Found (among other places online) at

  • https://wiki.3rail.nl/index.php/Grootspoor_Afkortingen
  • http://home.versatel.nl/bstijnman/Afkortingen.htm

Afkortingen

  • A : 1e klas aanduiding. Komt vaak voor in combinaties die aanduiden welke compartimenten een bepaald rijtuig heeft zoals bijv. ABk.
  • Aan de paal ruiken : De trein komt bijna tot stilstand bij een stoptonend sein maar net voor de trein echt stilstaat wordt het sein veilig gegeven en kan de trein weer optrekken.
  • Aanzetten : officiële term voor het optrekken van een trein.
  • ACTS : Afzet Container Transport Systeem, Dit is tevens de naam van de concurrent van NS Cargo (Railion) op het goederenvervoer.
  • ADOB : Automatische Dubbele Overweg Bomen.
  • Aftrappen : Het loskoppelen van rijtuigen of treinstellen.
  • AHOB : Automatische Halve Overweg Bomen.
  • AKI : Automatische Knipperlicht Installatie.
  • ATB : Automatische Trein beïnvloeding.
  • B : 2e klas aanduiding. Komt vaak voor in combinaties die aanduiden welke compartimenten een bepaald rijtuig heeft zoals bijv. ABk.
  • Bak : Rijtuig.
  • Bijplaatsen : Het aankoppelen van rijtuigen of treinstellen.
  • Bizon : Het nieuwe dubbeldeksmaterieel dat gebruikt wordt voor sneltrein- en Intercitydiensten. Dit zijn treinstellen van het type DD-IRm. Opvallend is dat ze in de breedte breder zijn dan de reguliere treinen.
  • Blauwe Engel : Een bijnaam voor het diesel elektrisch 2 treinstel (Ook wel DE-II, Plan X of Blauwtje geheten), Kameel 20 en de Diesel Elektrisch 1 serie.
  • Bolkop : Type rijtuig met bolle kopwanden. De bolkoppige rijtuigen bestaan uit drie series: - Vooroorlogse rijtuigen (in diverse uitvoeringen), gebouwd in de jaren 1935-1939. - rijtuigen van het type Plan D met bijpassende postrijtuigen plan C uit 1950 tot 1952. - rijtuigen van het type Plan K gebouwd in 1957 en 1958.
  • Buffel : Een bijnaam voor het nieuwe Diesel materieel van het type DM'90.
  • Bvf : Een dubbeldeksfietsenrijtuig (van type DDM-1). Deze rijtuigen worden speciaal in de zomermaanden omgebouwd voor fietsenvervoer op het traject Maastricht - Haarlem.
  • C : 3e klas aanduiding. Komt in principe niet meer voor.
  • Cargosprinter : Een speciale afgesloten goederentrein van Shortlines welke moet gaan rijden tussen Keulen en Kijfhoek.
  • Combifoon : Portofoon en Telefoon, deze worden echter niet meer gebruikt bij het spoor.
  • CS : Centraal Station
  • CTA : Centraal Trein Aanwijsbord (De blauwe bakken op het station met de stopstations).
  • D : Bagageruimte aanwezig. Komt vaak voor in combinaties die aanduiden welke compartimenten een bepaald rijtuig heeft zoals bijv. mBDk.
  • DD : Dubbeldekker
    • DDM-1 : Dubbeldekker generatie 1, Dit is de eerste generatie dubbeldeksmaterieel van de NS gebouwd in begin jaren 80. Deze zijn te herkennen aan de rode bankjes en het blauw-witte interieur.
    • DDM-2 : Dubbeldekker generatie 2, Dit is de tweede generatie dubbeldeksmaterieel van de NS gebouwd in begin jaren 90, dit is de andere benaming voor DD-AR materieel. Deze zijn te herkennen aan de groene en blauwe bankjes en het wit-groene interieur.
    • DDM-3 : Dubbeldekker generatie 3, Dit is de derde generatie dubbeldeksmaterieel van de NS gebouwd in begin jaren 90, dit is de andere benaming voor DD-AR materieel. Deze zijn te herkennen aan de groene en blauwe bankjes en het wit-groene interieur.
    • DD-AR : Dubbeldekker Aglo-regio Materieel (Stoptreindubbeldekkers)
    • DD-IRm : Dubbeldekker Interregio Materieel (Sneltreindubbeldekkers)
  • DE-II : Diesel Elektrisch treinstel bestaande uit 2 bakken. (Ook wel Blauwe Engel of Plan X geheten).
  • DE-III : Diesel Elektrisch treinstel bestaande uit 3 bakken. (ook wel Plan U geheten).
  • Df : oud Fietsenrijtuig welke nog steeds te vinden zijn op het traject Maastricht - Haarlem in de zomermaanden. De fietsenrijtuigen zijn voormalige rijtuigen type Plan E en Plan L.
  • DH 1 : Diesel Hydraulisch treinstel bestaande uit 1 bak. Dit is een treinstel dat ook bekend staat onder de naam Wadloper
  • DH 2 : Diesel Hydraulisch treinstel bestaande uit 2 bakken. Dit is een treinstel dat ook bekend staat onder de naam Wadloper
  • D-loc : Diesel locomotief.
  • DE-loc : Diesel Elektrische locomotief, zoals de loc 6408 van NS Cargo.
  • DM'90 : Nieuwe dieseltreinstellen bestaande uit 2 bakken. Opvallend is dat ze aan de zijkant iets breder zijn dan de reguliere treinen.
  • Duitse Herder : Loc's uit de 6400 serie die toestemming hebben om ook door Duitsland te rijden.
  • EBO : Elektrisch Bediende Overweg (Alleen nog in Roermond, Hilversum, Eerbeek en Bussum).
  • E-loc : Elektrische locomotief, bijvoorbeeld de loc 1625.
  • Engelse wissel : Een wissel in de vorm van een 'X' waarbij men vanaf elke kant zowel links of rechtsgeleid kan worden. (Een van de geleide richtingen is rechtspoor en een richting is afbuigend).
  • Engelsman : Een bijnaam voor een Engelse wissel. Dit is een wissel in de vorm van een 'X' waarbij men vanaf elke kant zowel links of rechtsgeleid kan worden. (Een van de geleide richtingen is rechtspoor en een richting is afbuigend).
  • f : Fietsencompartiment aanwezig.
  • GVBA : Gemeentelijk Vervoersbedrijf Amsterdam, vervoersmaatschappij in de regio Amsterdam.
  • HC : Hoofdconducteur
  • HC ATB ... : Een regelmatig voorkomend zinnetje van de machinist via de boordomroep, als er een ATB remming heeft plaatsgevonden. Hierdoor weet de HC waarom er een noodstop is gemaakt en dat het niet veroorzaakt is doordat er iemand aan de noodrem heeft getrokken.
  • HGB : Hoofdgebouw (In Utrecht staan de Hoofdgebouwen van NS, deze zijn romeins genummerd, dus bijv. HGB III).
  • Hippel : Een oude rangeerloc. De meeste zijn geel/zwart kleurig en zijn bij NS bekend onder het serienummer 600. Er is ook een oranje loc. Deze is van DSM en rijdt regelmatig tussen Sittard en Born.
  • HSL : Hogesnelheidslijn
  • HST : Hogesnelheidstrein
    • ICE : Intercity Express (Duitse HST).
    • TGV : Train à Grande Vitesse (Franse HST).
    • Thalys : De TGV van de SNCF, NMBS, DB en NS.
      • PBKA : Thalys type dat de verschillende voltages van het SNCF, NMBS, DB en NS spanningsnet aankan. (Staat voor: Paris, Brussel, Köln, Amsterdam).
      • PBA : Thalys type dat de verschillende voltages van het SNCF, NMBS en NS spanningsnet aankan. (Staat voor: Paris, Brussel, Amsterdam).
  • HST VEM : Hogesnelheidstrein Vervoers Exploitatie Maatschappij
  • IC : Intercity, dit zijn treinen die ingezet worden voor de lange afstand tussen de diverse grote en middelgrote steden in Nederland.
  • ICM : Intercity Materieel
    • IC-3 : De Intercity 3 (Koploper serie 4000 / bestaat uit 3 rijtuigen)
    • IC-4 : De Intercity 4 (Koploper serie 4200 / bestaat uit 4 rijtuigen)
  • ICR : Intercity Rijtuig
    • ICR-A : 1e Klasse Intercity Rijtuig
    • ICR-B : 2e Klasse Intercity Rijtuig
    • IC + : Omgebouwde ICR's die als prototype dienden voor de ICR in de toekomst
    • BKD - Rijtuig : 2e klas, keuken en Dienst Rijtuig
    • Df -rijtuig : Fietsenrijtuig
  • Intercity : Dit zijn treinen die ingezet worden voor de lange afstand tussen de diverse grote en middelgrote steden in Nederland.
  • Jules (mP Jules) : Motorpost in een gele kleur, welke gebruikt wordt voor Technisch Onderzoek van de spoorwegen.
  • k : (Kleine 'k') Koprijtuig van een treinstel. De kleine letter 'k' wordt bij het weergeven op de rijtuigen altijd als laatste genoemd. Bijv: ABPk, mBDk, BDk.
  • K : (Hoofdletter 'K') Keukencompartiment aanwezig. Komt voor in bijv. BkD.
  • K4 : Een type aanduiding van een rijtuig van de Belgische spoorwegen. Deze rijtuigen zijn momenteel in Nederland te zien op het traject Den Haag - Heerlen / Venlo.
  • Koersbak : Een bak hangend aan de zijkant van de trein welke diverse platen bevat met eindbestemmingen van een trein. Kwam oa. voor op hondekoppen, ICR, DDM-1 en Plan W.
  • Koersbord : Bord bevestigd in, of aan de zijkant van de trein met enkele stopstations en eindbestemming.
  • Koersrol : Rol bevestigd aan de zijkant van, (en soms in) de trein met de eindbestemming van de trein.
  • Kop maken : NS Jargon Bijv:"Trein maakt kop in Den Haag CS". Dit wil dus zeggen. Dat van rijrichting wordt gewisseld. Dus trein komt binnen, rijdt niet meer verder, maar rijdt terug in de richting waar hij vandaan kwam. (eventueel Loc wissel)
  • Kopdeuren : De deuren aan elk kopeinde van een rijtuig. (overgangsdeuren naar ander rijtuig). Deze zijn altijd open behalve als het een kopdeur betreft van het eerste rijtuig en het laatste rijtuig.
  • Koploper : De bijnaam voor de treinstellen van het type ICM (IC-3 en IC-4). De naam is ontstaan door de mogelijkheid de treinstelkoppen bij het combineren met elkaar te verbinden. Oorspronkelijk werd er dan ook gesproken van de Doorloopkop, een kop waar je doorheen kunt lopen dus.
  • Koppelboom : Een koppelstuk om een treinstel te kunnen slepen met een loc (Bijv. een stoptrein trekken door een loc 6400).
  • Kopstation : Een station zonder doorgaande sporen, of tewel alle sporen eindigen in dit station zoals Den Haag CS en Antwerpen CS.
  • Lastgeving : Een opdracht aan de machinist gegeven door de treindienstleider waarbij de machinist moet rijden op zicht en voor elk dreigend gevaar moet kunnen stoppen. Dit betekent in de praktijk dat de trein met slechts een hele lage snelheid mag rijden en er bij overwegen en andere gevaarpunten geclaxoneerd moet worden en deze punten nog langzamer benaderd moeten worden.
  • Linksleidend wissel : Een wissel waarbij de afgebogen wisseltong naar links leidt. Het andere spoor gaat hierbij rechtdoor en kan in principe met volle snelheid genomen worden. In afbuigende stand, geldt er in principe altijd een lagere snelheid.
  • LLT : Losse Loc Trein.
  • LM : Ledig Materieel. Dit is reizigersmaterieel dat in principe overgebracht wordt zonder reizigers aan boord.
  • Lovers Rail : Een voormalig spoorbedrijf, dat slechts enkele jaren opereerde in Nederland. Dit was de eerste concurrent van NS en men reed tussen Amsterdam - Haarlem (IJmuiden en Lisse).
  • MCN / Meester : Machinist
  • mDDM : Een stuurstandrijtuig dat voorzien is van een motor welke een dubbeldekstrein (DD-AR) kan trekken of duwen.
  • Mendini : Treinstel 4023 (type Koploper, Plan Z), welke speciaal is omgebouwd tot Kunsttrein van het Groninger Museum.
  • Motorpost : Treinstellen welke vroeger gebruikt werden als posttrein. Nu worden ze ook wel eens ergens anders voor gebruikt aangezien de posttreinen niet meer gereden worden. Bekende motorposten zijn nu de Jules en de mP 3030.
  • mP : Motorpost, dit zijn motorrijtuigen welke vroeger gebruikt werden als posttrein.
  • MRV : Mag Reizigers Vervoeren, dit gebeurt bij bepaalde ritten met ledig materieel.
  • NN : NoordNed, De spoorwegmaatschappij welke over vrijwel alle lijnen rijdt in Groningen en Friesland met uitzondering van de lijnen waar ook de Intercity rijdt.
  • NoordNed : De spoorwegmaatschappij welke over vrijwel alle lijnen rijdt in Groningen en Friesland met uitzondering van de lijnen waar ook de Intercity rijdt.
  • NS : De Nederlandse Spoorwegen, de holding van de diverse werkmaatschappijen opererend op het spoor.
  • NS Reizigers : de spoorwegmaatschappij welke vrijwel geheel Nederland bediend met verschillende treindiensten.
  • NS Cargo : de werkeenheid van NS welke zich bezig houdt met het goederenvervoer. (is inmiddels samen gegaan met DB Cargo in Railion).
  • NS-D : NS Discussies, een discussielijst over alles wat met de spoorwegen te maken heeft.
  • NVR : Niet Voor Reizigers.
  • OVL : Openbaar Vervoer Lijst, dit is een discussiegroep over de spoorwegen bij E-groups.
  • OVR : Openbaar Vervoer Reisinformatie / OV-reisinformatie (tel. 0900-9292)
  • Passagieren : zoals een passagierende machinist. Dit betekent, dat een machinist die geen dienst heeft op de trein waar hij in zit, maar wel voor een dienst onderweg is.
  • Plan T : Een type aanduiding welke staat voor het stoptreinmaterieel dat in de jaren 60 gebouwd werd. Deze treinstellen lijken zeer veel op Plan V maar bestaan uit 4 bakken. In deze trein zijn dus 2 middenbakken aanwezig. Verder valt ook hier de bolle neus op.
  • Plan U : Een type aanduiding welke staat voor het 'Diesel Elektrisch 3' treinstel (DE-III). Deze treinstellen zijn herkenbaar door de opvallende bolle neuzen aan de voor- en achterzijde en deze treinstellen beschikken niet over stroomafnemers. Deze treinstellen zijn tegenwoordig uitsluitend in het oosten van Nederland te vinden.
  • Plan V : Een type aanduiding welke staat voor het stoptreinmaterieel dat in de jaren 60 gebouwd werd. Deze treinstellen bestaande uit 2 bakken zijn herkenbaar aan de opvallend bolle neuzen maar deze treinstellen hebben wel stroomafnemers.
  • Plan W : Een type aanduiding welke staat voor een oud Intercity rijtuig. Deze rijtuigen zijn herkenbaar aan de klapdeuren en rode bankbekleding. Ze zijn voornamelijk te signaleren in de treinen tussen Zuid Nederland en de Randstad.
  • Plan X : Een type aanduiding welke staat voor 'Diesel Elektrisch 2' treinstel (DE-II). Deze treinstellen zijn te herkennen aan de aparte beetje spitsvormige voor- en achterkant en de lage koppeling. Deze treinstellen komen uitsluitend nog voor bij Syntus en ZLSM.
  • Plan Z : Een type aanduiding welke staat voor het Intercity materieel (ICM) welke herkenbaar is aan de opvallende bulten aan de voor- en achterzijde waarin de machinist zijn cabine heeft.
  • Pdl : Perron Dienstleiding
  • Post T : treindienstleiderspost
  • Popz : perronopzichter
  • Prik : Onder prik staan : onder spanningvoerende bovenleiding staan.
  • Puppie : een Diesel 3 treinstel (type Plan U).
  • Rail Pocket : Handig mini-computertje van de conducteur voor oa. reisinfo geven en rapporten te maken.
  • Railhopper : dit zijn treinstellen (van het type SM'90) die vrij nieuw zijn en bedoeld waren om de stoptreindiensten over te nemen van Plan V en Plan T. Door mankementen is dit momenteel afgeblazen. Deze treinstellen komen alleen voor in de regio Zwolle.
  • Railion : de naam van het samenwerkingsverband van NS Cargo en DB Cargo opererend op de goederenvervoersmarkt.
  • Rechtsleidend wissel : Een wissel waarbij de afgebogen wisseltong naar rechts leidt. Het andere spoor gaat hierbij rechtdoor en kan in principe met volle snelheid genomen worden. In afbuigende stand, geldt er in principe altijd een lagere snelheid.
  • RET : Rotterdamse Elektrische Tramwegmaatschappij, vervoersmaatschappij in de regio Rotterdam.
  • RH : Relais huis.
  • Rijden met lastgeving : De machinist krijgt van de treindienst- of verkeersleider de opdracht om te rijden met lastgeving. Dit betekent, dat er een tijdelijke snelheidsbeperking wordt opgelegd. (bijv. bij seinstoringen of ongelukken).
  • Rijden op zicht : De machinist moet kunnen stoppen voor elk gevaar. Overwegen etc. mogen maximaal met 10 km/h worden genaderd. Vaak opgelegd bij ongelukken en storingen, maar kan ook door het sein knipperend geel worden opgelegd voor rangeerbewegingen.
  • Rijdend Uitzendbureau : Het treinstel 4050 (van het type Koploper en Plan Z), welke de reclamebeschildering heeft gekregen van Uitzendbureau Randstad.
  • RK : Relais kast.
  • Rode dozen : De bijnaam voor de reeds rood geschilderde loc's van de serie 6400 / 6500.
  • Rode pit : Een sein dat rood licht vertoond.
  • Rtg : Rijtuig.
  • Rus : Locomotieven van de Deutsche Bahn AG (232, 234, 241), gebouwd in Rusland. Deze locs worden ook wel Russenschreck of Ludmilla genoemd.
  • SGM : Stadsgewestelijk Materieel, dit zijn de treinstellen die onder het type Sprinter vallen.
  • Shortlines : een bedrijf dat zich bezig houdt met goedervervoer. (Containers).
  • SL : Shortlines, een bedrijf dat zich bezig houdt met goedervervoer. (Containers).
  • Slagje : Een slagje [Bestemming], Personeel dat een bepaalde rit heen en terug naar een station maakt. Bijv. een slagje Tiel. (Het personeel gaat dus een keer naar Tiel heen en weer).
  • Sleutelen : Met de conducteurssleutel een handeling verrichten (bijv. deuren sluiten, of overweg sluiten).
  • SM'90 : Nieuw Stoptrein materieel dat gepland stond om de huidige stoptreinen te gaan vervangen. Door mankementen is dit echter stilgezet. Deze treinstellen komen alleen voor in de regio Zwolle.
  • SP / SPOPO : Spoorwegpolitie
  • Sprinter : Treinstellen welke dienen voor de stoptreindiensten in de Randstad. Deze treinstellen kunnen zeer snel optrekken en afremmen. De treinstellen bestaande uit 3 bakken heten nog steeds Sprinter. De stellen bestaande uit 2 bakken heten nu grotendeels Citypendel. Enkele van de 2 bakkige stellen gaan met de naam Spitspendel en Strandsprinter door het leven.
  • Standaard stoptrein : Hierbij wordt op materieelgebied in principe altijd de stoptreinen van het type Plan V mee bedoeld.
  • Stoptrein : Een trein dat in principe elke tussengelegen station tussen het vertrekstation en de eindbestemming aandoet. (Soms zijn hierop uitzonderingen).
  • Stuurstand : Een cabine waar de machinist de trein kan besturen. Het is hierbij mogelijk dat de machinist vanuit deze cabine een loc aan bijvoorbeeld de achterzijde op afstand kan bedienen.
  • Syntus : Spoorwegbedrijf dat op enkele lijnen in het Oosten opereert.
  • Telerail : Communicatie Netwerk tussen trein en verkeersleiding
  • Trein 830 + 12 : NS jargon om aan te geven dat trein 830 12 minuten vertraging heeft.
  • Trdl : regelt de treinenloop op een station en/of baanvak en is verantwoordelijk voor de veiligheid. Deze persoon geeft bijv. de lastgevingen af.
  • Treindienstleider : regelt de treinenloop op een station en/of baanvak en is verantwoordelijk voor de veiligheid. Deze persoon geeft bijv. de lastgevingen af.
  • Tube Tandpasta : de ICE 3M. Deze worden zo wel eens genoemd door spoorhobbyisten omdat de trein de kleur wit heeft met daarin een rode lijn.
  • Verkeersleider : regelt de treinenloop op een of meer baanvakken en zorgt dan voor de verkeersstromen deze persoon mag zich niet met de veiligheidszaken bezig houden.
  • Vkl : Verkeersleider
  • VL : Verkeersleiding
  • Vlaamse Reus : Loc's uit de 6400 en 6500 serie welke ook in België mogen rijden.
  • Voor de paal staan : Voor een rood sein staan.
  • VTG : Vertraging (Bijv. VTG 5).
  • VS : Verkeerd spoor.
  • Wadloper : Type Diesel Hydraulische treinstellen (DH1 en DH2) dat bedoeld was om in het Noorden van Nederland te rijden. Tot 2000 waren deze treinstellen dan ook uitsluitend in Groningen en Friesland te zien in reizigersdienst. Door privatisering van het spoor komen de treinstellen nu ook op andere plekken in Nederland voor.
  • Waslijn : Een bijnaam voor de bovenleiding.
  • WRT : Wachtregeling Treinen (heeft betrekking op wachtijd van aansluitende treinen bij vertraging).