English
- conduit
Dutch
- pijp (kanaal, afvoer- of toevoerbuis)
- elektriciteitsbuis
- doorvoer
- buis (voor stromende vloeistof)
- kabelbuis
- kanaal
- geleidingskanaal
- [BUILD.] leiding (voor gas, water)
- doorstroomlichaam
Van Dale
1. (waterleiding)buis (pijp)leiding, waterleiding (figuurlijk) kanaal 2. (elektriciteits)pijp