English
- grout
- definition: A mortar or paste for filling crevices, especially the gaps between wall or floor tiles.
Dutch
- dunne mortel, voegspecie, voegmortel, voegmiddel, voegwit (Van Dale)
- vulspecie
- toevoegen (dichtstoppen van naden of voegen)
- raapspecie
- omwoelen
- om(hoog)wroeten
- mortelvulling
- injectiespecie
- injecteren (van voorspankabel)
- grof meel
- [BUILD.] voegmiddel, slurry, cementspecie (voegvulling), cementbrij, aangieten (cement, mortel)
- [CIV.ENG.] spoeling (afval)
- [ENVIRON.] droesem (mortel)
- [GEOTECHN.] grout
External links
Examples
Dutch | English | Source |
---|---|---|
- | - | - |