Dutch

  • filiaal (tak van een han­dels­huis of in­stel­ling op een an­de­re plaats dan waar het hoofd­kan­toor ge­ves­tigd is)[1]
  • winkelfiliaal

English

  • branch (een filiaal van de bibliotheek = a branch library)
  • branch-store
  • branch-establishment
  • (van grootwinkelbedrijf) chain store
  • (Brits-Engels) multiple store/shop
  1. ook als twee­de lid in sa­men­stel­lin­gen als de vol­gen­de, waar­in het eer­ste lid een be­stem­ming, func­tie noemt: distributiefiliaal, ramsjfiliaal, servicefiliaal, verkoopfiliaal, win­kel­fi­li­aal