Dutch
- kap
English
- (bedekking) cap, cover, hood
- [AEROSP.] (van motor of ander onderdeel) cowling, blister
- (kapconstructie) roof timbers
- [ELEC.ENG.] (isolator) insulating cap
- (houw, inhakking) cut
- [ELEC.ENG.] cap
- (kettingpomp) hood
- (van een muur) coping
- (van een naaf) wheel cap
- (van een paal) pole cap, pole hood
- (van gebouw) roof, roofing
- (van kussenblok) bearing cap, bearing cover
- (van lamp) lamp shade
- (van schoorsteen) cowl, cap
- [MIN.] cap piece, cap sill
- (afzuigkap) hood
- (deel van gewelf) vault head, head; (motorkap) bonnet, hood, cowling