouw - ribel
plooisel   lob, lub, plissage, plissé, ruche
plooisel van een kraag   lob, lub 
plooisel van maag - spasme
plooivleugeligen - vespidae
plooiijzer - fristeertang
plot - knoop, plan
plots - abrupt, accuut, eensklaps,halsoverkop,  inens, onverhoeds, onverwachts, onvoorzien, opeens, pardoes, plotseling
plotseling   abrupt, acuut, eensklaps, hals over kop, ineens, klakkeloos, nauwelijks, onvoorbereid, opeens, onverdacht, onverhoeds, onverwacht, onverwijld, pardoes, plompverloren,  plots, plotsklaps, schielijk, snel, subiet, subito
plotseling (muz.)   subito 
plotseling beginnend - acuut
plotseling binnenkomen   inval 
plotseling idee - inval
plotseling lachen - proesten
plotseling omkeren - omslaan
plotseling ophouden - afnokken, stoppen
plotseling opkomend   acuut 
plotseling opkomende gedachte - inval
plotseling sterk geluld   gil, kreet, schreeuw
plotseling verlangen   opwelling, drift 
plotseling verschijnende ster   nova 
plotselinge aandoening   aanval, attaque (attak) 
plotselinge algemene schrik   ontsteltenis paniek, shock, verwarring  
plotselinge angst – paniek, schrik
plotselinge bevlieging - rage
plotselinge beweging   ruk, schok, stoot 
plotselinge koersdaling   slump 
plotselinge ommekeer - ontknoping, peripetie, wending,
plotselinge overval - inval, raid, razzia
plotselinge radeloze angst - paniek
plotselinge schrik - ontsteltenis, paniek, shock, verwarring
plotselinge trek   ruk .
plotselinge verheffing van de wind - zeng
plotselinge vrees - schrik
plotselinge ziekteaandoening   aanval, attaque, beroerte 
plotsklaps - eensklaps, ineens, onverwachts, opeens, plotseling
plotter - tekenmachine
plot van een verhaal - intrige
pluche - fluweel, katoen, pluis, veloers, wol,
pluche beer - pandabeer
pluche, namaak - pluchette
plug   bout, deutel, keg, mond, mondstuk, pin, schroefbout, stekker, stop, stuk, wig
plugijzer - deutelijzer
pluim   aigrette, bloeiwijze, compliment, dons, kwast, kwastje, panache, plumeaustaart, toef, veer, veder, vederbos,
pluim van de haver (met korrels) - teil
pluimage   gevederte, veren, vogelpluim
pluimbal   vederbal, volant 
pluimbalspel - badminton, raketspel
pluimbol - paardebloem
pluimborstel - helmbos, panache, pluimbos, plumeau, vederbos
pluimen - plukken
pluimenbed - verenbed
pluimenbos - helmbos, panache
pluimgierst - millet
pluimgras - halm, helm
pluimig - donzig
pluimpjesbal   badminton, shuttle 
pluimpje   compliment, loftuiting, plumula 
pluimpje aan de staart - kwispel
pluimpjesbal - badminton, shuttle
pluimriet - struisriet
pluimstaart - eekhoorn, eker
pluimstaartaap - saki
pluimstrijken - aaien, flemen, flikflooien, slijmen, strooplikken, vleien
pluimstrijkende ambtenaar - sycofant, verklikker
pluimstrijker - flemer, flikklooier, kruiper, slijmjurk, vleier
pluimstrijkerij - kruiperij, liefdoenerij, vleierij
pluimvaren - koningsvaren
pluimvee   eend, gevogelte,  haan, hen, hoen, hoender, kloek, kalkoen, kippen
pluimveeprodukt   ei 
pluimveeziekte - cocsidiosa, legnood, pseudo-vogelpest, pip, pluimwit - talkpoeder, pullorum, snot
pluis - fatsoenlijk, gemakkelijk, glad, haartje, nop, onbedorven, opplant, pluche, rafel, rein, veilig, vers, vezel(tje), vlok, vlokje, zedig 
pluis fluweel - felp, fulp
pluisje - draad, nop, vlokje
pluisjuweel - paan, pluche, trijp
pluiskruid - kruiskruid
pluismachine - effilocheur
pluis op wollen stof   nop
pluister  - pluis, vezel, vlok
pluit - roeischuit, zeilboot
pluiter - roeischuit, zeiljacht
pluizen   navorsen, peuteren, uitrafelen
pluizig - oneffen, ruw
pluizig haar - dons
pluk - beetje, boeket, bos(je), dot, handvol, kuif, lok, oogst, plok, plukje,toef, tuiltje, vlok,
pluk tabak boven de pijp - pruik
pluk de dag - carpe diem
plukharen - bakkelien, kibbelen, ravotten, stoeien, twisten, vechten 
plukje - bos, dot
plukje haar   lok
plukken - afscheuren, beroven, bestelen, oogsten, pluizen, pulken, roppen, trekken
plukker - oogster
pluksel - charpie, linament, pluk, rafeling, verbandmiddel
pluksla - dunsel, molsla
plukvet - darmvet
plumaketel - akeleiruit
plumbaginacee - armeria, lamsoor, limoenkruid, limonium, schapenoor
plumbago - loodkruid
plumbum   pb., lood
plumeau - vederborstel 
plunderaar - dief, marodeur, rover, steler
plunderaarstroepen - haidoeken, heidukken
plunderen   beroven, depouilleren, devaliseren, gappen, maroderen, paraderen, rampokken, ravageren, roven, ruiken, ruiten, saccageren, spolieren, stelen, strooptocht, stropen, uitkleden 
plunderen en roven - rampokken
plundering - beroving, diefstal, furie, marode, raid, rampokpartij, roof, soliatie, spoliatie
plundering door soldaten   furie, marode, stroperij
plundertocht – raid, marode, rampok, rooftocht
plunderziek – roofzuchtig
plunje - garderobe, kleding, kloffie
plunjer - zuiger
pluralis   meervoud, pl.
pluralis majestatis   majesteitsmeervoud
pluraliteit   meervoudigheid 
pluriform   veelvormig 
pluriformiteit   veelvormigheid
plus   daarbij, en, meer, optelteken, positief, (wisk.) vermeerderd met
plus de buurt er omheen   e.o
plusfour - pofbroek, kniepantalon
plusminus   circa, ca., omstreeks, omtrent, ongeveer, p.m. 
plusminus 145 l - aam
pluspool   anode
plutocraat - geldaristocraat, kapitalist, nabob, rijkaard
plutocratie -  geldheerschappij
plutonisch gesteente   sill, laccoliet 
plutonium   Pu
pluviale   koorkap
pluvier - goudkievit, goudpluvier, regenvogel, wilster, zilverpluvier
pluvierachtige vogel   griel, kemphaan, kievit, kluut, renvogel, scholekster, scholekster, strandruiter, zeekieft (gewestelijk),
pluviersoort - renvogel, steenloper
pluviervogel - kluut
pluviometer   regenmeter
pluviose - regenmaand
pneu - luchtband
pneuma   adem, geest, lucht 
pneumatiek - aeromechanica
pneumatisch muziekinstrument - fonola
pneumatofoor - ademwortel
pneumonie - longontsteking
po - nachtspiegel, ondersteek, pispot
pochel - lichaam, rug
pochen    bluffen, bogen, bracheren, grootspreken, opscheppen, opsnijden, pralen, pronken, roemen, snoeven, steunen, vanteren
pocher - blaaskaak, blageur, bluffer, branie, dikdoener, doordraaier, fanfaron, fraseur, geurmaker, grootspreker, kwast, opschepper, opsnijder, parademaker, patser, pedant, pochhans,  poehamaker, poen,  poseur, praalhans, praatjesmaker, praler, proneur, pronker, snoever, spekschieter, stoffer, trotsaard, windbreker, windbuil, ijdeltuit, zwetser 
pocheren - koken
pocherij   bluf, blufferij, fanfaronnade, gesnoef, grootspraak, opschepperij, opsnijderij, pedanterie, praal, 7pralerij, rodomontade, snoeverij 
pochet   lefdoekje, zakdoekje 
pochhans - branie, fanfaron, grootspreker, pocher, poen, praler, , scheeuwer, snoever, zwetser
pochpotje - pochspelletje
pocketboek   paperback, zakuitgave
poco   p., iets, wat,
poco à poco - allengskens, langzamerhand 
poculeren -  drinken, zuipen
podagra   pootje, voeteuvel, voetjicht 
poddel - hoer, lichtekooi
podesta   ban, landvoogd, machthebber, satraap, stadhouder, stadsbestuurder
podium - almemmor, ambo, boa, bima, buhne, estrade, optrede,platvorm, olankier, plankier, platvorm, toneel
podogra - jicht
podometer -  afstandmeter, schredenteller
podsol - schierzand
podsolhorizont - koffielaag, loodzand, oerbank, schierzand 
poedel – blunder, bok, does, doeshond, misgooi, misschot, misstoot, misworp, poedelhond, wentelaar
poedelen   baden, blunderen, krulhond, missen, wassen
poedelhond   does, poedel 
poedelnaakt   moedernaakt, ontkleed, spiernaakt
poeder   bedak, blanketsel,  gruis, medicament, meel, poeier, pulver, rouge, schoonheidsmiddel, toiletartikel
poeder bereid uit zeewier - alginaat
poeder of kleursel voor het gezicht - blanketsel
poeder van de meekrapplant - krap
poeder voor vla - custard
poederachtig - mul, rul
poederchocolade - cacao
poederen - blanketteren, fijnwrijven
poederig - mul, rul
poederjas - kapmantel
poederkoffie - oploskoffie
poederkwastje - donsje
poedermantel - peignoir
poeders met stroop - bolus
poedersuiker - basterd, farinesuiker, melis, strooisuiker
poeder van puin - gruis
poedervormig metaal   thorium
poedervormig slijpmiddel - amarilpoeder
poeiem - gedicht, vers
poëet   bard, dichter, kunstenaar, rijmer, verzenmaker, zanger 
poef - zitkussen
poefen - paffen, schieten
poeha - bombarie, drukte, grootspraak, leven, omhaal, omslag, ophef, rumoer, spats, vertoon 
poehaan - kraan, voorman
poehamaker - bluffer, ranie, drukteschopper, opschepper
poeier - afstraffingdreun, dreun, opdoffer, oplawaai, pulver, stomp
poeieren - fijn, wrijven
poel   afgrond, draskolk, kolk, laak, meer(tje), moeras, plas, somp, ven, vijver, waterplas, wetering 
poelen - baden, zwemmen
poelepetaat - parelhoen
poelet - soepvlees
poelgras - rietgras
poelie - pully, riemschijf, snaarschijf
Poloe Pinang, stad op - Georgetown, Penang
Poeloe Weh, stad op - Sabang
poelslak - limnaea
poelsnip - capella, watersnip
poelvis  - smeerling
poema - zilvermeeuw
poen   bluffer, branie, dikdoener, duiten, geld, geurmaker, moos, opschepper, opsnijder, patser, ploert, pocher, praler, proleet,  snoever, snob, snot 
poen   geld, moos
poene   boete, straf
poenen - slaan
poenerig - patserig
poenig - fatserig, poenerig, praalziek
poenig mispunt - kwal
poenka - fan, waaier
poepuil - steenuil
poer   hors, morsbanker, peur, vistuig, wormentros
poerga - boeran
poerlood - peur
poes - kat(er), dakhaas
poesje - pouse-café
poes met papieren - raskat
poesjenel - hansworst, marionet
poeslief - aanhalerig,  fluweelachtig, stroperig, suikerzoet,
vlijerig
poespas   drukte, knoeitaal, mengelmoes, onzin, potpourri, rommel, rompslomp, salmagundi, soesa, 
poesta - steppe, grassteppe
poestig - opvliegend
poet   buit, geld, hoop, massa
poëtisch   dichterlijk
poëtische naam voor Ierland   Eire, Erin
poets   bak, frotteren, grap, grol, joke, klucht, list, mop, parten,  pots, streek, truc
poetsen - boenen, decrotteren,  reinigen, schoonmaken, wrijven
poetser - schoonmaker
poetsgoed - appretuur
poetskatoen   dot, pinkops
poetslap   dot
poetsmiddel - cleaner, glans, koperpoets, poetspommade, politoer, schuurpoeder, was, zilverpoets
poetsmiddel voor aanrecht   staalfix 
poetsmiddel voor hout   teakolie 
poetsmiddel voor kachels   kachelglans
poetsmiddel voor tanden   tandpasta 
poets of streek - list, loer
poettie -  puttee, beenwindsel
poetsproduct - smeer
poezelig - mollig, poezel
poezelige vrouw  - mokkel
poezengeluid - spinnen
poëzie   dichtkunst, gedichten, verzen
poezig - lief(tallig), zacht
pof   bol, gezwollen, klap, knal, krediet, opgezet, windstoot
pofadder - cobra
pofbroek - plusfour
poffen- borgen, duwen, kloppen
poffer - voetzoeker, zakpistool
poffertje   bollebuisje, brodertje, 
poffertjeskraam - bakkeet
pofmais - popcorn
pofspel - trictrac
pogen   beproeven, conatus, proberen, streven, trachten
pogen te bereiken   haken, rekken streven
poging   experiment, moeite, proef, probeersel, streven
poging tot dichten   gerijmel, rijmelarij
poging tot koop   bod
poging tot moord   aanslag 
pogrom   jodenvervolging, verwoesting
poids   gewicht, overwicht
poileren - afzetten, ombiezen
point   punt
point d'orgue   orgelpunt
pointe   clou, gedachte, geestigheid, moraal, strekking, tendens, woordspeling
pointer - patrijshond
pointeren   aanstippen, aantekenen, richten, verifiëren, wagen, zetten
pointlacé - borduursel
pok   blaar, bult, puist, pukkel, puistje, zweer(tje) 
pokdalig   mottig
poken   aanzetten, duwen, kloppen, moeren, oprakelen, porren, rakelen, stoken, wekken  
poker - dobbelspel, kansspel
pokeren - dobbelen, gokken
pokerterm   bluf, carré, pair, poker 
pokkel – bult, lichaam, rug
pokken - variola
pokkenbriefje   vaccinatiebewijs 
pol - aardkluit, heuveltop, hoogte, koekje, plag, vrouwenjager, zode
polaire hoedanigheid - polariteit
polder - droogmakerij, koog, mee, waterschap
poldergast - grondwerker
polder in IJsselmeer   Flevoland, Markerwaard,  Noordoostpolder, Wieringermeerpolder 
polder in Noord Holland   Beemster, Purmer, Schermer, IJpolder, Wormer
polder in Zuid Holland   Alexander, Babbers, Delfland
polder ontstaan door kwelders -  zeepolder
polderbelasting - polderlasten
polderbestuur - heemraad, polderstoel, waterschap
polderboer - ingeland
poldergast - dijkwerker, grondwerker, polderwerker 
polderinspectie   schouw 
polderjongen - dijkwerker, schuier
polderkoorts - malaria, moeraskoorts 
polderlasten   polderbelasting 
poldermolen - gemaal
polei - katrol
polemiek - pennestrijd
polemisch - strijdend, twistend
polemologie - irenologie
polemoniacee - cobaea, collomea, gilia, phlox, polemonium, vlambloem
poleren - polieren, polijsten
policinel - hansworst
poliep - abces, actinia, blaaspoliep,  gezwel, hydra, inktvis, neteldier, octopus, sepia, straaldier, tumor, vleesboom, veelvoet, vleesuitwas, zwelling
poliepen - hydroidea
poliepslak - nautilus
poliet - beschaafd
polikliniek - dispensarium
polijstbare gipssoort - albast
polijstaarde   tripel
polijstbare gipssoort   albast
polijsten   beschaven, bruineren, gladmaken, politoeren, schuren, slijpen, veredelen, verfijnen, zoeten
polijststeen   amaril
polio   kinderverlamming, poliomyelitis 
polis - akte
polisseur - polijster
polissoir - nagelborstel
politesse - hoffelijkheid, welgemanierdheid
politica - staatsvrouw
politicus - handige, listigaard, onbetrouwbare, slimmerik, staatkundige, staatsman
politie - controledienst, hermandad, marechaussee, ordedienst, prinsenmarij, veiligheidsdienst
politie (barg.) - adje
politie te water   rivierpolitie 
politie van de tsaar - Ochrana
politie van het leger   M. P. 
politieafdeling - brigade
politieagent   alguazil, bink, Bobby, champêtre, detective, diender, gendarme, grandige, juut, kip, klabak, lamp (bargoens), luis (Leiden), mouchard, ordebewaarder, pandoer (Zuldnederlands), piottenpakker, politiedienaar, rakker, rechercheur, rijksveldwachter, schabeletter (Zuidnederlands), trapschaar, trapscheer, rus, smeris, spoon, stille, trapschaar, trapscheer, tuut, veldwachter, verkeersagent, wauw (bargoens), wees (bargoens), wijkagent
politieagent (barg.) - bout
politieagent (Indonesisch) - kanarie
politiebeambte - agent, diender, politieagent, rechercheur
politiedienst - recherche
politiehond - speurhond
politiehoofd - brigadier, commissaris, inspecteur 
politiehoofd in Amerika   sheriff 
politiek   staatkunde, staatkundig
politiek die alleen rekening houdt met de omstandigheden - 
opportunisme
politiek die een front, tegen een staat tracht te vormen, door  de buren te  verenigen -  omsingelingspolitiek
politiek, kennis van de - politologie
politiek onbetrouwbaar - inciviek
politiek sluw - macchiavellistisch
politiek strijder - plopper
politiek systeem - actualisme
politiek van staatkundige en economische expansie   imperialisme
politieke actie - campagne
politieke afspraak - koehandel
politieke afzijdigheid - isolationisme
politieke belangengemeenschap -  entente
politieke daad, bepaalde - verkiezingsmanoevre
politieke delinquent - inciviek
politieke groepering   partij 
politieke groep in de tweede kamer - fractie
politieke groepering -  partij
politieke kleur - tint
politieke kleur, van bepaalde - communistisch, laberaal, sociaaldemocratisch, socialistisch
politieke onbetrouwbaarheid - incivisme
politieke opdracht - mandaat
politieke partij - aanhang, fractie
politieke partij in Duitsland   C.D.U., F.D.P., S.P.D.
politieke partij in Engeland   Conservatieve, Labour, Liberalen
politieke partij in India - Congrespartij
politieke partij in Indonesië - Masjoemi, P.K.I., P.N.I.,
politieke partij in Nederland   A.R.P, C.D.A., C.P.N., C.H.U., G.P.V., K.V.P., P.v.d A, P.S.P., S.G.P., V.V.D., D '66, D. S. '70, Boerenpartij, P.P.R.
politieke rechercheafdeling   P.R.A. 
politieke richting - liberaal, links, rechts
politieke tegenstander -  frondeur
politieke weerhaan - kameleon
politieman - agent
politiepost - gendarmerie
politierechter in Spanje - corregidor
politiesoldaat - gendarme, marechaussee, M.P.
politiespion   mouchard, verklikker 
politievoertuig   overvalwagen, patrouillewagen
politiewapen (Ind.) - lathi
politionele drijfjacht   razzia 
politoer - beschaafdheid, fijnheid, gladheid, glans 
politoeren   opknappen, oppoetsen, polijsten
polk - hol, kuil, nest
polka   dans
polkabrok - ulevel
polkadans - Rheinlander
polkadansen - polkeren
pollen   stuifmeel
pollenanalyse   palynologie 
pollenklompje - pollinium
pollepel - sleef, slieg, roerspaan
pollevie -  schoenhak
polmast - kluitden
polohemd - shirt, sporthemd
polonaise - feestdans
polonium   po. Radium-F
pols -  klopping, polsus, springstok
polsboord -  manchet
polsen - benaderen, onderzoeken, peilen, sonderen, toetsen, uithoren, vragen
polsmeter - hemetachometer, sfygmometer
polsmouwtje van Walcherse boerin -  labadist
polsslag - palpitatie, pulsatie, pulsus
polsslag meter -  pulsimeter
polsstok - kloet, springstok
polster - penterschouw, schouw
polszak - puls
poly -  veel
polyamide - nyon
polychroom - bont, kleurrijk, veelkleurig
polyeder  veelvlak
polyfagie   vraatziekte
polyfoon - meerstemmig, veelstemmig, veelvormig
polygalacee - vleugeltjesbloem
polygamie   veelwijverij
polyglottisch - veeltalig
polygonaal   polygoon, veelhoekig
polygonacee - adderwortel, boekweit, bruidsluier, duizendknoop, fagopyrum, jezusgras, krodde, perzikkruid, polygonum, rabarber, rheum, roodbeen, rumex, varkensgras, veenwortel, waterpeper, zuring, zwaluwtong
polygoon -  veelhoekig
polygraaf - veelschrijver
polygrafie -  veelschrijverij
Polynesië, bewoners van - Kanaken
Polynesië, eiland behorend tot - Alofi, Christmas, Fanning, Fotuna, Manahiki, Marquesas, Niuafu, Niue, Palmya, Phoenix, Rapa, Tahiti, Tokelau, Uea
Polypodiacee - adelaarsvaren, eikvaren
polyptiek   veelluik
polytechnische school - polytechnicum
polytheïsme   afgoderij, heidendom, veelgoderij, veelgodendom 
polijstaarde - amaril, dodekop, tripel
polijstbaar gipssoort - albast
polijsten -  beschaven, bruineren, gladden, likken, poleren, politoeren, poppen, schuren, veredelen, verfijnen
polijsthout van horlogemakers - painhout
polijstmiddel - polijstlak, polijstpapler, sepia
polijstpoeder - amarilpoeder, tripel
polijstrood - dodekop
polijststeen - amaril
polijststof -  amaril, aluminiumoxyde, polijststeen, smergel
polytechnische school - polytechnicum
polytheïsme - afgoderij, heidendom, veelgodendom, veelgoderij
pomander - amberappel
pomerans - keupunt, oranjeappel
pommade - haarzalf, lippenzalf, poetsmiddel
pommerroos - jambosa
pommes frites - patat
pomologie - ooftkunde
pomp - aanjager, cilinder, pompoen, spanjolet, stomp, stoot, verstelwerk, zuiger
pomp van een brandspuit - aanjager
pompaf - bekaf, doodmoe
pomparm - zwengel
pompboor - schulper
pompbuis - daal, pompcilinder
pompel - kolk
pompelmoes   grapefruit
pompen - ploeteren, stompen, zwoegen
pompen van het hart   systole 
pompeus   deftig, dikdoenerig, hoogdravend, luisterrijk, prachtig, zwierig
pompgat -  lochgat, spuigat
pompier - brandweerman, spuitgast 
pompinstallatie - gemaal, nortonpomp, welpomp
pompoen - kalebas, pronkappel
pompon - bolkwast
pomposo (muz.) - deftig, statig
pompput - jaknikker
pomppijp -  lul
pompstation - gemaal, tankstation
pompzuiger - piston
pon - nachtgewaad, nachthemd, nachtjapon, nachtkleed
ponceau - klaprozerood
poncho - manteldoek
pond   Ib., libra, pd.
pond sterling -  livre
pondegoed - afval, rommel, vodde
ponder - mandje, unster,  weesboom
ponderen - wegen
pondgaarder  - korenmakelaar
pondok - vakantieoptrekje (in de bergen)
pond sterling   L., P. St.
ponem - facie, gezicht, porem, snoet, tronie
poneren - onderstellen, stellen, voordragen 
ponjaard - dag(ge), dolk, moordpriem, pook, stekade
ponk - spaarpot
pons - drevel
ponsen   doorslaan, drevelen, stansen, stanzen, uitslaan
ponsoen - graveernaald, keurstempel, patrijs
ponstypist - ponser
ponstypiste - pondeuse
ponswerk   stamswerk 
pont - ferry, overzet, overzetboot, ponton, veer, veerboot, vlet, vlotschuit
pontbrug - pontklep
ponteneur   eer, eergevoel 
pontifex   P., opperpriester
pontificaal   bisschoppelijk, opperpriesterlijk, pauselijk, plechtgewaad, pronkgewaad, staatsiegewaad
pontiflex, maximus - paus
pontje - ferryboat, gierponton, overzetboot, schouw, trekpont, veerboot
ponton - brugdrager, brugschuit, drijver, schipbrug
pontveer - overhaal, veerboot
pontwachter - veerman, veerschipper
pont - hit, ket
pooien - drinken, zuipen, zwelgen
pooier   patser, ploert, souteneur, uitsmijter
pook -  buik, deugniet, doek, dolk, haardijzer, koterijzer, loet, lijf, pookijzer, porijzer, rakel, snaak, vuurijzer, zak
pooklijn - schrobnetlijn
pookijzer   rakel
Pool - aspunt, electrode, kathode (negatief), magneeteinde, naaf, noordpool, Polak, potspel, poule, raketspel, streek, vleug, zuidpool
poolbeer - ijsbeer
pool, de betreffende - polair
pool waar bij elektrolyse de stroom intreedt - anode
poolgebied   Antarctis, Antarctica, Arctis
poolhond - husky, sledehond
poolkap - ijskap
poolklem - accuklem
poolkring   poolcirkel
poollichaampje - centrosoom, polocyt
poollicht - noorderlicht, zuiderlicht
poolmeter   kwadrant
poolreiziger   Amundsen, Bellingshausen,Bering, Byrd, Davis, Hansen, Hudson, Nobile, Peary, Ross, Scott, Shackleton, Wilkins
Pools componist   Paderewski 
Pools dorpshoofd   starost
Poolse berg - Tatry
Poolse bok - doedelzak
Poolse dans - krakiowak, mazurka, polonaise
Poolse dichter - Lec
Poolse havenstad   Dazig, Elblag, Gdansk, Gdynia,  Kolobrzeg, Szcessin
Poolse hoofdstad - Warszawa
Poolse jongensnaam   Stanislov 
Poolse Jood - Pol(a)k
Poolse koning - 
3   Jan
6   Istvan
7   Hendrik, Jadwiga, Lodewijk, Michael, Meeszko
8   Augustus, Boleslaw
9   Alexander, Kazimierz, Sigismund, Stanislaw, Wladyslaw
Poolse  Kozakkenhoofdman   hetman 
Poolse munt - groszy, zloty
Poolse parlement   Zejm
Poolse pianist   Askenase, Paderewski, Rubinstein
Poolse plaats - Bialystok, Gdansk, Gdynia, Katavice, Krakau, Krakow, Lotz, Lublin, Ostraa, Poznan, Wroclaw, Warschau 
Poolse president -
5   Ochab
6   Bierut 
8   Moscicki, Zawadski
9   Jablonski, Pisuldskiwi
10 Narutowicz, Paderewski, Spychalski
11 Raczkiewicz
12 Cyrankiewicz
13 Wojciechowski
Poolse rivier - Biala, Bobr, Bug, Notac, Odra, San, Warta, Wisla
poolshoogte nemen   onderzoeken 
poolshoogtemeter   astrolabium 
poolster   gids, noordstèr, polaris, toeverlaat, tramontane
poolstreekbewoner   Alaskiër, Aleut, Eskimo, Groenlander, Lap, Laplander, Ijslander
pooltje -  dwergkonijn
poolvos - ijsvos
poolwachter -  sterrenbeeld
Poolzee   IJszee 
poon - knorhaan, roodbaard, roset, trigla
poor - prei
poort   (Arab.) bab, boog, deur, doorgang, geschutspoort, hilus, ingang, passage, patrijspoort, porta, toegang, tuinpoort, tunnel, uitgang 
poortdeurtje - klinket
poorter   burger, dorpeling, ingezetene, stedeling
poortjesvolk - armelui
poortwachter   conciërge, portier 
poos   duur, even, interval, ogenblik, pauze (Zuidnederlands), periode, tijd(je), werktijd, wijl
poosje - amerij(tje), even, ogenblik, tijdje, 
poot   ent, loot, spruit, stek
poot   hoef, klauw
poot van een roofdier - klauw
pootaardappel - kriel, legger, planter, poteling, poter, veenpoter
pootgoed   pootvis, pootaardappelen, pootoesters
pootje   podagra, voetjicht
pootogigen - schildkreeften
pootplantje - bibet
pootvis - aas, gruw, visbroedsel
pop - baby, cocon, dot, emelt, gulden, kindje, kluwen, larve, lijs, marionet, prop, speelgoed, tonnetje, trekpop, wijfjesvogel
pop met beweegbare leden - ledenpop
popcorn - pofmais
pop uit poppenspel - marionet
popel - populier
popelen - beven, bewegen, ritselen, ruisen, springen
popfeest - popfestival
popmuziekstijl - funk, punk
poppel - atelaar
poppenkast - poesjenellen, ronzebons
poppenkastfiguur - Jan Klaassen, Katrijn, Pierlala
poppenkastspeler in Nederland - Baardmans, Bosrna, Bulthuis, Kooman
poppenspel - marionettentheater, wajang
poppentheater in Antwerpen   Poesjenellenkelder
popperig   klein, nietig, petieterig, peuterig
poppig - klein, nietig
pop uit poppenspel - marionet
populair   begrepen, bekend, bemind, geliefd, getapt, gevierd, gewild, verstaanbaar (voor 't volk)
populair lied - hit, tophit 
populair tijdschrift   magazine 
populair vervoermiddel   fiets 
populair wijsje   schlager, tophit
populaire artieste - vedette 
populaire benaming voor geld - daalder, duppie, geeltje, joetje, knaak, meier, pop, riks, spie
populaire benaming voor gezicht - facie, smoel, snoet, snuit, toet, tronie
populaire drank - bier, cola, jenever, koffie, limonade, thee
populaire muziek - pop
populatie   bevolking
populier   abeel, asp, beefesp, belboom, esp, peppel, popel, ratel, ratelaar, ratelabeel, ratelpopulier, trilpopulier
populierhaantje - bladkever
populier, witte - abeel  
populus - volk
pop van een vlinder - larve
por   duw, gons, knoest, kracht, mep, moed, puist, ribbestoot, steek, stoot, wormbult, wrat,  zet
porder - klopper, pook, rakel, wekker
porem - aan(gezicht), ponem, tronie
poren - peuren
poreus - doordringbaar, doorlaatbaar, lek, permeabel, sponsachtig
poreusheid - porositeit, spongiositeit 
poreus vulkanisch gesteente - lava, puinsteen, tuf
poreus weefsel   kurk
poreuze aarden kruik -  alcarraza
poreuze lava - scroria
poreuze vulkanische steen - puimsteen
poreuze zandsteen - molasse
porfier   graniet, ponsen, purpersteen 
porie   gaatje, huidopening, opening, spleet
porieverstopping - stenose
porijzer - pook, ratel
pork - hummel, kleuter, uk
porken - peuteren, possen
pornocratie - hoerenheerschappij
pornografie - prikkelliteratuur, schund, vuilschrijverij 
pornografische lektuur -  schund
porren - aansporen, duwen, poken, rakelen, steken, stompen, stoten, wekken
porositeit   poreusheid
pors - gagel
porselein - postelein, Sèvres
porseleinaarde - aluminiumsilicaat, kaolien, kaoliniet, kaoline.
porseleinbloempje - menistenzusje(s), portulaca, schildersverdriet, speculatie, steenbreek
porseleinen - gladmaken
porselein, grondstof voor - cornishtone, kaolien, kwarts, pigmentiet, veldspaat
porseleinhoen   moerasral 
porseleinhorenslak - cypraea
porseleinslak   katje
porseleinstad - Limoges, Meissen, Sèvres
porseleintjes   menistenzusjes
port   bestelbon, briefkosten, porto, portwijn, strafport, vrachtgeld
portaal - bordes, deurnis, hal, hoofdingang, nis, overloop, portiek, vestibule 
portaalgraf - hunebed
portaal voor buitendeur - portiek
portable -  schrijfmachine
portatief   draagbaar
portebrisée  -  schuifdeur
porte-crayon - tekenpen
portee   belang, belangrijkheid, betekenis, draagwijdte, omvang, schotwijdte, strekking 
portefeuille   beurs, bezit, brieventas, etui, koker, lees, map, ministersambt, omzet, tas, voorraad, zakportefeuille
portelbezie - bosbes
portelen - borrelen, bruisen, koken, pruttelen, schuimen
portemanteau - kapstok
portemonnee   beurs, geldbuidel, geld beurs, geldtas, platvink (bargoens)  
porticus   zuilengang, bovengang 
portie   aandeel, actie, deel, dosis, draagwijdte, effect, gedeelte, hoeveelheid, kavel, kwantum, part, partij, rantsoenstuk, (Eng.)share,  stuk
portie jenever - oorlam, 
portie werk te doen - kavel
portiek   hal, voorhal, voorportaal, zuilengang
portier   autodeur, claviger, conciërge, deurwachter, koets, oppasser, poortwachter, pylorus, sleuteldrager, wachter, wagondeur
portier (Russisch) - dvornik, dwornik
portière   deurvoorhang, gordijn
portiershokje - loge
portlandcement en kiezel dooreengemalen - sillicocement
porto - bestelbon, briefkosten, briefvracht, port, vrachtgoed, zegelkosten
portobetaalmiddel - antwoordcoupon
portofoon - mobilofoon, walkietalkie
porto franco - vrijhaven
portret   afbeelding, beeld, beeltenis, beschrijving, foto, konterfeitsel, schets, uitbeelding
portret in het klein -  miniatuur
portret van een man - mansbeeld
portretschilder - portrettist
portretteren   beschrijven, uitbeelden 
portvrij - franco
Portugal - Lusitania, Lusitanië
Portugees danslied   fado 
Portugees district - 
4   Beja, Faro
5   Braga, Evora, Porto, Viseu, Horta
6   Aveiro, Guarda, Leiria, Lisboa
7   Coimbra, Funchal, Setubal
8   Braganca, Santarem 
10 Portalegra
Portugees eiland - Madeira
Portugees Joodse synagoge - Esnoga
Portugees klaaglied - fado
Portugees koningshuis - Braganca
Portugees lied - fado
Portugees oorlogsschip - karaak
Portugees vissersvaartuig - Calao
Portugees zeevaarder - Magelhaens
Portugees zeilschip - caravela
Portugese bergtop - Malhao
Portugese bezitting in Afrika -  Angola, Mozambique
Portugese bezitting in Azië   Timor 
Portugese brllslang - cobra
Portugese componist - Arroyo
Portugese dichter - Oliveira
Portugese dichteres - Alorna
Portugese edelman   hidalgo 
Portugese eilanden   Azoren 
Portugese en Spaanse Joden   sefardim
Portugese eretitel - don
Portugese havenstad   Lissabon, Oporto, Porto, Setubal
Portugese havenstad in Afrika   Baire
Portugese hoofdstad - Lisboa, Lissabon
Portugese inhoudsmaat - almude, alqueira
Portugese kolonie - Angola, Mozambique
Portugese kolonie in China - Macao
Portugese koning(in) - 
5   Johan, Jozef, Karel, Maria
6   Eduard, Miguel, Sancho
7   Emanuel, Hendrik, Lodewijk
8   Alfonsus
9   Dionisius, Ferdinant
10 Sebastiaan
Portugese kroniekschrijver - Lopes
Portugese landstreek - Algarve, Beira, Minho
Portugese munt   crusaat, crusado, escudo, fanga, milreis, moio, reaal (oud), reis, rs 
Portugese president - Braga, Gomes
Portugese rekenmunt   milreis 
Portugese rivier - Douro, Ebro, Guadiana, Lima, Mandego, Minho, Mira, Sado, Taag, Tamega, Tejo, Tua, Vouga
Portugese ruitersabel - sarras
Portugese stad - Almada, Braga, Coimbra, Elvas, Evora, Faro, Lagos, Lisboa, Lissabo, Oporto, Setubal
Portugese synagoge   esnoga 
Portugese titel - senhor
Portugese titel voor adellijke dame - donna
Portugese voormalige kolonie - Angola, Mozambique
Portugese wijnsoort - aquilar, made(i)ra, port
Portulacee - claitonia, montia, postlein
portulak - postelein
portuur   tegenpartij
portvrij - franco, ongefrankeerd
portwijn - douro, madouro, port
porijzer - pook
pos - baarsvisje, zeedonderpad
pose - aanstellerij, air, houding, stand
Poseidon   Neptunus 
poseren - modelstaan
poseur   aansteller
positie – aanzien, betrekking, houding, ambt, baan, hoedanigheid, hoeveelheid, houding, ligging, opstelling, plaats, post, rang, situatie, staat, status, stand(ing), stelling, toestand, zwangerschap
positiebejag - arrivisme, carriëremaking, streberij
positief - bepaald, gunstig, overtuigd, stellig, uitgesproken, vast, werkelijk, wezenlijk, zeker
positief beeld op onderlaag   dia 
positief elektrisch atoom - anode, elektrode 
positief electron van de atoomkern - positron
positief geladen atoom   anion 
positief geladen ion - kation
positief geladen waterstofatoom – proton
positief idee - ideaal
positieoorlog   stellingoorlog 
positieve elektrode   anode 
positieve ideeën   ideaal
positieve kans   fortuin, geluk, mazzel 
positieve niveauverandering   transgressie, zeespiegelrijzing 
positieve pool   anode
positieve relatie - resonantie
positieve uitkomst - resultaat
positieve verandering - appreciatie
positieven   bewustzijn
posse   gagel, post, pos, possem 
possederen   bezitten
possem   gagel, Myrica, pors
possessie   bezit, bezitting, have,  piëdestal sokkel, voetstuk
possessief - bezittelijk
posibiliteit - mogelijkheid
post   ambt, baan, betrekking, brieven, functie, gagel, mail, officie, paal, positie, postbestelling, postiljon, postrijder, raamstijl, schildwacht, standplaats,  taak, wachter, werkkring
post op de begroting - item
post van advocatenrekening - retenue
Post, de - betreffende -  postaal
postament   pedestal, piëdestal, sokkel, voetstuk
postbode   besteller, koerier, postiljon, postbezorger
postbus - box, brievenbus
postduivenhouder (amateur) - duivenmelker
poste restante   p.r.
postelein   protulak
postelein achtigen - postulacaceeën
posten - wachthouden
poster - affiche
posteren - aanstellen
posterieur   later, volgend 
posteriteit   nakomelingschap 
postglossator - commentator
posthorenslak - planorbis
posthuis - wachthuisje
postiche - nagemaakt, vals
posticheur   haarwerker
postiljon   koerier, postknecht, postrijder
postille   predikboek 
postkoets - diligence, mailcoach
postludium   naspel
postmandaat - wissel
postmerk - stempel
post of baan - betrekking
postpakje - pakket
postrijder   postbodepostiljon
postscriptum   naschrift, ps., nabericht
poststukken - mail
postulaat   axioma, stelling, proeftijd 
postulant   kandidaat, nieuweling
postuleren   vooropstellen
postuur   bouw, figuur, gedaante, gestalte, houding, lichaamsbouw, lichaamsvorm, stand
postvaartuig - mailboot
postwagen   diligence, mailcoach, postrijtuig 
postzak   brievenbaal
postzegel   frankeerzegel 
postzegelkennis - beminnen
postzegelkunde - filatelie
postzegelkundige   filatelist
postzegeltang   pincet 
postzegelterm   eerstedagenvelop, postfris, tanding
postzegelverzamelaar   filatelist 
postzegelverzamelwoede - filatelie
postzegel voor goed doel - kinderzegel, weldadigheidszegel
pot   bloempot, glas, inleg(geld), inzet, koffiepot, kroes, marihuana, mise, nachtspiegel, pint, spaarpot, speelgeld, stuff, vaas
potaarde - potgrond
potage - vleessoep
potas - alkali, kaliumcarbonaat, loogzout, parelas, weedas (van wede gemaakt)
potasmetaal - kalium, potassium
potassium - kalium
potator - drinkebroer, drinker, dronkaard
potbloem - anjelier
pot de chambre - po
potdicht - gesloten, impenetrabel, lekvrij
potdoof - stokdoof
poten   planten, inpoten, stekken, verpoten, zwemmen
potent - mannelijk
potentaat    (alleen)heerser, dictator, gezaghebber, machthebber, mamamouchi, tiran, vorst
potentie   kracht, macht, machtsexponent, vermogen
poter - aardappel
potgieter - koperslager
potgrond   potaarde
pothaak - hengsel, heugel
pothoed - bolhoed
potig - fiks, flink, gespierd, krachtig, moedig, sterk, stevig, stoer, struis,
potig wijf - Brunhilde, Kenau
potje - spel(letje), partij
potje in een stoof   test, vuurtest 
potloden - zwartmaken 
potlammetje   leblam
potlood - grafiet, zwartsel, kachelglans
potloodhout - cederhout
potloodpunt - stift
potpourri - allegaartje, medley, mengelmoes, muziekstuk, 
potroos - pioenroos
pots   grap, joke, klucht, poets, streek 
potsachtig - aardig, grappig
potsenmaker   cadee, clown, grapjas, grappenmaker,  hansworst, harlekijn, joker, klown, komiek, kurenmaker, nar, paljas, pias, polichinel, sater, snaak, tuimelaar 
potsenmakerij - hansworsterij
potshoofd - kikvorslarve
potsierlijk   aardig, boertig, burlesk, dwaas, gek, grappig, grotesk, kluchtig, koddig, komiek, lachwekkend, raar,  snaaks
potsig - grappig
potten - sparen
pottenkijker - keukenpiet, snuffelaarspion 
pottenbakkersaarde - gleis, klei
pottenbakkersklei - gleiergoed, gleis, terracotta 
pottenbakkerskunst   ceramiek, keramiek
potter - gierigaard, schraper
potvis - cachelot, tandwalvis
poularde - hoen
poule - inzet
poulet   kip, kuiken, soepvlees
pover - arm, armetierig, armoedig, armzalig, berooid, dun,  dunnetjes, gering, iel, karig, magertjes, noodruftig, onbeduidend, schamel, schraal, schriel, sober, mager
povertjes - armoedig,  karig, mager, schraal
pozen    blijven, ophouden, pauzeren, rusten, verwijlen
potsachtig - aardig, grappig
potsenmaker - clown, grappenmaker, hansworst, pias
potsierlijk - grotesk, scurriel
pottenbakkersaarde - gleis
pottenbakkerskunst - keramiek
potvis - cachelot
por acquit - voldaan
pousse-café - poesje
pover - arm(zalig), berooid, schamel, schraal
Praag - Praha
praaien - aanklampen
praal   daad, bluf, eer, glans, gloor, glorie, luister, opschik, opsmuk, pocherij, poeha, pompa, pracht, pronk(zucht), roem, schittering, sier, somptuositeit, staatsie, statie, vertoon, weelde, ijdeltuiterij, zege, zwier
praalbed - pronkbed, katafalk, paradebed, staatsiebed
praalboog - arke, ereboog, erepoort
praal en eer - roem
praal en glorie - luister
praalgewaad - pronkgewaad, statiekleed
praalgraf   cenotaaf, mausoleum, tombe
praalgraf (leeg) - cenotaaf, mausoleum
praalhans - branie, opsnijder, opschepper, parvenu, pocher, pochhans, poen, pronker, snoever, ijdeltuit
praalhanzerij - grootsprekerij
praalkoets - galawagen, triomfwagen
praaltros - guirlande
praalvertoon - parade, sumptuositeit
praalwagen - pronkwagen
praalziek - behaagziek, frivool, mondain, nuffig, opschepperig, ostentatief, poenig, praallievend, praalzuchtig, prachtlievend, pronkerig, pronkzuchtig, ijdel,
praalziek kind - ijdeltuit
praalziek mens - ijdertuit
praalzucht - bluf, hoovaardij, ostentatie, pralerij, pronkzucht, vertoon, vertoonmaking, ijdelheid
praalzuchtig   ostentatief, prachtlievend
praam - bol, gabaar, gabare, klem, knevel, neusklem, neusknijper, pranger, prangijzer, schouw, zolderschuit
praam met een vast dek - zolderschuit
praamschuit - praam
praat - gebabbel, kul
praatachtig - babbelziek
praatal   babbelaar(ster), kletskous
praatgenootschap - dispuut
praatgraag - praatlustig
praatje - causerie, geroddel, gerucht, gesprek, klets, laster, leugen, mare, prevelement, smoes, verzinsel
praatjes   achterklap, gebaar, gerucht, grimas, kletskoek, koddig, kunst, kuur, laster, palaver, praats, prevelement, roddel, verzinsel
praatjesmaakster - kal, kalebas
praatjes maken - bluffen, opscheppen, raisonneren, snoeven
praatjesmaker   bluffer, branie, druktemaker, kakelaar, kletskous, opschepper, pochhans, snoever 
praatlustig - praatgraag, pratatief, spraakzaam, 
praatmoer - babbelaarster
praats   aanmatiging, babbel(tjes), drukte, kapsones, lef, ophef, pretentie, spats
praattafel - bittertafel
praatvaar - babbelaar
praatvogel   ara, beo, lorre, papegaai, parkiet
praatziek - babbelachtig, breedsprakig, loslippig, loquax
praatziek mens - kletskous
praatzieke vrouw - gons, klets, labbei, labbekak, snapster
praatziekte - logomanie, polyfrasie, loquaciteit, praatzucht
praatzuchtig - kletserig
prachen - bluffen, pochen
pracht - glamour, glans, glorie, heerlijkheid, luister, magnificentie, opschik, opsmuk, pompa, praal, pronk, schittering, schoonheid, sier, somptuositeit, staatsie, statie, sumptuositeit, tooi, vertoon, weelde, weelderigheid
pracht en praal – statie, vertoon
prachter - luster
prachtig – beeldig, briljànt, daverend, denderend, enig, enorm, florisant, fraai, glansrijk, glorieus, grandioos, groots, heerlijk, hemels, kostbaar, kostelijk, luisterrijk, luxueus, magnifiek, majestueus, mooi, moorddadig, pompeus, schitterend, schoon, splendide,  stralend, sumptueus, superbe, uitmuntend,  voortreffelijk, vorstelijk, weelderig, weids
prachtig feestmaal - banket
prachtig feestmaal   banket 
prachtig werk - prestatie
prachtige auto - slee
prachtige blauwe steen - azuur, lazuur
prachtige of plechtige stoet - staatsie
prachtkaars - teunisbloem
prachtkever - buprestida, ossendoder
prachtlelie - glorioso
prachtlievend   magnifiek, praalziek, ijdel
prachtlobelia - sierheester
prachtrank - bignoniacee
prachtspreeuw - purperspreeuw
prachtwolfsmelk - kerstster
practicabel - doenlijk, mogelijk, uitvoerbaar
practicant - assistent
practicum - stage
practies slottafreel - apoteose
practisch - efficiënt, feitelijk
praecedent - pr., praec., voorgaande
praefectus   praef, prefect, stadhouder
Praemonstratenser - Norbertijn
praesens - o.t.t.
praeses - president, voorzitter
preteritum   o.v.t., imperfectum,  praet
prahoe (Ind.)   prauw 
prairie - pampa
prairiepaard   mustang
prairiewolf   coyote
prak - etensrest, kliekje, kliek
prakje - kliekje
prakken - fijnmaken
prakkeseren - nadenken, overwegen, peinzen, piekeren, prakkizeren,  uitdenken, vigileren
praktikant - stagiaire
praktisch   bruikbaar, bijna, doelmatig, efficiënt, makkelijk, nagenoeg, nuttig, zakelijk
praktisch mens - utilist
praktisch onbestaanbaar - platonisch
praktische aanwijzing - raad, tip, wenk
praktische kennis - bekwaamheid, ervaring, ondervinding, praktijk
praktische krijgskunde - taktiek
praktische politiek - opportunisme
praktische wenk - aanwijzing, hint, wenk
praktische wijsbegeerte - etiek, ethica, ethiek
praktiseren - oefenen
praktizijn - zaakwaarnemer
praktijk - daad, gebruik, gewoonte, kliëntele, praxis
praktijk uitoefenen - praktiseren
praktijkjaar - stage
praktijkperiode - stage
praktijk uitoefenen -  praktiseren
pral - pocher, snoever, opsnijder, opschepper 
pralen   bluffen, bogen, geuren, gloreren, opscheppen, opsnijden, paraderen, pochen, prijken, pronken, schitteren,  snoeven, stralen
pralen met ijdele opschik - pronken
pralend - fastueus, opgeschikt, ostensief, pronkerig, sierlijk, statieus, ijdel
praler   bluffer, branie, geurmaker, opschepper, opsnijder, pocher, poen, pronker, snoever 
pralerig - deftig, dikdoenerig, fastueus, hoogdravend, ostentatief, pompeus, pralend, pronkend, pronkerig, statueus, weelderig, wijds, zwierig
pralerij - bluf, gepraal, gepronk, grootspraak, hoovaardij, ostentatie, praalzucht, snoeverij, vertoon
praline - bonbon
pram - vrouwenborst
pramen - aandringen, aanzetten, drukken, knellen
prang - band, boei, druk, drukking, halsijzer, klem, klemming, knel, knelling, knijper, kwelling, naald, neusklem, nood, penwortel, stukhout, stuthout
prangen - dringen, drukken, klemmen, knellen, prijken
pranger   klemhaak, molenklem, molenpraam, neusknijper,  praam, schandpaal 
prangijzer - praam
praseodymium   pr.
prat   bluffen, bogen, deftig, fier, geregeld, hoogmoedig, hovaardig, juist, lellen, nauwkeurig, parmantig, precies, roemen, steunen, trots, verwaand, ijdel
prat gaan - bogen
prat zijn op - bogen
praten   babbelen, bomen, converseren, kakelen, keuvelen, kletsen, kouten, kwetteren, lullen, parlesanten, parlevinken,   parteren, prevelen, redeneren, snappen, snateren, spreken, talen, tateren, vertellen, zeggen
pratend   (muz.) parlando 
pratende vogel   ara, beo, kraai, lorre, papegaai, parkiet
prater   babbelaar, flapuit, kletskous, redenaar, spreker, tater, wauwel
praterij - geklets, gepraat
praterig - spraakzaam
prat gaan – bogen
prauw - kano, korakora
prauwel - oblie
pre   pro, voor, voorkeur
pre existerend geesteswezen - reïncarnatie
preambule   inleiding, preludium 
prebende - beneficie, gunst
precair   bedenkelijk, hachelijk, netelig, onzeker, penibel, pijnlijk, twijfelachtig, veeg, zorgelijk 
precautie - voorzichtigheid, voorzorg
precedent   besluit, voorafgaande
precendentie - voorrang
precies   accuraat, bepaald, even, exact, formeel, haarfijn, juist, justement, krek, letterlijk, nauw(gezet0, nauwkeurig, nauwlettend, net(jes), onverbloemd, onwrikbaar, pal, pietepeuterig, promp, puntelijk, punctueel, secuur, stipt, strikt, stijf, woordelijk, zorgvuldig 
preciesheid - accuratesse, acribie
precies op tijd - klokslag
precieus   geaffecteerd, gekunsteld, kostbaar,
preciosa   kostbaarheden, juwelen 
precipitaat - bezinksel, neerslag, sediment
precipitato (muziek) - overhaast, schielijk
precipiteren - neerslaan, zakken   
preciseren   omlijnen, verduidelijken, verhelderen 
precisie   acribie, juistheid, nauwkeurigheid
precisiemeter - acribometer, meetring  
precociteit - vroegrijpheid
preconisatie   aanprijzing 
predestinatie   voorbeschikking 
predictie - voorspelling
predikatie   kanselrede, leerrede, preek, sermoen, zedenpreek
predikaat   (taalk. gezegde), eretitel 
predikant   dominee, ds, herder, leraar, pastoor, v.d.m., voorganger, zielenherder
predikante   da., domina .
predikantswoning - pastorie
predikantszaken - pastoralia
predikatie - kanselrede, leerrede, preek
predikatie in kesttijd - adventspreek
prediken - leren, preken, spreken, verkondigen 
prediker - dominee, Ecclesiastes, evangelist, pred., Salomo, verkondiger
predikheer   dominicaan, O.P. 
predikheren - dominicanen
prediking - evangelisatie, homilie, missie, preek, verkondiging
prediking en sacrament - genademiddel
predikkunde   homiletiek 
predikstoel - kansel, katheder
predilectie   vooringenomenheid, voorkeur
predispositie - aanleg, voorbeschiktheid
predominatie - overheersing
pree - betaaldag, voorkeur
preek - kanselrede, leerrede, predikatie, prediking, sermoen, toespraak, verkondiging, vermaning
preekachtig - prekerig
preekheer - meikever
preekstoel - ambo, kansel, katheder, leerstoel
prefatie   voorbericht, voorrede 
preferabel   verkieslijk
preferent - bevoorrecht, gewichtig, kernachtig, overtuigend,  pr(e)f., pregnant, verkieslijk
preferentie - voorkeur, voorrang
prefereren - verkiezen
prefiguratie - eerste, prototype
prefix   voorvoegsel
pregnant (geneesk.)   beknopt, gewichtig, overtuigend, veelzeggend, zwanger 
prehistorie   archeologie, voorgeschiedenis
prehistorisch dier   archeopterix, behemoth, brontosaurus, dinosaurus, dinotherium, diplodocus, diptera, mammoet, mastodont, minotaurus, mosasaurus, mylodon, ichthyosaurus, palaetherium, pleisiosaurus, plipithecus, stegodon, triceratops, zeuglodon
prehistorisch gedenkteken - megaliet
prehistorisch graf   hunebed, koepelgraf 
prehistorisch mens - Neanderthalermens, oermens 
prehistorisch volk   Indogermanen, Kelten
prehistorische hagedis - plesiosaurus
prehistorische periode - bronstijd, mesolithicum, neolithicum, paleolithicum, steentijd, ijzertijd
prehistorisch reptiel - brontosaurus, ceteosaurus
prehistorische periode - bronstijd, steentijd, ijzertijd, mesolithicum, neolithicum, paleolithicum
prei - poor
prei of ui - look
prejudicie - afbreuk, nadeel, schade, vooroordeel
preken - betogen, kletsen, verkondigen, vermanen, zedenmeesteren 
preker - redenaar
prekerig - preekachtig
prelaat   (aarts)bisschop, ablegaat, abt, bisschop, collator, kardinaal, kerkheer, kerkvoogd, prior 
preliminair   inleidend, voorafgaand
prelude   aanhef, aanvang, begin, inleiding, preambule, voorspel
preludium   aanhef, begin, voorspel 
prematuur   ontijdig, overijld, voorbarig, voortijdig, vroegtijdig
premie - bonus, beloning, geschenk, gratificatie, prijs, tantième, toelage, toeslag
premie bij verkoping van huizen, schepen enzovoort - 
plokgeld, plokpenning, strijkgeld, trekgeld
premie op de invoer van goederen - importpremie, invoerpremie
premie op de uitvoer van goederen - exportpremie, uitvoerpremie
premie voor het ziekenfonds - busgeld
premieartikel - premium
premiecoupon - interestbewijs
premier - eerste minister, ministerpresident, president, staatsman 
premier van India - Gandhi, Nehroe
premonstratenzen - norbertijnen
prengel   lomperd, vlegel
prengelaar - gierigaard, pingelaar
prent - afbeelding, afdruk, beeltenis, estampe, ets, foto, gravure, houterig, illustratie, indruksel (haas), linoleumsnede, litho, plaat, portret, print, spoor, stijf (meisje), tekening, voetspoor
prent in steendruk - litho
prent met anecdotische strekking - cartoon,  karikatuur, spotprent
prent met een zinnebeeldige voorstelling - emblema
prentachtig - houterig, prenterig, stijf
prentbriefkaart - ansicht, prentkaart
prenten - persen
prentenboek - fotoalbum, plaatjesboek
prenterig - afgemeten, gemaakt, nuffig, preuts, stijf
prentje - plaatje
prentje van Roemer Visser   zinnepop
prentkaart - ansicht
prentkunst   etskunst, grafiek, graveerkunst
prenttekening - aquatint
prenumeratie - vooruitbetaling
preparaat tot wering van de houtworm op schepen - harpuis
preparateur - naturalist, opzetter, taxidermist
preparatie - voorbereiding
preparatieven - toebereidselen
prepareren   gereedmaken, klaarmaken, toebereiden, voorbereiden
preponderant - dominant, overheersend, overwegend
preponderantie - overwicht
prepositie - vooropplaatsing, voorzetsel
preprint - voordruk
preraffaëlieten, een der - Hunt, Millais, Rosetti, Ruskin
prerogatief - voorrecht
presbyoop - verziend
presbyter inAlenandrië - arius
prescriptie - recept, verjaring, voorschrift
preseance - optie, privilege, voorrang
presenning - luikzeil, oliekleed
present   aanwezig, cadeau, gave, gift, geschenk, tegenwoordig, voorhanden 
presentabel - toonbaar
presentatie - aanbieding, voorstelling 
presenteerblad   schenkblad, dienblad
presenteerdoosje - koektrommeltje
presenteren   aanbieden, (ver)tonen, schenken, voorstellen
presentie - aanwezigheid, tegenwoordigheid
presentje   geschenk, cadeau 
preservatie - behoeding
preservatief - condoom, voorbehoedend  
preserveren - behoeden, beveiligen
preses - president, voorzitter
president   pr, praeses, preses, pres., staatshoofd, staatsman, vz., voorzitter, voorz.
presidente - voorzitster
president der Bataafse Republiek - pensionaris
president van Chili   Allende 
president van de Verenigde Staten - Adams, Buchanan, Buren, Carter, Cleveland, Coolidge, Eisenhower, Filmore, Ford, Grant, Harding, Harrison, Hayes, Hoover, Ike, Jackson, Jefferson, Johnson, Kennedy, Kinley, Lincoln, Madison, Monroe, Nixon, O Bahma, Pierce, Polk, Reagan, Roosevelt, Taft, Truman, Tayler, Tyler, Washington, Wilson
president van Duitsland   Heinemann
president van Egypte   Sadat 
president van Frankrijk   Pompidou 
president van Indonesië   Soeharto, Soekarno 
president van Tunesië.   Bourguiba 
presidentiële woning in Parijs - Elysee
presideren - voorzitten
presidia   vesting, garnizoen, strafkolonie
presidio - deportatieoord, garnizoen, strafkolonie, vesting
presidium - voorzitterschap
preskop - hoofdkaas
preskriptie - recept, verjaring, voorschrift
pressant - dringend, spoedeisend, urgent
pressen   drukken, dwingen, noodzaken, nopen, presseren
presseren - aandrijven
pressie - (aan)drang, druk, drukking, dwang, juk 
pressostaat - drukregelaar, drukschakelaar
prestant - orgelhoofdpijp, principaal
prestatie   daad, kunnen, noblesse, performance, verrichting, wapenfeit
prestatielijst - rapport
prestatiestimulans - dope
presteren   doen, verrichten, vervullen
prestidigitateur - goochelaar
prestige - aanzien, eer, effect, gelding, gezag, greep, invloed, inwerking, macht, overwicht, reputatie, uitwerking, vat, vermogen
prestissimo - vlug
presto - cito, gauw, gezwind, rap, ras, snel, vito
presumeren   vermoeden; veronderstellen
presumtie - gissing, verdenking, vermoeden, veronderstelling
pret - amusement, divertissement, gaudium, gein, genoegen, genot, jolijt, jool, leukheid, leut, lol, plezier, schik, vermaak, vertier, verzet(je), vreugd(e), vrolijkheid, ijspret
pret maken - ketteren
pretbederver - spelbreker
pretendent - eiser, minnaar
pretenderen   beweren, eisen, voorgeven, voorwenden
pretentie   aanmatiging,  aanspraak, eigenwaan, eis, recht, vordering, waan 
pretentie van alles te weten - alweterij
pretentieloos - eenvoudig
pretentieus   aanmatigend, grillig, ingebeeld, luimig, nuffig, verwaand
preteren - meegeven
preteritum - imperfectum, o.v.t.
pretext - voorwendsel
pretje - aardigheidje
pretmaker - fuifnummer, kwant, lolbroek, lolmaker, pleziermaker
pret of plezier - vreugde
pretor - landvoogd
prettig   aangenaam, aardig, behaaglijk, bekoorlijk, betrouwbaar, bevallig, degelijk, echt, emmes, fideel, fijn, gemakkelijk, genoeglijk, gezellig, goed, fijn, heerlijk, immes, inderdaad, jolig, kneuterig, knus, lekker, leuk, leutig, lief, lollig, lustig, plezierig, prettig, tof
prettig en lief - knus
prettig in de omgang - sociabel
prettig onderling verkeer - gezelligheid
prettig weer - zonnig
prettige aandoening - geluk, lach
prettigheid - gezelligheid
preukelen - peuteren, porren
preutelen - mompelen, mopperen, morren, prevelen, pruttelen
preuts - eerbaar, fier, ingetogen, kies, kuis, overdreven, over(zedig), prude, schijnzedig, zuiver
preuts koketteren - minauderen
preuts meisje - nuf
preuts persoon - prude, puritein
preutsheid - kuisheid, pruderie
preuve - bewijs, prove
preuvelen - praten
prevalent - overwegend
prevaleren - gebruikmaken
prevaricatie - ontrouw, plichtschending
prevelement - gesprek, pleidooi, praatje, rede, redevoering
prevelen - fluisteren, kletsen, mompelen, murmelen, praten
prevenant - minzaam
preveniëren - beletten, verwittigen, voorkomen, waarschuwen
preventie - voorkoming, vooroordeel, voorzorg, waarschuwing
prieel - berceau, gloriette, koepel, lommerhuisje, loofhut, pergola, theehuisje, theekoepel, tuinhuis(je), zomerhuisje
prieel met gewelfd dak - tonneau
prieelachtige gang - pergola
prieelachtige wandelweg - pergola
prieeltje -  tuinhuisje, weesje
priiëelvormige aanbouw - booggang, pergola 
priegel - afrossing (gewestelijk), klein, petieterig, peuterig, ransel, slaag,
priegelen - peuteren
priegeltje   iets, pietsie
priel - doorgang, (vaar)geul
priem - aal, breinaald, breipen, bros, dolk, els, marlpen, pen, pik, stift
priem van de leerwerker - bros
priembalk - balanspriem
priemel - kereltje, ventje
priemen   doorboren, doorsteken, prikken
priemkruid - subularia, verfbrem
priem of els -  prikpen
priem of naald - els
priemstaart - aarsmade
priemvormig - subulaat
priemvormig  orgaan - doorn, stekel
priemvormig voorwerp - naald, speld
pries - snuifje
priester - biechtvader, bisschop, bonze, brahmaan, deken, druïde, Eli, goeroe, kapelaan, lazarist, leviet, magiër, officiaal,  pastoor, pater, plebaan, pontifex, pope, prelaat,  presbyter, sjinto 
priester belast met bewaking van de tempel   Leviet
priester der Griekse kerk   pope 
priester der Kelten   druïde 
priester die net gewijd is - neomist
priester-arbeider   abbé 
priesterband - stool
priesteres van Demeter -  Lambe
priesteres van het orakel te Delphi - Pythia
priestergewaad   albe, habijt, parament, pij, soutane, talaar, toog
priestergordel   singel 
priesterheerschappij - hiërarchie,  hiërocratie, theocratie
priesterhelper - leviet
priesterhuis - convict
priesterkalot   solidee 
priesterkleed - albe, amikt, habijt, humeraal, koorkap, pij, soutane, stool, talaar, toga, toog
priesterkoor - presbyterium, sanctuarium 
priesterkruin   tonsuur
priesterlijk - hyëratisch, sacerdotaal 
priesterlijk opperkleed   stola 
priesterlijk overkleed - dalmatiek
priesterlijk parament   stool
priestermuts - bonnet, kalot, solidee 
priesterregering   theocratie 
priesterschap - hyërarchie
priesterschool - semenarie
priesterstand   clerus, geestelijkheid 
piester van de Griekse kerk in Rusland - pope
priester van Silo - Eli
prietpraat   kletspraat
prik - frisdrank, injectie, inspuiting, kik, lamprei, negenoog, pik, punctie, steek, windel
prikje   spotprijs
prikkebeen   spillebeen
prikkel – aandrang, aandrift, aansporing, aantrekkingskracht, beroering, drijfveer, impuls, opwekking, prik, prikkeling, sensatie, stekel, stimulans, tinteling
prikkel van koude   tintel 
prikkelbaar   chagrijnig, driftig, galachtig, geïrriteerd, gevoelig, gramstorig, humeurig, incitabel, irretabel, kittelorig, kniezerig, knorrig, korzelig, kregel, kregelig, kribbig, kriemelig, kriewelig, lastig, lichtgeraakt, lichtgevoelig, neetorig, netelig, oplopend, opvliegend, overgevoelig, sanguinisch, sensibel, susceptibel, wrevelig 
prikkelbaar, driftig mens - sanguinicus
prikkelbaar mens   chagrijn, driftkop, neetoor 
prikkelbaarheid   incitabiliteit, irritabiliteit, kregeligheid, sensibiliteit
prikkeldraad - pinnekensdraad, stekeldraad
prikkelen - aansporen, aanwakkeren, aanzetten, agaceren, enerveren, ergeren, exciteren, inciteren, irriteren, kittelen, kriebelen, nopen, ontstemmen, ontzenuwen, opjagen, opwekken, pikeren, sarren, steken, stimuleren, tarten, tergen, tintelen, verhitten
prikkelend - irritant, irritatief, irriterend, pikant, tintelend, verhittend
prikkelend plagen - tarten
prikkeling - aandrang, aandrift, aandrijving, aansporing, aanvuring, aanzetting, angel, doorn, doren, ergernis,  impuls, incitatie, irritatie, instigatie, kriebel, ophitsing, opruiing, opwekking, reactie,  sensatie, stekel, stimulans, stimulatie, stimulus, tintel(ing), ergernis, aanstoot
prikkellectuur   erotica, pornografie, schund 
prikkel van koude - tintel, tinteling
prikken - aansporen, beledigen, netelen, nopen, opwekken, prikkelen, puncteren, steken, stekken, stoken, tintelen
prikkend - stekend 
prikkendief - ooievaar
prikketoot - prikkorf
prikneusje - bernagie, bolderik
prikpen - priem
prikpen voor papier - liaspen
prikplant - cactus
prikslee - ijsslee
priksleestok - polster
prikvis - rondbek
prikwater - spuitwater
prikzucht - kentomanie
pril - fris, groen, jeugdig, jong, nieuw, onrijp, vroeg
pril en jong - jeugdig
prim - leep, slim
prima - akkoord, bekoorlijk, best, brillant, degelijk, eersteklas, eminent, excellent, heerlijk, lieflijk, opperbest, patent, prachtig, probaat, puik, schitterend, steengoed, tiptop, uitmuntend,  uitnemend, uitstekend, voorbeeldig, voortreffelijk
primadonna   vedette, ster 
prima en fijn - puik
prima in orde - tiptop
primair   (aller)eerst, eerstens, voornaamste
primaire kleur   blauw, geel, rood
prime - grondtoon
primeren   bekronen, overheersen, voorgaan 
primeur - eersteling, nieuwtje, scoop
primitief - eenvoudig, gebrekkig, onbeholpen, oorspronkelijk, primair, simpel
primitief vaartuig   vlot
primitief vuurwapen   donderbus, snaphaan
primitief wapen   boog, bij, goedendag, knots, knuppel, lans, pijl, speer, spies
primitieve boot - korjaal
primitieve wereldbeschouwing -  animatisme, animisme
primitieven - natuurvolken
primitieve woning - hut
primo   (aller)eerst, eerstens 
primogenituur   eerstgeboorterecht
primordiaal    fundamenteel, grondig, oorspronkelijk
primula   sleutelbloem, zevenster
primulacee - aurikel, beveroor, cyclamen, dwergbloem, guichelheil, hottania, melkkruid, penningkruid, sleutlbloem, waterpunge, wederik, zevenster
primus - brander, eerste, kooktoestel
Prince Edward Island, hoofdstad van - Charlottetown
principaal - baas, chef, committent, lastgever, patroon, prestant, superieur, volmachtgever
principe   beginsel, grondbeginsel, grondoorzaak, grondregel, grondstelling, stelrgel, uitgangspunt
principe van oorzakelijkheid - causaliteitsbeginsel
principieel -  beginselvast, essentieel, fundamenteel
principiële kwestie - beginsel
prins - koningszoon, vorst
prins in Abessinië - ras
prins in Spanje en Portugal - infant
prinsdom - vorstendom
prinsdom in Engolflnd - Wales
prinsdom in Frankrijk - Orange
prinselijk - groots, weelderig
prinsemarij - justitie, politie
prinsendopper - doperwt     
prinsenhof - residentie
prinsenpaleis (Indonesisch) - astana
prinsentitel in Peru - inka, mirza
prinsentitel in Perzië   mirza 
prinserij - justitie
prinses   Beatrix, Christina, edelvrouw, Irene, Margriet, Marijke
prinses in Engeland - Anne
prinses in Spanje en Portugal - infante
prinses van België - Louisa, Ludovica, Paola
prinses van Cyrene - Berenice
prinses van Kolchis - Medea
princss van Kreta - Ariadne
prinsesseboon - slaboon, sperzieboon, suikerboon,
prinsessenobel - appel
prins gemaal   Bernhard, Claus, consort 
prinsheerlijk - brutaalweg, vrijmoedig, 
print - afdruk, prent, uitdraai
printen - uitdraaien
print-out - uitdraai
prior - abt, kloosteroverste, overste, prelaat
priores - abdis
prioriteit   voorrang
priorschap   prioraat
priorij - klooster
prise   snuifje 
prismabeeld - spectrum
privaat - afzonderlijk, gemak, hof, kabinet, latrine, particulier, persoonlijk, privé, retirade, secreet, stilletje, toilet, vertrouwelijk, wc
privaatcollege - privatissmium
privaat in de openlucht - latrine, urinoir
privaatles - priveles
privaatput - beerput
privatim - afzonderlijk
privé - eigen, particulier, persoonlijk, privaat
privé-les - privaatles
privé-leven - privacy
privilege - gunst, keus, optie, recht, voorkeur, voorrang, voorrecht
privilegiëren - bevoorrechten
prix - prijs, studietoelage
pro   voor
probaat - afdoend, beproefd, deugdelijk, getest, opperbest, patent, prima, puik, uitstekend
probabel - waarschijnlijk
probabiliteit - waarschijnlijkheid
probatie - proef
probeersel - experiment, poging, proef
probeersteen - toetssteen
proberen   aanzien,  beproeven, bezien, onderzoeken, overwegen, pogen, proeve, proeven,  testen, toetsen, trachten, wagen
probiteit   eerlijkheid, integriteit, rechtschapenheid
probleem   dilemma, geschil, kwestie, moeilijkheid, opgave, puzzel, raadsel, som, strijdvraag, vraagstuk, werkstuk
probleem van het personeel - personeelsprobleem
probleemstelling - problematiek
problematisch   betwistbaar, onopgelost, onzeker, produktiemethode, twijfelachtig 
procédé - behandeling, methode, werkwijze
procederen - handelen
procédé van lichtdrukgravure   koperdiepdruk 
procederen - pleiten
procedure   geding, methode, procesrecht, proces(voering),  werkwijze
procent - percent, pet, pst
percentsgewijze korting op wissels - disconto 
procentueel bedrag waarmee de hoofdsom ener belasting wordt vermeerderd - opcenten
proces - geding, lis, pleidooi, pleit, procedure, rechtsgeding, rechtszaak, twistgeding, verloop, voortgang, zaak  
processtukken - dingtalen
proces verbaal   bon, bekeuring, rapport
proces verbaal opmaken - bekeuren
proces waarbij het geluid later op de filmstrook wordt  aangebracht - nasynchronisatie
proces waarbij ionen ontstaan - ionisatie
procespartij   eiser, eiseres, gedaagde 
processie - bedevaart, kerkvaart, omgang, optocht, rij, sleep, stoet 
processievaandel   labarum 
processtukken - dossier
procesverbaal -  bekeuring, bon, rapport
procesvoerder - litigant
proclamatie - afkondiging,  bekendmaking
proclameren - afkondigen, bekentmaken
proconsul - stadhouder
procreatie - teling, voortplanting 
procreëren - telen
procuratie - volmacht (schriftelijke)
procureur   proc., pleitbezorger, solicitor
procureur-crimineel - generaal-auditor
procureur generaal   p.g. 
procureursspek - boterhamspek
pro deo   p.d., gratis, kosteloos
prodigieut - bovenmatig, verwonderlijk
pro memorie - pm
producent   fabrikant, leverancier, maker, ondernemer, vervaardiger, voortbrenger
produceren -  aanmaken, afleveren, fabriceren, leveren, opleveren, vervaardigen, voortbrengen
product   bedrag, gevolg, goed, maaksel, opbrengst, resultaat, uitkomst, uitslag, vermenigvuldigings uitkomst, voortbrengsel, vrucht, waar
produkt aan de lopende band -  serieprodukt
produkt bereid uit hars - harskoek, harsspiritus, harszeep
product bij alcoholfabricage   foezel 
product bij suikerbereiding   diksap 
produkt der bijnieren - adrenaline
produkt der klieren - klieruitscheiding, speeksel, zweet
produkt (merkwaardig) - vreemde
produkt uit Aalsmeer - bloemen
produkt uit Alkmaar en Edam - kaas
produkt uit Banka - tin
produkt uit bladvezels - sisal
product uit Delft   aardewerk, Delfts blauw, gist, porselein, slaolie
produkt uit Deventer - gemberkoek, koek
produkt uit Eindhoven - auto, gloeilamp, verlichtingsartikelen
product uit Gouda   kaarsen, kaas, stroopwafels
product uit Leiden   kaas, laken
product uit ruwe petroleum en koolteer - nafta
product van bladvezels   sisal 
product van de bijnieren   adrenaline 
product van de kip   ei
product van de lever   gal
product van de olifant - elpenbeen, ivoor 
produkt van een getal - veelvoud
produkt van een palmboom - palmolie
product van een potvis - amber
produkt van een schelp - parel
produkt van getallen - vermenigvuldiging
produkt van hennepplant - hasj, marihuana, touw, vezel
product van moeizame geestelijke arbeid   elaboraat
product van schildklier   hormoon
product van twee of meer factoren -  macht
produkt verkregen door distillatie uit ruwe petroleum - nafta
productie   aanmaak, fabricatie, levering, output, voortbrenging
productief - voordelig, voortbrengend, vruchtbaar , winstgevend
produktief maken - ontginnen
productiemethode - procede
produktiefmaking   ontginning 
productiviteit - leg, winstgevendheid 
product van appels - appelmoes
proef - bewijs, blijk, essaai, examen, experiment, monster, onderzoek, poging, probatie, probeersel, proefneming, smaak, specimen, staal, tentamen, test, toets(ing) 
proefexamen - tentamen
proefexemplaar van boek   dummy 
proefgewicht   etalon 
proefhoudend   degelijk, deugdelijk 
proeflapje - staal
proeflokaal - tapperij
proefmonster - staal
proefneming   essaai, experiment, probatie, test 
proefondervindelijk - exact, experimenteel 
proefpreek van theologisch student - propositie
proefproces - proefgeding
proefschrift   dissertatie, these 
proefstation - laboratorium
proefstuk - monster, staal
proeftijd - novice, noviciaat, oefentijd, postulaat, proefperiode, stage, stagiaat
proeftijd voor studie - stage
proefvlieger - testpiloot
proefwerk   repetitie
proesten - lachen, niezen, snuiven
proeve - specimen
proeven - degusteren, doorzien, ervaren, goûteren,  inzien, kennen, keuren, onderzoeken, proberen, smaken, toetsen
proever - lekkerbek
prof   professor, hoogleraar, beroepsspeler
profaan - goddeloos, mondain, ongewijd, onheilig, oningewijd, onkerkelijk,  vulgair,  werelds, wereldlijk
profanatie - heiligschennis, ontheiliging, schennis
profaneren - ontheiligen, ontwijden
profeet   Godsgezant, voorspeller, voorzegger, waarzegger, ziener
profeet (bijbel)   Amos, Daniël, Elia, Eliza, Ezechiël, Habakuk, Habbai, Hosea, Jeremia, Jesaja, Joël, Jona, Jonas, Micha, Nahum, Obadja, Samuel, Zacharia, Zefanja
professie   ambt, baan, beroep, betrekking, vak 
professor - geleerde, hoogleraar, prof
professoraal - geleerd
professoraat   hoogleraarsambt 
profeteren - aankondigen, orakelen, verkondigen, voorspellen
profetes   Anna, Debora, Hulda, Mirjam, Sibille, zieneres 
profetie - orakel, voorspelling, voorzegging, waarzegging
profetisch   voorzeggend 
proficiat   geluk(gewenst), mazzel, p.f.
profiel   doorsnede, silhouet, zijaanzicht
profiel (in de bouwkunde) - beuling, rondstaaf,  wrong
profiel(tekening) - silhouet
profiel van de grond   bodem 
profieltekening - silhouet
profitabel - voordelig
profiteren - gebruiken, nuttigen
profiteur - klaploper, uitbuiter
profijt   baat, belang, gewin, kostelijk, nut, opbrengst, parmantig, voordeel, weloverwogen, winst
profijtelijk - geldig, rustig, voordelig, winstgevend, zuinig
profijtig - zuinig
profijt opleveren - renten
profijt trekken - benutten
profitabel - voordelig, winstgevend
profiteren - uitbuiten, voordeel hebben
profiteur   uitbuiter, klaploper, zakkenvuller 
profusie   overdaad, overvloed,  verkwisting
profylactisch   voorbehoedend 
progenituur - nakomelingschap
prognosticum   voorspelling, voorteken
program - overzicht, verklaring.
programma - ontwerp, opsomming, overzicht, repertoir, uitzending, verklaring
programmablad van een omroepvereniging - omroepgids, radiobode
programmatuur - software
progressie   vooruitgang 
progressief   modern, vooruitschrijdend, vooruitstrevend voortschrijdend
prohibitie - verbod
projekt - ontwerp, plan, schets, voornemen, voorstel 
projecteren - afbeelden, ontwerpen, overbrengen
projectieapparaat   toverlantaarn
projectiel   atoombom, bom, bommijn, brandbom, dumdumkogel, gasbom, granaat, handgranaat, kartets, kogel, obus,  petard, patroon, pijl, raket, rolbom, torpedo, vuurpijl, zeemijn
projektielantaarn   epidiascoop, sciopticon, toverkijker
projektiel bewegingsleer   ballistiek 
projektieplaatje   dia(positief) 
projectiescherm - filmdoek
projectietoestel - episkoop
projectietoestel voor projectie van ondoorzichtige buizen - epidiascoop
projector - filmtoestel
projector voor het zonnestelsel - planetarium
prol - brij
prolaps - uitzakking
proleet - bluffer, filister, p(a)lurk, filister, knor, plebejer, prol 
proliferatie (geneesk.) - voortplanting, woekering
prolifiek - vruchtbaar
prolix - breedsprakig, wijdlopig
prolixiteit - omslachtigheid, wijdlopigheid
prollig - dik, gestremd, knorrig, proletig
prolongabel - verlengbaar
prolongatie - verlenging
prolongatiepremie - report
prolongeren   verlengen
proloog   inleiding, inleidingsrede, voorafspraak, voorrede, voorwoord 
prolurk   proleet
promenade   allee, boulevard, dreef, promenadedek, wandeldek (op schepen), wandellaan, wandeling, wandelweg
promenadedek - wandeldek 
promenade langs de zee   boulevard 
promeneren - wandelen
prominent - uitblinkend, uitstekend, vooraanstaand 
prominenten - notabelen, primaten (oude Rome),
voornaamsten
promissie - belofte, toezegging
p romissoir - eed
promoten - pushen, stimuleren
promotie   bevordering, opklimming 
promotielijst - bevorderingslijst
promotor - bestuurder, bevorderaar, drijver, gangmaker, hoofdaanlegger, oprichter, organisator, propagandist, ijveraar
promoveren - bevorderen, doctoreren
promoveren tot doctor - doctoreren
prompt   daarop, dadelijk, direkt, gritweg, juist, meteen, nauwkeurig, onmiddellijk, precies, snel, stipt, vlot, vlug, vaardig
promulgatie   afkondiging, uitvaardiging
promulgeren - afkondigen, bekrachtigen
prondel - prullen, vodden
prondelmarkt - voddenmarkt
pronk   bluf, daad, gratie, luister, opschik, parade, praal, pracht, schitering, sier,  sieraad, siersel, staatsie, statie, tooi, vertoon, ijdeltuiterij, zwier
pronkappel - kalebas, pompoen
pronkbed - paradebed, praalbed
pronkbeker - nautilusbeker
pronkbok - springbok
pronkboon - lathyrus
pronken - blameren, bluffen, bogen, floreren,  geuren, paraderen, pralen, pochen, pralen, pralend, prijken, schitteren, snoeven, snoevend, snorkerig, statieus, stralen, uittartend, ijdeltuiterig
pronkend - bluffend, fastueus, pochend, pompeus,
pronkend vertoon van dapperheid - bravade, bravoure
pronkepink - praalhans, pronker
pronker   adonis, banierheerdamoiseau, dandy, modegek, parademaker, praler, damoiseau,
pronkerig   ijdel, pralend, opgeschikt
pronkerige vrouw - pronkster
pronkerij - gepraal, sieraad, tooisel
pronkerwt - lathyrus, siererwt
pronkgewaad - parure, statiekleed
pronkje - beeldje, potje, vaasje
pronkkamer - salet, salon 
pronkkastje   etagère, etalage, uitstalkast
pronkklok - pendule
pronkklokje - klok, pendule, slingeruurwerk
pronknaald   obelisk
pronkpeer - pronkappel
pronksterretje - kwikje
pronkstuk - paradepaardje
pronktafeltje - abacus, etagère
pronkvogel - fuut
pronkwagen - praalwagen
pronkwijf - blauwkous, savante
pronkziek - koket, praalziek, pronkzuchtig, ijdel
pronkzieke vrouw - coquette, kokette, pagadet,ijdeltuit
pronkzucht - ijdelheid, praal
pronkzuchtige - ijdele
pronomen   voornaamwoord 
pronominaal - voornaamwoordelijk
pronselaar - knoeier, prutser
pronselen   broddelen, knoeien, kwanselen, prutsen, ruilen 
pront - correct, dot, geredelijk, goedgekleed, knap, monter, mooi, naukeurig, netjes, parmantig, precies, rap, ree, snel, stipt, trots, vlot, vlug, wakker
prontamente - levendig, nauwkeurig
pronuntiatie - uitspraak
pronunziare - zingen
prooi   aas, buit, dupe, roof, roofgoed, slachtoffer 
prooi zoeken   azen, jagen 
prooizoeker   jager
proost   cheers, gezondheid, prosit, prut, santé, santjes, skol, wel,
proosten - toasten
prop - bal, dot, frommel, papierbal, plug, spon, stop
prop (med.) - embolus
prop onder schoenen - nop
prop van een vat - bom, bommel, spon, stop, stopsel, tap
prop van pluksel - tampon
prop verband - tampon
prop watten - tampon
propaan - koolwaterstof
propaancarbonzuur - boterzuur
propaantriol - glycerol
prop watten   tampon
propaedeutisch examen - propjes
propaganda   aanprijzing, betoging, demonstratie, manifestatie, optocht, reclame, winactie 
propaganda blaadje - affiche, folder
propaganda maken - propageren
propaganda maken voor - propaganderen
propaganda middel   spandoek 
propaganda optocht - betoging
propagandist   gangmaker, reclamemaker,  ijveraar, zeloteur  
propagandist voor het koningschap in Frankrijk   kamelot 
propageren   verspreiden 
propanon - aceton
propedeutisch (examen)   prop, propjes
propeller - luchtschroef
proper - helder, keurig, kuis, net(jes), rein, schoon, zindelijk, zindelijk, zuiver
properheid - helderheid
prophylactisch - preventief
prop onder schoenen - nop
propje - dot
propionzuur - ethaancarbonzuur
propoost - gespreksonderwerp, redenering
proportie   afmeting, evenredigheid, verhouding 
proportioneel - evenredig, navenant 
propos a - terzake
propositie - aanbod, hoofdstelling, proefpreek, voorslag, voorstel
proppenschieter - drinkebroer, geweer, klapbus
proprio motu - vrijwillig
propvol   bomvol, eivol, stampvol
prop watten - tampon
prorogeren - verdagen
proscenium - voortoneel
proseliet   bekeerling, (nieuw)bekeerde,  renegaat
prosit - gezondheid, proost
prosodie - metriek
prospect - verschiet, uitzicht
prospectus - prijscourant
prossen - keuvelen, knoeien, morsen, villen
prosser - knoeier
prostituée - hoer, lichtekooi, slet
prostitutie - hoererij, ontucht, veilheid, vuilheid
protactinium   pao
proteacee - zilverboom
protectie   bescherming, hoede, steun voorspraak
protector - beschermer
protectoraat op Borneo - Brunei
protégé   begunstigde, beschermeling, gunsteling
proteïne   eiwitstof
protese - kunstgebit
protest   bezwaar, bezwaar(schrlft), opstand, remonstrantie, tegenbetoog, tegenspraak, tegenstand, verzet, verweer, voorbehoud, weerstand
protest op wissels -  P
protestactie -  protestbeweging
protestants   hervormde, hugenoot, pr., prot., protesteerder
protestants bestuurscollege van een classis   moderamen
protestants feestdag -  Advent, Dankdag, Hemelvaartsdag, Kerstmis, Kerstfeest, Palmzondag, Pasen, Pinksteren
protestants geestelijke - dominee, predikant
protestants lied - gezang, psalm
protestantse hervormer   Calvijn, Luther, Zwingli
protestantse organisatie eenheid - classis
protestantse politieke partij   AR.(P.), C.H.U., S.G.P. CDA
protest op wissels   p. 
protesteren   tegenspartelen, tegenstribbelen, verzetten
prothese - kunstarm, kunstbeen, kunstgebit
proton   atoomkern
protozoaire ziekte - hepatica,  surra, texaskoorts
protozoën - oerdieren
protser - dikdoener, opschepper
protserig   blufferig, dikdoenerig, opschepperij 
protsig - opschepperig
prouveren   bewijzen
prove - liefdegave
provenu - voordeel, winst
Provençaalse dans waarbij een keten gevormd wordt   farandole 
Provençaalse taal - Pimousin
provenu - bedrag, opbrengst
proverbiaal - spreekwoordelijk
proviand - eetwaar, eten, leeftocht, mondvoorraad, voedsel, voorraad
provianderen - ravitaileren
proviandering   ravitaillering 
proviandmeester - bottelier
providentie -  voorzienigheid
provinciale hoofdplaats   Arnhem, Assen, Groningen, Haarlem, Leeuwarden, Maastricht, Middelburg, 's Gravenhage, ´
s- Hertogenbosch, Utrecht, Zwolle
provinciaal   bekrompen, burgerlijk, doods, duf, gewestelijk, plattelands saai 
provincie - gewest, gouw, kanton
provincie in België   Antwerpen, Brabant, Henegouwen, Limburg, Luik, Luxemburg, Namen, Vlaanderen
provincie in Brazilië   Bahia 
provincie in Canada   Alberta 
provincie in Ecuador   Oro
provincie in Nederland   Drente, Flevoland, Friesland, Gelderland, Groningen, Limburg, Noord Brabant, Noord-Holland, Overijssel, Utrecht, Zeeland, Zuid Holland
provincie in Zuid Afrika   Natal 
provincie in Zuid Slavië   Bosnië, Kroatië, Slovenië
provincie in Zweden   Lan 
provincieplaats - dorp, stad
provisie - commissie, courtage, voorraad
provisie van een makelaar - courtage, makelloon
provisiekamer op een schip   pantry 
provisiekamer (Ind.) - spen(kast)
provisiekast - broodkast, etenskast, spinde, schapraai
provisioneel - voorlopig
provisorisch - voorlopig
provo - aanstichter, betoger 
provoceren   uitdagen, uitlokken, uittarten 
provocerend - povocant
provoost - opziener (in strafinrichting), straf, straflokaal
proza - romanstijl
prozaïsch - alledaags, nuchter
prozaïsch mens - nuchterling
prozaverhaal   novelle, roman 
prude - preuts
pudentie - beleid, inzicht, oordeel
pruderie - preutsheid
pruik - haardos, kalot, kunsthaar, naturel, postiche, toupet
pruikenmaker - haarwerker 
pruikenstijl - rococostijl
pruikerig - bekrompen, duf, ouderwets
pruik met lange krullen   allongepruik
pruikje   toupet
pruilen - bouderen, drenzen, grienen, huilen, moeten, mokken, mopperen, morren, schreien, zeuren
prullen   mokken, bouderen, monken 
pruim   kees, kroosje, kwets, mirabel, plum, prunus 
pruimensoort - czar, kwets, mirabel, pruimedant, tonneboer
pruimenziekte - loodglans, moniliarot
pruimkleurig - prune, roodpaars
pruimtabak   kees, pruimpje
pruis - landloper
Pruisen   Borussia
Pruisisch zuur   blauwzuur
Pruisen, koning van -
4   Otto
5   Johan
6   George, Wenzel
7   Hendrik, Joachim, Lodewijk, Wilhelm
8   Albrecht, Frederik, Koenraad, Waldemar
9   Sigismund
prul - beuzeling, kleinigheid, lap, lapje, lor, nietsnut, onding, snuisterij, tierelantijn, tod, tondel,  tonder, vod
pruldichter - poetaster, rijmelaar
prulgoed - voddengoed
prullen - kletsen, talmen
prullenbak - afvalbak, papierbak, papiermand, snippermand
prullenboel - rommel
prullenmand - snipperbak
prullerig - ondegelijk, smakeloos
prullerij - rommel, rotzooi
prulletje - lapje, snuisterij
prullig - nietig, voddig, waardeloos
prulschilder   kladder, kladschilder 
prulwerk - knoeiwerk
prut - bagger, blubber, brij, drab, drek, koffiedik, modder, rommel, slijk, slik, vuil
prutselen - knutselen
prutsen - aanmodderen, dokteren, klungelen, knoeien, mieren, morsen, talmen, teuten, zeuren
prutser   bedrieger, beunhaas, broddelaar, knoeier, knutselaar, zwendelaar
prutserig -  knoeierig, ondegelijk, peuterig, teuterig
prutswerk - knudde, lapwerk
pruttelaar - grien, grijn, knorrepot, mopperaar
pruttelen - brommen, grommen,  knorren, koken, mompelen, mopperen, morren, murmureren, sudderen, treiteren
pruttelend - gekreukt, gemelijk, verdrietig
pruttelend spatten - sputteren
pruttelgeld - preutelgeld, zakgeld
pruttelig - brommerig, knorrig
prutter - baggerman, melkslijter, spreeuw
prij - aas, feeks, furie, harpij, heks, kol, kreng, lichaam, serpent, tang
prijkel - perikel
prijken - paraderen, pralen, pronken, vertonen
prijs - bedrag, bekroning, beloning, buit, eer(bewijs), ere, inkoopsprijs, kosten, lof, premie, prix, somma, tarief, verkoopsprijs waarde
prijsbepaler - taxateur
prijsbepaling - tarief
prijscourant - prospectus
prijscyndicaat - kartel
prijs met inbegrip van verzekeringskosten - cif
prijs stellen op - liefhebben
prijs van het leer - ledermarkt, leermarkt
prijs van zeker produkt - kaasprijs
prijs voor acteurs en filmsterren - Edison
prijs voor beste film - oscar
prijs voor bruikleen - huur 
prijsaanbieding - offerte
prijsbepaling - notering
prijscourant - koerslijst, notering, prospectus, prijsbepaling, tarief
prijsdaling - baisse, prijsvermindering
prijsdaling van geld - devaluatie
prijselijk - loffelijk
prijsfluctuatie - prijsschommeling
prijsgeven - afstaan, opgeven, (op)offeren
prijsgeving - abandonnement, afstand, verlating
prijsgeving van zijn eigendom - derelictie
prijskaartje - bonnetje
prijskamp - concours, strijd, wedstrijd
prijskans - gok, lot
prijslijk - loffelijk, lofwaardig
prijslijst - prijscourant, tarief, lijst
prijsopgave - offerte
prijsopgave van een bouwwerk - aanbesteding
prijspeil - prijsniveau
prijsstijging - hausse, opslag
prijsverhoging - opslag, toeslag
prijsverhoging van een valuta - revaluatie
prijsverhoging van geld - revaluatie
prijsverlies - pert, perte
prijsvermindering - korting, rabaissement
prijsverschil - (consumentproducent) marge
prijzen - achten, benedijen, eren, excitatie, keuren, kronen, lauweren, loven, ophemelen, proneren, roemen, schatten, taxeren, verheerlijken, waarderen
prijzend - lovend, waarderend 
prijzenslag - prijzenoorlog (kort, hevig)
prijzenswaard - laudabel, loffelijk
prijzenswaardig - lofbaar, loffelijk, respectabel, verdienstelijk
prijzer - roemer, schatter
prijzig - duur, peperig
psalm - kerklied, loflied, ps.
psalm die in de namiddag gezongen wordt - vesperpsalm
psalm 50  - boetpsalm, meserere
psalmboek - psalter, psalterion, psalterium
psalmdichter   Asaf, psalmist 
psalmen, boek der - psalter(ion), psalterium
psalmgezang - brevier, psalmodie
psalmlied op moderne wijs - souter
psalmvers als inleiding tot de mis -  introitus
psalmzingen - psalmodieëren
psalter - liedboek, psalmboek
psalterium van Maria - rozenkrans
pseudo - bedrieglijk, gewaand, misleidend, nagemaakt, onecht, vals 
pseudo antiek   novantiek 
pseudoniem   name, pen, pennennaam, pseud, schuilnaam
pseudoniem van Beets   Hildebrand 
pseudoniem van Douwes Dekker - Multatuli
pseudoniem van H. Schönfeld Wichers   Belcampo
pseudoniem van H. v. d. Kallen – Havank
pseudoniem van J. H. F. Gronloh - Nescio
pseudoniem van W. Oeljanov   Lenin 
psittacosis - pappagaaienziekte
psyche - ziel
psychiater   zenuwarts
psychisch - geestelijk, mentaal
psychische gesteldheid - zenuwgestel
psycho-analyse, vader van de - Freud
psychoanalytisch begrip - narcisme
psychologie - zielkunde, zieleleer
psychologie van het lichamelijk gedrag - behaviourisme
psychologie van het onderbewustzijn - dieptepsychologie
psychose - zielsziekte
pub - cafe, drankhuis, dranklokaal, herberg
puber - halfwas, jongeling,  jongeman, melkmuil
puberteitsjaren - jongensjaren, vlegeljaren
publicatie - aankondiging, bekendmaking, kennisgeving
publiceren - afkondigen, bekendmaken, openbaarmaken, uitgeven 
publicatietoestemming   evulgetur 
publiciteit   bekendheid, naam, openbaarheid, openbaarmaking,  propaganda, reclame
publiek   auditorium, aanwezigen, bekend, bezoekers, gehoor, gehoorzaal, kijkers, men, menigte, omstanders, openbaar, openlijk, toegankelijk,toeschouwers, volk
publiek gebouw - bibliotheek, casino, kerk, museum, station, tempel
publieke aanprijzing - reclame
publieke bedrijfsorganisatie - pbo
publieke bekendmaking, annonce
publieke betoging - demonstratie, manifestatie
publieke gebeurtenid - evenement
publieke lokaliteit - cafe
publieke mening - concensus
publieke veiligheidsdienst - politie
publieke vermakelijkheid - bioscoop, circus, dancing, disco, feest, sport
publieke vrouw - hoer, meretrix, prostituee
publieke wandelplaats - park, plantsoen
publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie   P.B.O.
pudding - custard, toetje, vla
puddingsteen - conglomeraat
pudiek - eerbaar, kuis, schaamachtig
pueblo - gemeente, plaats
pueriel   kinderachtig, kinderlijk
Puerto Rico, hoofdstad van - San Juan
puf - animo, fut, lust, moed, trek
puffen - blazen, roken
pufferig - benauwd 
pugilist   bokser, vuistvechter
pui   bordes, buitenmuur, gevel, ondergevel, stoep, voorgevel, voormuur
puibil - kikkerbil
puik - best, bloem, elite, fijn, goed, heerlijk, keur, opperbest, parel, patent, prima, probaat, voortreffelijk, uitgelezen, uitmuntend, uitnemend, uitstekend
puikop   kikkervisje, dikkop 
puilen - bollen, uitsteken, zwellen
puim - klap, opstopper, slag
puin   afbraak, afval, bik, bouwval, rommel, ruïne, steenafval, steenslag
puinen - zuiveren
puinbed - onderlaag (van een wegdek)
puinhoop - bende, bouwval, chaos, karbonkel, ravage, rommel, rotzooi, ruïne, steenberg, troep
puimsteenaarde - tras 
puinsteengruis - bims
pui of muur - wand
puirek - eendekroos
puist - blaar, bobbel, bult, etterzweer, fistel, gezwel, karbonkel, negenoog, pok, pukkel, pustula, zweer, zwelling 
puisteen - gevelsteen 
puistekop - ellendeling
puisten op de huid - acne, uitslag
puisterig - puistig, pustuleus
puistje - exantheem, pok, pukkel, zweertje
puistjes - uitslag
puit - geldbeurs, kikker, kikvors, klamp,  puut, trommel, visnet, zakje
puitaal - aalgeerkwab, aalkwebbe, aalpuit, kwab, kwabbe, kwebaal, lomp, magaal, meun, moeraal
puk - dreumus, kleuter
pukkel - bobbel, pok, puist, ransel, rugzak, soldatentas, zweer
pul - bier(kan), kruik, kuiken, nap,  pint, tul, urn, vaas, vaaskuiken
pul bier - pint
pulken   peuteren, plukken, punniken, trekken 
pulley - poelie
pulover - puli, trui
pul of pot - vaas
pulp - houtpap, melasse, veevoer
pulp van suikerriet – ampas
puls - polszak
pulsatie - plosslag
pulsen - kloppen, slaan
pulseren   klappen, kloppen, slaan
pulsimeter - polsmeter
pulver - buskruit, poeder, poeier, stof
pulverig   mul, rul
pummel - heikneuter, hufter, kinkel, knuppel, lomperd, lummel, onfatsoen, pummel, rekel, vlegel
punch - pit
punctie - prik
punctie van het trommelvlies - paracentese
punctualiteit - stiptheid
punctueel   nauwgezet, nauwkeurig, precies, stipt
punctuur   prik, punctie 
pungel – bundel, zak
pungelaar – smokkelaar
punniken – handwerken, peuteren, pulken
Punisch   Carthaags
Punjab, hoofdstad van - Chandigarth
punt   feit, hoogtepunt, nip, stip, piek, plek, plaats, punctum, nijpunt, sluitteken, spits, timp, tip, tittel, top, zaak
punt aan uitspansel   nadir, zenith 
punt in cricketspel   run
punt in zonnestelsel   nadir, zenith 
punt op snavel van jonge vogel - eitand
punt van behandeling   kwestie object, onderwerp, thema, zaak
punt van de maanbaan het dichtst bij de aarde - périgeum
punt van een beitel of pijl -  aar
punt van een rekening   post
punt van verschil - controverse, finish, geschrijf, gesprek, verschilpunt
punt van waar men uitgaat   begin, uitgangspunt, beginpunt 
puntbaardje - Napoleon, sik 
puntbrood   timp
puntdicht - epigram, hekeldicht, limerick, satire, sneldicht, xenie
puntdichtschrijver - epigrammist
puntdiertje - nomade
puntdraad - pinnekensdraad, prikkeldraad, rasterdraad
punteloos - morné, stomp
puntelijk - accuraat, keurig, netjes, precies, stipt
punten - scherpen
puntenaantal - score
puntenlijst - cijferlijst, rapport 
puntenopeenvolging - lijn
punter - bark,  grundel
punterdorp - Giethoorn
punteren - stippelen, varen
punthameren - bosseren, boucharderen
punthoed - mijter, steek
puntig - aardig, beknopt, bondig, geestig, gepunt, hekelend, kattig, kittig, net, netjes, pikant, pittig, prikkelig, proper, scherp(zinnig), snedig, spits, stekelig
puntig afsnijden - geren
puntig baardje   napoleon
puntig (Fr) - aigu
puntig broodje - kadet
puntig deel - slip, split, stip 
puntigheid - beknoptheid, raakheid, scherpte
puntig houten paaltje   piket 
puntig ijzer - drevel
puntig instrument – priem
puntig krentenbroodje - amanda
puntig omgebogen ijzer   pook
puntig plantendeel   doorn, doren, stekel
puntig scherp voorwerp - naald 
puntig toelopende strook grond - sniep
puntig uiteinde   spits 
puntig uitsteeksel - angel, arend, doorn, doren, piek, staart, stekel, tand, weerhaak
puntig voorwerp - els, lans, naald, nagel, pen, piek, pin, priem, punaise, pijl, speer, speld, spies, spijker, stift
puntige degen - rapier
puntige haak - kram 
puntige (ram)voorsteven van een schip (Romeins) -  sneb
puntige spits   spon
puntige staaf – spit
pintige top - spits
puntige uitwas – distel, doorn, spriet, stekel 
puntje - stip, tip
punt op de i zetten - betittelen
puntkoralen - milleporen
puntoog - ocel
puntje op snavel   eitand
punt van behandeling - item, kwestie, object, onderwerp, thema, zaak
punt vanwaar men uitgaat - begin, beginpunt, meet
uitgangspunt
puntzak   peperhuisje
pupil   élève, favoriet, kwekeling, leerling, lieveling, oogappel, pleegkind, voedsterling
pupilverwijdend - mydriatisch
puppy - hondenjong
punt van behandeling - kwestie, object, thema, zaak
oogappel, pleegkind
puree - brij, narigheid, stamppot
puree van vruchten - moes
puren - louteren, putten,schoonmaken, zuigen, zuiveren
purgatorium   vagevuur 
purgeermiddel   aloe(pil), bitteraarde, boksdoorn, cascara, castorolie,  clisteer, cremotart, dragant, drastica,  jalap(pe), kastorolie, lactobiel, laxans, laxatief, laxeermiddel, magnesia, purgans, purgatie, purgarief, purge, ricineolie, ricinusolie, seneblad, wonderolie, zetpil
purgeren   laxeren
purgerend - (buik)zuiverend, laxatief
purificatie   reiniging, zuivering 
purimfeest   Hamansfeest
purist   taalzuiveraar
purper - donkerrood, karmozijn, paars, paarsrood
purperhart - paardenvleesbout
purperhout - amarant(hout)
purperhoutboom - palissander(hout)
purperkleur - amarant, lila
purperkleurig gesteente - porfier
purperkorrels - kermes
purperminde - ipomoea
purperrode verfstof - liguline, orseille
purperrood - amarant, donkerrood, karmozijn, ponceaurood
purperslak - murex, purpura
purpersteen - porfier, porfiet
purperverf - karmozijn
purperverkoopster - Lydia
purperzuur - murexide
pur sang - raspaard, volbloed
pus   etter, wondvocht
pussen - etteren
pustel - puist
put   afgrond,  bron, diepte, dieptepunt, ganzebordfiguur, gat, kolk, kuil, schacht, uitholling, waterdiepte, wel 
put zonder bodem   zinkput 
putemmer - aker, ameraal, emmer, kruik, puls, puts,  putse, schepemmer
putje - kuiltje, uitholling
putoor - roerdomp
putplant - freatofyt
puts - aker, ameraal, kruik, melkemmer, putemmer, putse, schepemmer, scheepsemmer
putsch   coup, staatsgreep
putse - emmer, kruik, puts
puttee - beenwindsel
putten - begraven, inkuilen, scheppen
putten uit - ontlenen
puttenzuiger - rioolwagen, kolkenzuiger
putter - distelvink, drinkebroer, golfstok, putbaas, tukker, zuiper
putterdistel -  vederdistel
puur    bloot, enkel, (klink)klaar, louter, maagdelijk, naturel, onbevlekt, ongerept, onverdund, onvermengd, onvervalst, onvoorwaardelijk, rein, zuiver
puzzel -  achthoek, contactraadsel, cryptogram, cijferpuzzel, denkertje, diagonaalraadsel, doorloper, enigma, hersenbreker, karbonkel, koppelraadsel, kruiswoord, kruiswoordraadsel, kruiswoordvariatie, kryptogram, lettergreepraadsel, probleem, raadsel, raadselvergelijking, rebus, sudoku, traliewerk, verschuifraadsel, vlechtwerk, vraagstuk, woordrangschikking, woordverandering, woordzoeker
puzzelen - piekeren
pij - habijt, monnikskleed, opperkleed, overkleed
pijjekker - jekker, wambuis, zeemansjas
pijk - schoppen
pijl - fleche, flits, schicht, straal, wegwijzer
pijlbundeldrager -  lictor
pijldraak - draakvis
pijler -bogendrager, drager, gewelvendrager, kolom, mijngang, schoorzuil, (steun)pilaar, steunzuil, stut, zuil 
pijlgif - antiarine, curare (Zuidamerikaans)
pijlgif der indianen - urari
pijlkruid -  adderkruid, adelaarsvaren, sagittaria, serpenttong, snoekenblad, zwanebloem
pijlschans - flêche
pijlsnel -  vliegensvlug
pijlstaartvlinder - sfinx
pijlsteen - belemniet, donderbeitel, lynxsteen
pijlvergif der Indianen -  curare
pijlvormig - sagittaal
pijlwichelarij - belomantie
pijlwortel - arrownoot
pijn - dolor, droefheid, leed(wezen), lijden, meralgie, penitentie, pijnboom, smart, verdriet, wee, zeer, zielensmart
pijn aandoen -  pijnigen
pijn achteraf  - napijn, nawee
pijn doen - bezeren, snerpen, striemen
pijn doende - pijnlijk
pijn hebben - lijden
pijn in de beenderen - astealgie
pijn in de gewrichten - jicht, omalgie, reumatiek
pijn in de hartstreek - angina pectoris, hartbeklemming, stenocardie
pijn in de heup - heupjicht, ischialgie, ischias
pijn in de lendenspieren - spit
pijn in de lever - hepatalgie, hepatitis
pijn in de milt - splenalgie
pijn in de nierstreek - nierkramp, stenofrie
pijn in de ruggegraat - rhachialgie
pijn in de schouderstreek - omalgie 
pijn in de spieren - kramp
pijn in de tanden -  tandpijn
pijn in een gewricht - jicht, myalgie, onalgie, podagra, reumatiek
pijn in het heupgewricht - coxalgie, coxodyni
pijn lijden -  kwellen
pijn ondervinden -  lijden
pijn veroorzakend - smartelijk
pijnappel - denappel
pijnappelklier - epifise, epifyse, hypofyse
pijnbank - folterbank, torture, tortuur
pijnbankje - fattul
pijnboom - ceder, cipres, den, lariks, lork, mast, spar
pijnbos - dennebos
pijne -  last, moeite, smart
pijnen - drukken, kwellen, persen
pijnen (zich) - beijveren, inspannen
pijngevoeligheid - algesie
pijnhars - pek, pik
pijnigen - folteren, grieven, kastijden, krenken, kwellen, kwetsen, martelen, mishandelen, plagen, pijnen, steken, teisteren, tergen, tormenteren, verwonden
pijniger -  folteraar, kweller
pijniging - foltering, kwelling, marteling, pijn, torment, tormenteren, tortureren, tortuur 
pijnloos - onopvallend, zacht
pijnloosheid - anodyne, sedatief    
pijnlijk - genant, gevoelig, hachelijk, lastig, moeilijk, navrant, netelig, nijpend, onaangenaam, penibel, precair, schrijnend, smartelijk, spit,
pijnlijk aangedaan - gegriefd, gekwetst
pijnlijk drukken - knellen
pijnlijk en scherp - stekend
pijnlijk gevolg - nawee
pijnlijk ongemak - hoofdpijn, kiespijn, spit 
pijnlijk voorval - scène
pijnlijke gewaarwording - scheut
pijnlijke opzwelling - ontsteking
pijn of kommer - leed 
pijn ondervinden - lijden
pijnlijke samentrekking - darmkramp, koliek, kramp, nekkramp, spasme, stuip
pijnlijke zwelling - blaar, bof, buil, bult
pijnstillend - kalmerend, pijnbedarend, pijnverzachtend, sedatief
pijnstillend middel - analgeticum, anodyne, aspirine, calmans, fenacetine, morfine, opiaat, opium, palliatief, saridon, sedatief
pijnstillende olie - kajapoetolie
pijn, verdwenen - analgesie
pijp - ader, blaaspijp, buis, cilinder, fluit, ingang, kachelpijp,  koker, leiding, orgelpijp, pijplak, riool, roer, schacht, staaf, stang, tabakspijp, tuit 
pijp met tongwerk - labiaal
pijp om vuur aan te blazen - balg, blaas
pijp uit Zuid-Holland - gouwenaar
pijp van een ketel - tuit
pijpbloem - aristolochea, clematis, saraceenskruid
pijpdoorsteker - baleintje, kloker, peuter, pijpekoter, pijpenwroeter, smeel(tje)
pijpen - fluiten
pijpengaal - kruiwagen
pijpenkruid - macaronikruid
pijpenla - slurf
pijpenwroeter - kloker, pijpuithaler
pijper - fluitspeler
pijpestrootje - bentgras, boendergras, kwajongen, molinia
pijphout - bruyère, perehout, vaathout
pijpje - buisje
pijpje kinabast - snitsel
pijpkan - nun
pijp om vuur aan te blazen - blaasbalg
pijpsoort - doorroker, bruyère, gouwenaar 
pijptabak - mixture
pijpuithaler - pijpenpeuter
pijpverbinding - koppel, mof, nippel
pijpvis - fluitbekvis
pijpwortelmeel - araroet, arrowroot
pijpzak - doedelzak
pijpzwart - roet
pijpzweer - fistel, syrinx
pijzel - graanzolder
pyama - nachtgewaad, negrito
pygmee - Akka, Bamboeti, dwerg
pygmee buiten Afrika - negrito
pygmoïde negers -  negrillen
pyloon - boortoren
pylorus - maaguitgang
Pyreneën, rivier (ontsprongen) in de - 
3   Têt
4   Agly, Aspe, Aude, Nive, Tech
5   Adour, Neste, Segre
6   Aragon, Ariège
7   Gallego, Gaonne, Noguera
8   Bidassoa
Pyreneën, top in de - Aneto, Anie, Bilaitous, Vignemale
pyriet   zwavelkies
pyrolacee - montropa, pyrola, stofzand, wintergroen, zonderblad
pyromaan   brandstichter 
pyrometer   vuurmeter 
pyrotechnicus   vuurwerkmaker
pyroxeen - aumiet, euliet, fassaiet, jadeïet, kunziet, trifaan